Het Facilitair Bedrijf wordt opgesplitst. Het beleid voor vastgoed en huisvesting komt in een aparte organisatie onder het college van bestuur. Overige FB-afdelingen worden gegroepeerd in een ‘service-unit’ en moeten zichzelf bedruipen.
Delen
Een aantal taken wordt afgestoten. In drie jaar tijd moet het FB 55 formatieplaatsen (van de 160) minder hebben; vijftien tot twintig medewerkers zullen de TU moeten verlaten.
Het is voor het eerst bij de TU dat bij voorbaat wordt aangenomen dat een reorganisatie inderdaad tot het vertrek van personeelsleden zal leiden. ,,Maar daarvoor is de krimp die nu bij het FB voorzien wordt dan ook te groot”, zegt een betrokken ambtenaar.
Vrijdag heeft het college van bestuur het personeel van het FB op de hoogte gesteld van de voorstellen van het bureau Rijnconsult en een stuurgroep. Tevens deelde voorzitter De Voogd mee dat het cvb een ‘voornemen tot reorganisatie’ had uitgesproken. Een projectgroep moet dat in februari aanstaande uitgewerkt hebben. Daarin zal een interim-manager plaatsnemen, samen met de huidige sectordirecteuren Sanson (huisvesting) en Zwenk (bedrijven). Van hen staat nog niet vast of zij ook met de leiding van de nieuwe eenheden worden belast. Huidig FB-directeur ir. A. van Deursen zal binnenkort zijn functie neerleggen.
Het rapport van Rijnconsult, dat vrijdag door opsteller drs. Veerman werd toegelicht, stelt dat het efficiencyvoordeel voor de TU zeven miljoen gulden per jaar zal zijn. Omdat het FB zijn personeelssterkte met eenderde moet verminderen staan daar wel vijf miljoen gulden aan reorganisatiekosten tegenover (meerendeels voor afvloeiingsregelingen en afkoopsommen).
Personeelsmanager Ahlers zei in een toelichting wel dat de ‘inzet’ was om de betrokken medewerkers geen schade te doen oplopen, maar kon ook geen garanties bieden. ,,Er zal zorgvuldig gewogen worden wie er mee kunnen, en wie bijgeschoold moet worden.” De TU neemt drie jaar de tijd om de personeelsformatie naar het lagere niveau te brengen.
In een eerste reactie spreekt de voorzitter van de medezeggenschapscommissie van het FB, Maissan, van ,,een pure personeelsopruimingsactie, gebaseerd op dikke-duimenwerk”.
De reorganisatieplannen behelzen onder andere: het privatiseren van het groenbeheer, het opheffen van het centraal magazijn, het ombouwen van de drukkerij tot een grafisch centrum voor eenvoudig bulk-drukwerk, het opheffen van de fotografische dienst, het onderbrengen van de portiers van het hoofdgebouw in het Bureau van de universiteit en het toevoegen van de postdistributie aan de postkamer.
De romp van het FB die dan overblijft na de splitsing zal deels vertrouwde elementen in zich bergen (de Aula, de horeca, de warmte/krachtcentrale, het Audiovisueel Centrum), maar deels ook nieuwe. Gedacht wordt aan de post- en archiefzakenen aan het Muzisch Centrum en het Sportcentrum. Beide zijn nu nog onderdeel van het Bureau van de universiteit, dat eveneens probeert af te slanken.
Ook wordt een afdeling voor advies en commerciële zaken opgericht die op het gebied van kantoorartikelen, energie, schoonmaken, inkoop, technisch onderhoud, beveiliging en kwaliteitsbewaking dienstverlenend moet optreden. In deze afdeling komt de expertise voor bijvoorbeeld het sluiten van raamcontracten op deze terreinen.
