Voor info over het cursusaanbod van de Delftse Komedie zie www.delftsekomedie.org of bel 015-2126547. De Delftse Komedie viert dit jaar haar dertigste verjaardag. Dertig jaar Delftse Komedie: van kleinschalig studentencabaret tot grootheden als Paul de Leeuw en Helmert Woudenberg.
Om meer studenten te trekken, wil het theaterinstituut nu naar de campus.
December 1970. Een groepje Delftse studenten richt een cabaretgezelschapje op. Gewoon, voor de leuk. Maar het grapje loopt uit de hand en nog geen jaar later lopen de eerste Delftenaren hun theaterworkshops binnen.
Hoewel de Delftse Komedie vandaag de dag nog steeds theatercursussen verzorgt, lijkt de instelling, gevestigd in een lokaaltje van de Vrije Akademie, in geen enkel opzicht meer op het idealistische cabaretgroepje uit de jaren zeventig, dat democratie hoog in het vaandel had en haar studenten liet meebeslissen over de inhoud van de programma’s. Er is nog wel een zogenaamd cursistenoverleg, dat inspraak heeft op de programmaindeling en toeziet op de toegankelijkheid en aantrekkelijkheid van de cursussen. Een soort ‘inspraak via de achterdeur’, zoals Reinier Weers, zakelijk leider van de Delftse Komedie het noemt.
Maar, zoals bijna elke culturele instelling, wil ook de Delftse Komedie ‘professionaliseren’. Sinds drie jaar heeft het een betaald bestuur, met een zakelijk leider op kantoor en een artistiek leidster, Marjet Roerink, op de planken. De tien tot vijftien cursusleiders die bij de Delftse Komedie werkzaam zijn, hebben in tegenstelling tot in de jaren zeventig, per definitie een achtergrond in het theater; hebben de toneelschool of een mime-opleiding gevolgd of stonden zelf op het podium. Allemaal volgen ze de lesmethode van de theaterdocentenopleiding, waarin cursisten bovendien in anderhalf jaar een heel traject van ‘groentje’ tot ervaren speler kunnen afleggen. Vrijwillig. Maar niemand was er dertig jaar geleden bij.
Paul de Leeuw
Toch lopen er heel wat stille getuigen van de afgelopen dertig jaar Delftse Komedie rond. ,,Paul de Leeuw bijvoorbeeld, die in Delft een lerarenopleiding volgde en als cursist bij de Delftse Komedie begon”, vertelt Weers. ,,En toneelmaker Helmert Woudenberg. Ook actrice Olga Zuiderhoek heeft hier ooit eens een cursus gegeven.” Maar Weers wil niet paraderen met grote namen. Hij ontleent de kracht van zijn stichting liever aan de inhoud, dan aan de namen die hij voortbracht.
Een van de geldschieters van de Delftse Komedie is niemand minder dan de TU Delft. Toch komt er slechts een select gezelschap TU’ers, met name io’ers en bouko’s, op het cursusaanbod af, constateert Weers. Het overige deel van de ongeveer 350 cursisten per jaar, bestaat volgens de zakelijk leider uit oud-studenten en Delftenaren tussen de twintig en veertig jaar.
Het vooroordeel dat de wat suffige techneuten niet op theatercursussen af zouden komen, wordt door Weers bevestigd. ,,Er komen er wel een paar, omdat ze denken dat het goed voor ze is. Vaak worden ze gepusht door de omgeving, die zegt: joh, ga er eens uit, kom eens uit de kast.” Een beweegreden waar overigens niets mis mee is, vindt hij. ,,Het doel van toneelspelen is niet altijd een stuk maken. Het kan ook het spelen zelf zijn, of het in het openbaar bewegen. Er zijn zelfs cursisten die alleen cursussen volgen, maar nooit meedoen aan producties.”
Cultureel Centrum
Per jaar zet de Delftse Komedie ongeveer drie producties neer, exclusief presentaties voor bijvoorbeeld vrienden en familie. Tot nu toe werden die stukken altijd in het Floratheater, het Voorhuys en Cultureel Centrum Mekelweg 10 neergezet. Op 16 juni maakt de Delftse Komedie echter in het kader van DK30 de opstap naar het ‘echte theater’, met een groots opgezette open avond gepresenteerd door aanstormend cabarettalent, in Theater De Veste. Eindelijk, vindt Weers. ,,Het theaterlandschap in Delft ziet er moeizaam uit, zeker voor amateurgezelschappen”, vindt hij. Mede daarom wil hij ook de samenwerking met de TU Delft nieuw leven inblazen, door bijvoorbeeld de Delftse Komedie in de toekomst in Mekelweg 10 te vestigen. Toneelspelers en musici worden op die manier samengebracht, waardoor het cultureel centrum meer moet gaan leven. Een dergelijke samenwerking is nu moeilijk, omdat de Delftse Komedie alleen een lokaal in het centrum gebruikt. ,,De ziel waait er nog niet rond”, aldus Weers. Voorlopig is de zakelijk leider hierover echter nog in onderhandeling met de TU.
Klapstuk van DK30 is de productie ‘Dertigers’ van regisseur en artistiek leidster Marjet Roerink. Vast staat dat hetzich afspeelt op de dertigste verjaardag van een van de personages. Het moet op basis van flitsende tijdschriftartikelen met uitspraken van dertigers, bestaande theaterteksten en een hoop improvisatie tot stand komen. De acteurs worden grotendeels op hun persoonlijkheid gecast. Audities zijn op 12 februari.
