Onderwijs

Er is hoop: leren kun je leren

‘Ik ben slim’ of ‘Ik ben slecht in wiskunde’. Veel studenten hebben een vaststaand beeld van hun eigen intelligentie. En dat staat leren in de weg, betoogde VU-studieadviseur Mirjam Pol vorige week tijdens de lezing ‘Intelligentie = ..% inspanning + ..% aanleg’. Een oplossing is er ook.


Studiesucces is hot. Helemaal als het vermogen tot leren maakbaar blijkt en het brein een uitbreidbare verzameling verbindingen. Dat valt althans op te maken uit de grote belangstelling donderdag 31 oktober voor de lezing ‘Intelligentie =  ..% inspanning + ..% aanleg’ van Mirjam Pol. De zaal die aanvankelijk is gereserveerd op de faculteit 3mE is te klein. De organisatie moet uitwijken naar een grotere locatie elders in het gebouw. Studenten, docenten, ondersteuners; iedereen wil horen hoe leren beter kan.



Pol is studieadviseur aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Zij is schrijver van het boekje ‘Nog slimmer’ en een enthousiast volger van de vooraanstaande Amerikaanse psychologe Carol Dweck. Uit Dwecks onderzoek blijkt dat gedachtepatronen (mindset) een enorme invloed hebben op het lerend vermogen van het brein. Verander die patronen en je zult beter leren, aldus de theorie, die door velerlei onderzoek is gesteund. De uitgangspunten waarover Pol tijdens haar lezing uitvoerig spreekt, zijn bemoedigend voor iedereen die het wel eens moeilijk heeft met studeren of die anderen daarvan af wil helpen:



1. Intelligentie is niet zo doorslaggevend als iedereen denkt;

2. Leren kun je leren;

3. Weet je hoe het lerende brein werkt, dan kun je het leerproces optimaliseren.



Frustratie

Dat laatste punt is de sleutel. In sneltreinvaart legt Pol uit hoe de hersenen leren. “Leren is het vormen van neurale netwerken, een patroon van samenwerkende zenuwcellen. De hippocampus is het belangrijkste leerdeel in het brein. Daar komt informatie binnen. De amigdala, een ander deel in de hersenen, scant die informatie. Zo gauw de amigdala constateert dat er lading op de informatie ligt, dan wordt die niet doorgestuurd aan de rest van het brein. Dat lukt het leren niet. Denk bij lading aan gevoelens van woede of verdriet, maar ook aan verveling of frustratie.”



Andere gedachtepatronen, een andere mindset, kunnen dat soort lading wegnemen. Pol laat een formule zien: ‘studiesucces = IQ x gedachten x gedrag’. “Door allerlei onderzoek weten we nu dat het IQ niet alleen bepalend is voor het vermogen om te leren. We weten ook dat iemands opvattingen over intelligentie en talent meer voorspellende waarde hebben. Net als het gedrag dat mensen vertonen als ze obstakels tegenkomen.”



Identiteit

Volgens Pol bestaan er twee uitersten als het op leren aankomt: een ‘statische mindset’ en een ‘op groei gerichte mindset’. De eerste gaat ervan uit dat intelligentie en talent vast staan. Je hebt het of je hebt het niet. Het tweede gedachtepatroon stoelt daarentegen op het idee dat je beter kunt worden in iets als je daar je best voor doet, dat je kunt groeien.



Bij kritiek of tegenslag hebben mensen met een ‘statische mindset’ een probleem, betoogt Pol. Ze zullen uitdagingen niet tegemoet treden, maar vermijden. Ze zullen opgeven bij hindernissen in plaats van doorzetten. Ze zullen kritiek niet ter harte nemen, maar negeren. Ze zullen succes van anderen als bedreiging zien en zich er niet door laten inspireren. Dat alles komt volgens Pol, omdat mensen met een statische mindset hun idee over hun intelligentie en talenten hebben gekoppeld aan hun identiteit. Ze zijn slim of ze zijn dom. Alles wat niet binnen dat beeld past, raakt iemand vanbinnen.



Taal

De Amsterdamse studieadviseuse waarschuwt iedereen met lerende jongeren of kinderen om zich heen dan ook om op hun taal te letten, of ze nu docent zijn of ouder. “Vermijd het werkwoord ‘zijn’. Zeg niet: ‘jij bent goed’. Zeg: ‘dat heb je goed gedaan’. Geef complimenten over iemands inspanning, strategie of de uitkomst daarvan. Dan blijf je weg bij iemands identiteit.”



Pol raadt ook Delftse docenten uit dat te doen. “Benadruk verder dat toetsen een momentopname zijn en dat ze niets zeggen over iemands potentie. Haalt een student een onvoldoende, vraag dan welke vaardigheden de student denkt te missen. Vraag door en probeer erachter te komen wat er aan de hand is. Uit onderzoek blijkt dat het gedrag van docenten invloed kan hebben op de prestaties van studenten.”



Ook voor die studenten heeft Pol een paar tips. “Kom erachter welke overtuigingen, welke mindset je hebt. Werk aan een op groei gerichte mindset. Probeer te leren van fouten. Geef jezelf een compliment op inspanning, strategie of uitkomst. Het goede nieuws is dat je kunt veranderen.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.