Belangrijk element in de plannen van Rijnconsult is immers dat de faculteiten en de diensten de budgetten krijgen voor alle facilitaire dienstverlening – tenzij er sprake is van eigenaarsonderhoud. De ‘klant’ gaat dus beslissen, en wordt niet gedwongen tot winkelnering. Het nieuwe FB zal dus moeten vechten om de gunst van de klant. Rijnconsult doet daarom voorstellen voor verbetering van de klantgerichtheid van medewerkers en leidinggevenden, en voor betere public relations.
Huisvesting
Ook in de sector huisvesting moet een aantal werkzaamheden gaan verdwijnen. Dat betreft het maken van bestekken en begrotingen, het ontwerpen voor bouwkundige en installatietechnische projecten door de tekenkamer, en het adviseren bij de inrichting en de keuze van interieur. Rijnconsult bepleit de resterende medewerkers vervolgens onder te brengen in een aparte rechtspersoon, waarvan de TU honderd procent aandeelhouder is. In deze sector wordt een kleine groei van het aantal medewerkers mogelijk geacht, omdat het belang van vastgoed beleid, beheer, nieuwbouw, projectcoördinatie en eigenaarsonderhoud zal toenemen.
Cvb-voorzitter De Voogd waarschuwde in zijn inleiding ervoor dat decentralisatie van allerlei taken er niet toe mag leiden dat bij de faculteiten meer geld of mankracht hiervoor wordt ingezet: ,,Ook dat moet beheerst worden.” Het rapport zegt dat ,,het denken in termen van ‘het eigen koninkrijk’ zou moeten worden vermeden”.
Rijnconsult voerde voor zijn advies gesprekken met vijftig personen en een klantonderzoek bij 150 personeelsleden (tweederde daarvan reageerde). De resultaten daarvan waren niet positief voor het FB in zijn huidige vorm. Klachten werden geuit over lange levertijden, onduidelijke verantwoordelijkheden, ongunstige prijsstellingen, het gevoel als klant niet serieus genomen te worden en een trage afhandeling van klachten. ,,Wij weten wat goed voor u is”, is het beeld dat de onderzoekers van het FB aantroffen. (R.M.)
FB-personeel krijgt uitleg in de Aula
Het Facilitair Bedrijf wordt opgesplitst. Het beleid voor vastgoed en huisvesting komt in een aparte organisatie onder het college van bestuur. Overige FB-afdelingen worden gegroepeerd in een ‘service-unit’ en moeten zichzelf bedruipen. Een aantal taken wordt afgestoten. In drie jaar tijd moet het FB 55 formatieplaatsen (van de 160) minder hebben; vijftien tot twintig medewerkers zullen de TU moeten verlaten.
Het is voor het eerst bij de TU dat bij voorbaat wordt aangenomen dat een reorganisatie inderdaad tot het vertrek van personeelsleden zal leiden. ,,Maar daarvoor is de krimp die nu bij het FB voorzien wordt dan ook te groot”, zegt een betrokken ambtenaar.
Vrijdag heeft het college van bestuur het personeel van het FB op de hoogte gesteld van de voorstellen van het bureau Rijnconsult en een stuurgroep. Tevens deelde voorzitter De Voogd mee dat het cvb een ‘voornemen tot reorganisatie’ had uitgesproken. Een projectgroep moet dat in februari aanstaande uitgewerkt hebben. Daarin zal een interim-manager plaatsnemen, samen met de huidige sectordirecteuren Sanson (huisvesting) en Zwenk (bedrijven). Van hen staat nog niet vast of zij ook met de leiding van de nieuwe eenheden worden belast. Huidig FB-directeur ir. A. van Deursen zal binnenkort zijn functie neerleggen.
Het rapport van Rijnconsult, dat vrijdag door opsteller drs. Veerman werd toegelicht, stelt dat het efficiencyvoordeel voor de TU zeven miljoen gulden per jaar zal zijn. Omdat het FB zijn personeelssterkte met eenderde moet verminderen staan daar wel vijf miljoen gulden aan reorganisatiekosten tegenover (meerendeels voor afvloeiingsregelingen en afkoopsommen).
