Wetenschap

‘Het onderzoek moet zinderen’

Geen dikke stapels papier, wel een grote deskundigheid en inzet op het gebied van enkele geselecteerde thema’s. Dat wordt van onderzoekers gevraagd die aan een interfacultair onderzoekscentrum willen meewerken.

,,Daarmee denken we heel wat onnodige druk op onderzoekers te kunnen weghalen”, stelt prof.ir. K.F. Wakker.

,,Onze beste onderzoeksgroepen worden vandaag de dag als het ware gechoked door administratieve procedures. Zij verliezen veel tijd met het rondkrijgen van de aanvraag en de financiering voor projecten. Tijd die zij hadden kunnen stoppen in toponderzoek. Voor het eerst wil de TU nu eens andersom werken. We stellen vertrouwen in een bepaalde groep wetenschappers en geven hen geld. Naderhand wordt bekeken of dat vertrouwen is waargemaakt. Is het geld niet goed besteed, dan wordt de onderzoeker daarop afgerekend”, vertelt scheidend rector-magnificus Wakker.

Hij realiseert zich dat de TU een risicovolle weg is ingeslagen. ,,Safe spelen betekent gewoon geld verdelen onder de faculteiten. Nu hebben we geld afgeroomd van faculteiten en dat bedrag herverdeeld. De DIOC’s moeten goed lopen, anders is die verdeling scheef. Als college van bestuur geloven wij dat het lukt, en ook minister Ritzen heeft ons initiatief onlangs buitengewoon belangwekkend genoemd.”

,,Ik denk dat we koste wat het kost moeten voorkomen dat het onderzoek verstart”, legt Wakker uit. ,,Multidisciplinair werken veroorzaakt stroomversnellingen in de voortgang van onderzoek, dat hebben praktijkstudies uitgewezen. En in dat gebied willen interfacultaire onderzoekscentra opereren.”

Wakker vindt het van essentieel belang dat de topmensen binnen de onderzoekscentra zeer actief blijven. ,,Zij moeten enthousiastelingen zijn met guts, die elk moment van de dag over hun programma kunnen nadenken en opeens een nieuwe weg durven inslaan. Een medewerker die belt met een lumineus plan moet gehoor vinden bij deze personen om te bezien of het idee vruchtbaar is. We willen geen manager aan de top die eens in de maand met de projectleiders bij elkaar gaat zitten voor voortgangsrapportages. Het onderzoek moet zinderen.”

Het vinden van die mensen kan volgens Wakker nog een probleem worden. ,,Niet dat we de kwaliteit niet in huis hebben. Maar deze ‘knappe jongens en meisjes’ aan de TU hebben het vaak al zo vreselijk druk. Dit is geen taak die je met een dag in de week kunt afhandelen. Ik schat dat al gauw 0,5 fte (een halve voltijdbaan – red.) nodig is. Daar staat tegenover dat het een aantrekkelijke functie is. Heel zichtbaar ook voor de buitenwereld.”
(J.O.)

Geen dikke stapels papier, wel een grote deskundigheid en inzet op het gebied van enkele geselecteerde thema’s. Dat wordt van onderzoekers gevraagd die aan een interfacultair onderzoekscentrum willen meewerken. ,,Daarmee denken we heel wat onnodige druk op onderzoekers te kunnen weghalen”, stelt prof.ir. K.F. Wakker.

,,Onze beste onderzoeksgroepen worden vandaag de dag als het ware gechoked door administratieve procedures. Zij verliezen veel tijd met het rondkrijgen van de aanvraag en de financiering voor projecten. Tijd die zij hadden kunnen stoppen in toponderzoek. Voor het eerst wil de TU nu eens andersom werken. We stellen vertrouwen in een bepaalde groep wetenschappers en geven hen geld. Naderhand wordt bekeken of dat vertrouwen is waargemaakt. Is het geld niet goed besteed, dan wordt de onderzoeker daarop afgerekend”, vertelt scheidend rector-magnificus Wakker.

Hij realiseert zich dat de TU een risicovolle weg is ingeslagen. ,,Safe spelen betekent gewoon geld verdelen onder de faculteiten. Nu hebben we geld afgeroomd van faculteiten en dat bedrag herverdeeld. De DIOC’s moeten goed lopen, anders is die verdeling scheef. Als college van bestuur geloven wij dat het lukt, en ook minister Ritzen heeft ons initiatief onlangs buitengewoon belangwekkend genoemd.”

,,Ik denk dat we koste wat het kost moeten voorkomen dat het onderzoek verstart”, legt Wakker uit. ,,Multidisciplinair werken veroorzaakt stroomversnellingen in de voortgang van onderzoek, dat hebben praktijkstudies uitgewezen. En in dat gebied willen interfacultaire onderzoekscentra opereren.”

Wakker vindt het van essentieel belang dat de topmensen binnen de onderzoekscentra zeer actief blijven. ,,Zij moeten enthousiastelingen zijn met guts, die elk moment van de dag over hun programma kunnen nadenken en opeens een nieuwe weg durven inslaan. Een medewerker die belt met een lumineus plan moet gehoor vinden bij deze personen om te bezien of het idee vruchtbaar is. We willen geen manager aan de top die eens in de maand met de projectleiders bij elkaar gaat zitten voor voortgangsrapportages. Het onderzoek moet zinderen.”

Het vinden van die mensen kan volgens Wakker nog een probleem worden. ,,Niet dat we de kwaliteit niet in huis hebben. Maar deze ‘knappe jongens en meisjes’ aan de TU hebben het vaak al zo vreselijk druk. Dit is geen taak die je met een dag in de week kunt afhandelen. Ik schat dat al gauw 0,5 fte (een halve voltijdbaan – red.) nodig is. Daar staat tegenover dat het een aantrekkelijke functie is. Heel zichtbaar ook voor de buitenwereld.”
(J.O.)

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.