De Delftse Komedie viert dit jaar haar dertigste verjaardag. Dertig jaar Delftse Komedie: van kleinschalig studentencabaret tot grootheden als Paul de Leeuw en Helmert Woudenberg. Om meer studenten te trekken, wil het theaterinstituut nu naar de campus.
December 1970. Een groepje Delftse studenten richt een cabaretgezelschapje op. Gewoon, voor de leuk. Maar het grapje loopt uit de hand en nog geen jaar later lopen de eerste Delftenaren hun theaterworkshops binnen.
Hoewel de Delftse Komedie vandaag de dag nog steeds theatercursussen verzorgt, lijkt de instelling, gevestigd in een lokaaltje van de Vrije Akademie, in geen enkel opzicht meer op het idealistische cabaretgroepje uit de jaren zeventig, dat democratie hoog in het vaandel had en haar studenten liet meebeslissen over de inhoud van de programma’s. Er is nog wel een zogenaamd cursistenoverleg, dat inspraak heeft op de programmaindeling en toeziet op de toegankelijkheid en aantrekkelijkheid van de cursussen. Een soort ‘inspraak via de achterdeur’, zoals Reinier Weers, zakelijk leider van de Delftse Komedie het noemt.
Maar, zoals bijna elke culturele instelling, wil ook de Delftse Komedie ‘professionaliseren’. Sinds drie jaar heeft het een betaald bestuur, met een zakelijk leider op kantoor en een artistiek leidster, Marjet Roerink, op de planken. De tien tot vijftien cursusleiders die bij de Delftse Komedie werkzaam zijn, hebben in tegenstelling tot in de jaren zeventig, per definitie een achtergrond in het theater; hebben de toneelschool of een mime-opleiding gevolgd of stonden zelf op het podium. Allemaal volgen ze de lesmethode van de theaterdocentenopleiding, waarin cursisten bovendien in anderhalf jaar een heel traject van ‘groentje’ tot ervaren speler kunnen afleggen. Vrijwillig. Maar niemand was er dertig jaar geleden bij.
Paul de Leeuw
Toch lopen er heel wat stille getuigen van de afgelopen dertig jaar Delftse Komedie rond. ,,Paul de Leeuw bijvoorbeeld, die in Delft een lerarenopleiding volgde en als cursist bij de Delftse Komedie begon”, vertelt Weers. ,,En toneelmaker Helmert Woudenberg. Ook actrice Olga Zuiderhoek heeft hier ooit eens een cursus gegeven.” Maar Weers wil niet paraderen met grote namen. Hij ontleent de kracht van zijn stichting liever aan de inhoud, dan aan de namen die hij voortbracht.
Een van de geldschieters van de Delftse Komedie is niemand minder dan de TU Delft. Toch komt er slechts een select gezelschap TU’ers, met name io’ers en bouko’s, op het cursusaanbod af, constateert Weers. Het overige deel van de ongeveer 350 cursisten per jaar, bestaat volgens de zakelijk leider uit oud-studenten en Delftenaren tussen de twintig en veertig jaar.
Het vooroordeel dat de wat suffige techneuten niet op theatercursussen af zouden komen, wordt door Weers bevestigd. ,,Er komen er wel een paar, omdat ze denken dat het goed voor ze is. Vaak worden ze gepusht door de omgeving, die zegt: joh, ga er eens uit, kom eens uit de kast.” Een beweegreden waar overigens niets mis mee is, vindt hij. ,,Het doel van toneelspelen is niet altijd een stuk maken. Het kan ook het spelen zelf zijn, of het in het openbaar bewegen. Er zijn zelfs cursisten die alleen cursussen volgen, maar nooit meedoen aan producties.”
Cultureel Centrum
Per jaar zet de Delftse Komedie ongeveer drie producties neer, exclusief presentaties voor bijvoorbeeld vrienden en familie. Tot nu toe werden die stukken altijd in het Floratheater, het Voorhuys en Cultureel Centrum Mekelweg 10 neergezet. Op 16 juni maakt de Delftse Komedie echter in het kader van DK30 de opstap naar het ‘echte theater’, met een groots opgezette open avond gepresenteerd door aanstormend cabarettalent, in Theater De Veste. Eindelijk, vindt Weers. ,,Het theaterlandschap in Delft ziet er moeizaam uit, zeker voor amateurgezelschappen”, vindt hij. Mede daarom wil hij ook de samenwerking met de TU Delft nieuw leven inblazen, door bijvoorbeeld de Delftse Komedie in de toekomst in Mekelweg 10 te vestigen. Toneelspelers en musici worden op die manier samengebracht, waardoor het cultureel centrum meer moet gaan leven. Een dergelijke samenwerking is nu moeilijk, omdat de Delftse Komedie alleen een lokaal in het centrum gebruikt. ,,De ziel waait er nog niet rond”, aldus Weers. Voorlopig is de zakelijk leider hierover echter nog in onderhandeling met de TU.
Klapstuk van DK30 is de productie ‘Dertigers’ van regisseur en artistiek leidster Marjet Roerink. Vast staat dat hetzich afspeelt op de dertigste verjaardag van een van de personages. Het moet op basis van flitsende tijdschriftartikelen met uitspraken van dertigers, bestaande theaterteksten en een hoop improvisatie tot stand komen. De acteurs worden grotendeels op hun persoonlijkheid gecast. Audities zijn op 12 februari.
Comments are closed.