Personeelsmanager Ahlers zei in een toelichting wel dat de ‘inzet’ was om de betrokken medewerkers geen schade te doen oplopen, maar kon ook geen garanties bieden. ,,Er zal zorgvuldig gewogen worden wie er mee kunnen, en wie bijgeschoold moet worden.” De TU neemt drie jaar de tijd om de personeelsformatie naar het lagere niveau te brengen.
In een eerste reactie spreekt de voorzitter van de medezeggenschapscommissie van het FB, Maissan, van ,,een pure personeelsopruimingsactie, gebaseerd op dikke-duimenwerk”.
De reorganisatieplannen behelzen onder andere: het privatiseren van het groenbeheer, het opheffen van het centraal magazijn, het ombouwen van de drukkerij tot een grafisch centrum voor eenvoudig bulk-drukwerk, het opheffen van de fotografische dienst, het onderbrengen van de portiers van het hoofdgebouw in het Bureau van de universiteit en het toevoegen van de postdistributie aan de postkamer.
De romp van het FB die dan overblijft na de splitsing zal deels vertrouwde elementen in zich bergen (de Aula, de horeca, de warmte/krachtcentrale, het Audiovisueel Centrum), maar deels ook nieuwe. Gedacht wordt aan de post- en archiefzakenen aan het Muzisch Centrum en het Sportcentrum. Beide zijn nu nog onderdeel van het Bureau van de universiteit, dat eveneens probeert af te slanken.
Ook wordt een afdeling voor advies en commerciële zaken opgericht die op het gebied van kantoorartikelen, energie, schoonmaken, inkoop, technisch onderhoud, beveiliging en kwaliteitsbewaking dienstverlenend moet optreden. In deze afdeling komt de expertise voor bijvoorbeeld het sluiten van raamcontracten op deze terreinen.
Belangrijk element in de plannen van Rijnconsult is immers dat de faculteiten en de diensten de budgetten krijgen voor alle facilitaire dienstverlening – tenzij er sprake is van eigenaarsonderhoud. De ‘klant’ gaat dus beslissen, en wordt niet gedwongen tot winkelnering. Het nieuwe FB zal dus moeten vechten om de gunst van de klant. Rijnconsult doet daarom voorstellen voor verbetering van de klantgerichtheid van medewerkers en leidinggevenden, en voor betere public relations.
Huisvesting
Ook in de sector huisvesting moet een aantal werkzaamheden gaan verdwijnen. Dat betreft het maken van bestekken en begrotingen, het ontwerpen voor bouwkundige en installatietechnische projecten door de tekenkamer, en het adviseren bij de inrichting en de keuze van interieur. Rijnconsult bepleit de resterende medewerkers vervolgens onder te brengen in een aparte rechtspersoon, waarvan de TU honderd procent aandeelhouder is. In deze sector wordt een kleine groei van het aantal medewerkers mogelijk geacht, omdat het belang van vastgoed beleid, beheer, nieuwbouw, projectcoördinatie en eigenaarsonderhoud zal toenemen.
Cvb-voorzitter De Voogd waarschuwde in zijn inleiding ervoor dat decentralisatie van allerlei taken er niet toe mag leiden dat bij de faculteiten meer geld of mankracht hiervoor wordt ingezet: ,,Ook dat moet beheerst worden.” Het rapport zegt dat ,,het denken in termen van ‘het eigen koninkrijk’ zou moeten worden vermeden”.
Rijnconsult voerde voor zijn advies gesprekken met vijftig personen en een klantonderzoek bij 150 personeelsleden (tweederde daarvan reageerde). De resultaten daarvan waren niet positief voor het FB in zijn huidige vorm. Klachten werden geuit over lange levertijden, onduidelijke verantwoordelijkheden, ongunstige prijsstellingen, het gevoel als klant niet serieus genomen te worden en een trage afhandeling van klachten. ,,Wij weten wat goed voor u is”, is het beeld dat de onderzoekers van het FB aantroffen. (R.M.)
FB-personeel krijgt uitleg in de Aula
Comments are closed.