Campus

Het idealisme voorbij

,,Ik denk dat er de komende vijftig jaar op politiek gebied niet zoveel nieuws zal gebeuren”, antwoordt politicoloog en journalist drs. Patrick van IJzendoorn op de vraag uit het publiek welke issues de moderne tijd op gaat leveren.

Het is natuurlijk koren op de molen van drs. Lennart Booij, die direct vol in de aanval gaat en de vergrijzing, het vreemdelingenbeleid en de toetreding van meer landen tot de Europese Unie als de drie onderwerpen noemt die de komende vijftig jaar vast op de politieke agenda zullen staan.

Booij is historicus en actief in Niet Nix, de jongerenorganisatie van de PvdA. Als jong politicus is hij duidelijk scherper van de tongriem gesneden dan schrijvend journalist Van IJzendoorn. Maar omdat Van IJzendoorn geen politieke mening verkondigt, heeft hij het charisma en de mondelinge superioriteit van Booij ook niet nodig.

Afgelopen dinsdag keek Studium Generale aan de Mekelweg 10 vooruit naar de politiek van 2050. Het was het eerste debat in een serie van vier over de maatschappij van de toekomst. Henk Westbroek, behalve zanger ook tegendraads politicus, liet verstek gaan. Ook zonder hem was het debat van de panelleden heftig.

Van IJzendoorn ziet, zo zegt hij, voor de overheid in 2050 een veel beperktere rol toebedeeld dan nu. ,,Er zal slechts een kleine overheid nodig zijn voor de noodzakelijke controle.” De rest van de maatschappij zal dankzij zelfregulering functioneren. Voor politiek idealisme is er dan ook geen plaats meer. Het publiek in de zaal draait zijn hoofd alvast richting Booij die hier ongetwijfeld op zal inhakken. De zaal krijgt gelijk. Booij zit inderdaad handenwrijvend klaar de stelling om zeep te helpen. Gewoon omdat hij als PvdA’er niet kan toestaan dat de politiek in de toekomst ‘alleen zijn eigen tuintje schoonhoudt’.

Ook het derde panellid, Matthijs Mahler, verwacht niet dat politieke partijen in de toekomst verdwijnen. Als gemeenteraadslid voor Stip denkt hij dat de huidige trend waarin de lokale politiek vroegtijdig de mening van burgers peilt, door zal zetten. In de landelijke politiek dreigen beleidsvoorstellen volgens Booij niet langer vanuit de politiek te komen, maar van ‘oneigenlijke ministeries als Shell, ABN-Amro en de Waddenvereniging’.

Booij is de vechter in de landelijke politiek, terwijl gemeentepoliticus Mahler in het panel juist een relativerende rol heeft. Nadat Booij genadeloos zijn tanden heeft gezet in een onderwerp, er op heeft zitten kauwen en het vervolgens heeft uitgespuugd, is het de rol van Mahler te zeggen dat het allemaal best wel mee valt. Tenminste, in de Delftse gemeentepolitiek. Een voorbeeld: Booij stelt dat politiek bestaat uit het uitvoeren van in achterkamertjes bedachte plannen, zonder enige feeling met dat wat werkelijk speelt. Mahler, nuchter : ,,Bij ons gaat dat heel anders.”

,,Ik denk dat er de komende vijftig jaar op politiek gebied niet zoveel nieuws zal gebeuren”, antwoordt politicoloog en journalist drs. Patrick van IJzendoorn op de vraag uit het publiek welke issues de moderne tijd op gaat leveren. Het is natuurlijk koren op de molen van drs. Lennart Booij, die direct vol in de aanval gaat en de vergrijzing, het vreemdelingenbeleid en de toetreding van meer landen tot de Europese Unie als de drie onderwerpen noemt die de komende vijftig jaar vast op de politieke agenda zullen staan.

Booij is historicus en actief in Niet Nix, de jongerenorganisatie van de PvdA. Als jong politicus is hij duidelijk scherper van de tongriem gesneden dan schrijvend journalist Van IJzendoorn. Maar omdat Van IJzendoorn geen politieke mening verkondigt, heeft hij het charisma en de mondelinge superioriteit van Booij ook niet nodig.

Afgelopen dinsdag keek Studium Generale aan de Mekelweg 10 vooruit naar de politiek van 2050. Het was het eerste debat in een serie van vier over de maatschappij van de toekomst. Henk Westbroek, behalve zanger ook tegendraads politicus, liet verstek gaan. Ook zonder hem was het debat van de panelleden heftig.

Van IJzendoorn ziet, zo zegt hij, voor de overheid in 2050 een veel beperktere rol toebedeeld dan nu. ,,Er zal slechts een kleine overheid nodig zijn voor de noodzakelijke controle.” De rest van de maatschappij zal dankzij zelfregulering functioneren. Voor politiek idealisme is er dan ook geen plaats meer. Het publiek in de zaal draait zijn hoofd alvast richting Booij die hier ongetwijfeld op zal inhakken. De zaal krijgt gelijk. Booij zit inderdaad handenwrijvend klaar de stelling om zeep te helpen. Gewoon omdat hij als PvdA’er niet kan toestaan dat de politiek in de toekomst ‘alleen zijn eigen tuintje schoonhoudt’.

Ook het derde panellid, Matthijs Mahler, verwacht niet dat politieke partijen in de toekomst verdwijnen. Als gemeenteraadslid voor Stip denkt hij dat de huidige trend waarin de lokale politiek vroegtijdig de mening van burgers peilt, door zal zetten. In de landelijke politiek dreigen beleidsvoorstellen volgens Booij niet langer vanuit de politiek te komen, maar van ‘oneigenlijke ministeries als Shell, ABN-Amro en de Waddenvereniging’.

Booij is de vechter in de landelijke politiek, terwijl gemeentepoliticus Mahler in het panel juist een relativerende rol heeft. Nadat Booij genadeloos zijn tanden heeft gezet in een onderwerp, er op heeft zitten kauwen en het vervolgens heeft uitgespuugd, is het de rol van Mahler te zeggen dat het allemaal best wel mee valt. Tenminste, in de Delftse gemeentepolitiek. Een voorbeeld: Booij stelt dat politiek bestaat uit het uitvoeren van in achterkamertjes bedachte plannen, zonder enige feeling met dat wat werkelijk speelt. Mahler, nuchter : ,,Bij ons gaat dat heel anders.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.