Eén op de vijf studenten zegt last te hebben van discriminatie tijdens de stage. Dat is maar liefst 73 procent meer dan vorig jaar, blijkt uit de nieuwe Nationale Stagemonitor die vandaag is gepubliceerd.
Het zijn vooral vrouwelijke, homoseksuele en allochtone stagiairs die zich gediscrimineerd voelen. “Vooral mijn accent en mijn geloof waren een gesprekpunt of voer voor roddels”, schrijft een stagiair.
De Stagemonitor is een initiatief van het StudentenBureau, dat studenten aan een stage of bijbaan helpt. Dit jaar werkten er 2.500 respondenten mee: zo’n tweeduizend hbo- en wo-studenten en vijfhonderd bedrijven. Ze werden gevraagd naar hun ervaringen met begeleiding, stagevergoedingen, baanperspectief en dus ook met discriminatie.
Solliciteren
Tien procent van de ondervraagden ondervond al discriminatie tijdens het solliciteren: dat is een verdubbeling ten opzichte van vorig jaar. Allochtone studenten worden volgens de monitor zelfs vier keer zo vaak gediscrimineerd.
Een verklaring voor deze grote stijging heeft het StudentenBureau niet. Een woordvoerder noemt de uitkomsten opvallend.” Het Rijk startte twee jaar geleden een campagne om discriminatie tegen te gaan. Je zou verwachten dat het aantal klachten daarna zou afnemen, maar dat is dus beslist niet het geval.”
Groot verschil
Het verschil in stagevergoeding tussen mannen en vrouwen is weliswaar kleiner geworden, maar nog steeds aanzienlijk. Mannen krijgen gemiddeld 327 euro: bijna zeventig euro meer dan vrouwen. Allochtonen moeten het met 262 euro doen, veertig euro minder dan autochtonen.
Stagebedrijven zijn over het algemeen best tevreden over hun stagiairs: gemiddeld krijgen die een 7,4. Ook de studenten zelf zijn te spreken over hun stage: voor begeleiding scoort hun stagebedrijf gemiddeld een 7,5. De rol van de opleiding tijdens de stage haalt daarentegen maar net een voldoende. Deze signalen kwamen eerder ook al in de Nationale Studenten Enquête naar voren.
Irene Schoenmacker
Lees ook: Onbetaalde stages, uitbuiting of niet?
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
redactie@hogeronderwijspersbureau.nl
Comments are closed.