‘Het klikte vanaf het begin’

Op het programma deze week staan twee uitvoeringen van een concert met werken van Olivier Messiaen, Gabriel Fauré en Alexander Zemlinsky. Op 19 december wordt dit concert gevolgd door een kamermuziekconcert waar Rijkaart voor het laatst het Krashna-koor zal dirigeren.

Het is het afscheid van een functie die Rijkaart (42) al sinds 1993 vervult. Toen hij zes jaar geleden werd aangenomen huisde het Muzisch Centrum nog aan de Nieuwelaan, achter het Techniek Museum. Veel grote kamers had je er en goede faciliteiten, maar zo goed als de repeteerzaal in het nieuwe Cultureel Centrum aan de Mekelweg was het er niet.

Zijn voorganger was Daan Admiraal, die ook dirigent van het orkest was. Admiraal vertrok omdat hij in Rotterdam een semi-professioneel koor onder zijn hoede kreeg.

Rijkaart trof zes jaar geleden een enthousiast en soms fanatiek koor aan. ,,De zangers en zangeressen waren actief en gezelligheid speelde een belangrijke rol.” Dat merkte hij al bij de proefdirectie, die deel uitmaakt van de sollicitatieprocedure. ,,Zo’n proefdirectie is belangrijk. Het koor kijkt niet alleen of ze jou wel geschikt vinden, je bekijkt zelf ook of je met het koor uit de voeten kan.” De aantrekkingskracht bleek wederzijds: ,,Het klikte vanaf het begin.”

Rijkaart studeerde koordirectie aan het conservatorium en deed in die tijd enige ervaring op met studentenkoren. Toch was de situatie in Delft wezenlijk anders dan wat hij gewend was. Rijkaart: ,,Geen van de koorleden heeft natuurlijk een conservatoriumopleiding gehad, hoewel de meesten voor ze in Delft terechtkwamen wel jaren in kerkkoren en andere zanggezelschappen hebben gezeten.” Dat met een groep amateurs toch zo een hoog niveau kan worden gehaald is dan ook voor een groot deel te danken aan inzet en enthousiasme. Rijkaart: ,,Liefde voor muziek is het belangrijkste criterium.”
Liefdevol afscheid

De stukken die donderdag en vrijdag op het programma staan zijn ‘O sacrum convivium‘ en ‘Les Offrandes oubliées‘ van Olivier Messiaen, het Requiem van Gabriel Fauré en de Lyrische symfonie opus 18 van Alexander Zemlinsky. ‘O sacrum convivium‘ en het Requiem van Fauré zijn koorwerken, en vallen dus onder de verantwoordelijkheid van Rijkaart. Het eerste is een vierstemmig a capella kerkelijk lied uit 1937. ,,Razend moeilijk maar prachtig.” Het tweede, het Requiem, werd in 1887 geschreven en neemt een gelijkwaardige plaats in naast de Requia van Mozart, Berlioz en Verdi. Fauré schreef het werk als reactie op de dood van zijn moeder, hetgeen het In Paradiso, het laatste deel van een Requiem, een extra lading geeft.

De Lyrische symfonie is een abstracte liefdesontmoeting, die eindigt met liefdevol afscheid. Het door het orkest uitgevoerde werk van Zemlinsky, uit 1923, is gebaseerd op zeven gedichten uit de cyclus ‘De Hovenier’ van de Indiase dichter Rabindranat Tagore en is in wezen een hercompositie van Mahlers ‘Das Lied von der Erde‘. Zemlinsky was een leerling van Arnold Schonberg maar vreest niet, de atonaliteit heeft niet zijn intrede gedaan in het werk van de Rus.

Met pijn in het hart neemt Rijkaart afscheid. Zes jaar lang wekelijks repeteren met ‘zijn’ koor is hem niet in de koude kleren gaan zitten. Rijkaart geeft muzieklessen op de Vrije School in Den Haag. Dat combineerde hij altijd met zijn dirigeerpraktijken voor Krashna. ,,Nu ben ik ook onderwijscoördinator geworden. Dat betekent fulltime in Den Haag werken.”

Beide partijen hebben moeite elkaar te laten gaan. Al eerder kondigde Rijkaart zijn vertrek aan. Dat was na het verkrijgen van het ere-lidmaatschap, maar uit liefde voor het koor ging hij nog een jaartje door. Met zijn nieuwe functie in het onderwijs moet hij er nu definitief een punt achter zetten. Een opvolger is al gevonden in de persoon van Gilles Michels waarmee Krashna Musika over de drempel van het nieuwe millennium zal stappen.

Het koor en het orkest van Krashna Musika spelen werken van Messiaen, Fauré en Zemlinsky o.l.v Leo Rijkaart en Daan Admiraal, donderdag 9 dec. in de Sacramentskerk, Poortlandplein, Delft en vrijdag 10 dec. in de Prinsekerk, Schepenstraat 71, Rotterdam-Blijdorp, om 20.15 uur.

Op 19 december volgt een kamermuziekconcert m.m.v. het Krashna -koor o.l.v Leo Rijkaart, met werken van Tsjaikovski, Bruckner en Mendelsohn, in de St-Hippolytus Kapel, O.D. 118, om 14.00 uur.

Op het programma deze week staan twee uitvoeringen van een concert met werken van Olivier Messiaen, Gabriel Fauré en Alexander Zemlinsky. Op 19 december wordt dit concert gevolgd door een kamermuziekconcert waar Rijkaart voor het laatst het Krashna-koor zal dirigeren.

Het is het afscheid van een functie die Rijkaart (42) al sinds 1993 vervult. Toen hij zes jaar geleden werd aangenomen huisde het Muzisch Centrum nog aan de Nieuwelaan, achter het Techniek Museum. Veel grote kamers had je er en goede faciliteiten, maar zo goed als de repeteerzaal in het nieuwe Cultureel Centrum aan de Mekelweg was het er niet.

Zijn voorganger was Daan Admiraal, die ook dirigent van het orkest was. Admiraal vertrok omdat hij in Rotterdam een semi-professioneel koor onder zijn hoede kreeg.

Rijkaart trof zes jaar geleden een enthousiast en soms fanatiek koor aan. ,,De zangers en zangeressen waren actief en gezelligheid speelde een belangrijke rol.” Dat merkte hij al bij de proefdirectie, die deel uitmaakt van de sollicitatieprocedure. ,,Zo’n proefdirectie is belangrijk. Het koor kijkt niet alleen of ze jou wel geschikt vinden, je bekijkt zelf ook of je met het koor uit de voeten kan.” De aantrekkingskracht bleek wederzijds: ,,Het klikte vanaf het begin.”

Rijkaart studeerde koordirectie aan het conservatorium en deed in die tijd enige ervaring op met studentenkoren. Toch was de situatie in Delft wezenlijk anders dan wat hij gewend was. Rijkaart: ,,Geen van de koorleden heeft natuurlijk een conservatoriumopleiding gehad, hoewel de meesten voor ze in Delft terechtkwamen wel jaren in kerkkoren en andere zanggezelschappen hebben gezeten.” Dat met een groep amateurs toch zo een hoog niveau kan worden gehaald is dan ook voor een groot deel te danken aan inzet en enthousiasme. Rijkaart: ,,Liefde voor muziek is het belangrijkste criterium.”
Liefdevol afscheid

De stukken die donderdag en vrijdag op het programma staan zijn ‘O sacrum convivium‘ en ‘Les Offrandes oubliées‘ van Olivier Messiaen, het Requiem van Gabriel Fauré en de Lyrische symfonie opus 18 van Alexander Zemlinsky. ‘O sacrum convivium‘ en het Requiem van Fauré zijn koorwerken, en vallen dus onder de verantwoordelijkheid van Rijkaart. Het eerste is een vierstemmig a capella kerkelijk lied uit 1937. ,,Razend moeilijk maar prachtig.” Het tweede, het Requiem, werd in 1887 geschreven en neemt een gelijkwaardige plaats in naast de Requia van Mozart, Berlioz en Verdi. Fauré schreef het werk als reactie op de dood van zijn moeder, hetgeen het In Paradiso, het laatste deel van een Requiem, een extra lading geeft.

De Lyrische symfonie is een abstracte liefdesontmoeting, die eindigt met liefdevol afscheid. Het door het orkest uitgevoerde werk van Zemlinsky, uit 1923, is gebaseerd op zeven gedichten uit de cyclus ‘De Hovenier’ van de Indiase dichter Rabindranat Tagore en is in wezen een hercompositie van Mahlers ‘Das Lied von der Erde‘. Zemlinsky was een leerling van Arnold Schonberg maar vreest niet, de atonaliteit heeft niet zijn intrede gedaan in het werk van de Rus.

Met pijn in het hart neemt Rijkaart afscheid. Zes jaar lang wekelijks repeteren met ‘zijn’ koor is hem niet in de koude kleren gaan zitten. Rijkaart geeft muzieklessen op de Vrije School in Den Haag. Dat combineerde hij altijd met zijn dirigeerpraktijken voor Krashna. ,,Nu ben ik ook onderwijscoördinator geworden. Dat betekent fulltime in Den Haag werken.”

Beide partijen hebben moeite elkaar te laten gaan. Al eerder kondigde Rijkaart zijn vertrek aan. Dat was na het verkrijgen van het ere-lidmaatschap, maar uit liefde voor het koor ging hij nog een jaartje door. Met zijn nieuwe functie in het onderwijs moet hij er nu definitief een punt achter zetten. Een opvolger is al gevonden in de persoon van Gilles Michels waarmee Krashna Musika over de drempel van het nieuwe millennium zal stappen.

Het koor en het orkest van Krashna Musika spelen werken van Messiaen, Fauré en Zemlinsky o.l.v Leo Rijkaart en Daan Admiraal, donderdag 9 dec. in de Sacramentskerk, Poortlandplein, Delft en vrijdag 10 dec. in de Prinsekerk, Schepenstraat 71, Rotterdam-Blijdorp, om 20.15 uur.

Op 19 december volgt een kamermuziekconcert m.m.v. het Krashna -koor o.l.v Leo Rijkaart, met werken van Tsjaikovski, Bruckner en Mendelsohn, in de St-Hippolytus Kapel, O.D. 118, om 14.00 uur.