Het begon als een geintje. Klaas Jan Soeteman (23), student werktuigbouw, had altijd al de neiging om keihard mee te zingen wanneer André Hazes door sociëteit Phoenix galmde.
,,Kun je niet eens wat zingen bij de KMT, vroegen ze vorig jaar.” Nu trekt Soeteman onder de naam Fred Ferraro door het land om de sfeer erin te brengen bij corporale zusterverenigingen. ,,Op het podium ben ik een lompe volkszanger.”
Figuur 1 Fred Ferraro (hier op de Markt in Delft): ,,Die Joling is een over het paard getild type”
Wie op zaterdagavond 18 mei een kijkje nam bij het door studenten georganiseerde feest ter ere van het 750-jarig bestaan van Delft, werd warm gehouden door Gerard Joling, de band van Virgiel, en een vreemd figuur dat vol overgave smartlappen van André Hazes en René Froger ten gehore bracht. Fred Ferraro was zijn naam, de corporale ‘inzending’ voor het feest. Bij de corpora door heel Nederland is zijn ‘gezellige stem met een beetje vibrato’ al een tijdje een onmisbaar ingrediënt voor een avondje uit je dak gaan. Maar het openbare optreden voor het stadhuis was het eerste optreden voor niet-studenten. En wat bleek: ,,De burgers vinden het ook mooi.”
Ferraro’s muzikale bliksemcarrière vertoont trekken van een uit de hand gelopen studentengrap. ,,Pure lol. Puur toneelspel”, omschrijft Ferraro het zelf. ,,Maar iedereen vindt het grappig. Ik ben zelf niet zoals ik op het podium sta. Het is een geintje, maar mensen mogen het serieus nemen. Op het podium ben ik de lompe volkszanger.” Dat mensen misschien denken dat hij echt is zoals hij zich op het podium gedraagt, vindt Ferraro niet erg. ,,Dat interesseert me helemaal niks. Dat geldt toch ook voor acteurs, zoals Huub Stapel in Flodder.”
Telefoonboek
,,Je moet een fout hoofd hebben. Daarom had ik vroeger een pruik op. Maar mijn eigen haar is nu lang genoeg. Verder draag ik vaak een zwarte smoking-broek, een rode cummerbund en een zwarte zijde-achtige damesblouse. En een kettinkje met diamantjes met de letters FF, à la Lee Towers. Verder is het een stukje show en lomp doen. Toneelspelen is toch het mooiste wat er is. Ik hoef niet eens een rol uit m’n hoofd te leren. Ik ga er gewoon staan en doe lomp.”
,,André Hazes, René Froger, Lee Towers, en verder een bijeengeraapt zooitje.” ‘Even aan m’n moeder vragen’ bijvoorbeeld, en ‘That’s what friends are for’, zo vat Ferraro zijn repertoire samen. Hij wordt in zijn muzikale keuzes ernstig belemmerd door het feit dat hij is aangewezen op karaoke-cd’s. ,,Het is ontzettend moeilijk om aan muziek te komen. Ik ben puur afhankelijk van externe bronnen, heb geen band die de nummers voor me inspeelt.”
Een echte zangopleiding heeft Ferraro niet genoten. ,,Op de middelbare school heb ik aan een paar musicals meegedaan. En ik ben lid van de Bourdon, het zangdispuut van het corps.”Ferraro kon zijn vocale driften echter niet beheersen wanneer hij André Hazes hoorde zingen. ,,Fantastisch. Onnozele muziek, maar heerlijk om mee te zingen.” De KMT-commissie op de sociëteit besloot van de nood een deugd te maken, en vroeg of Ferraro (toen nog Soeteman) de foeten wilde vermaken. En zo geschiedde het op de KMT van afgelopen jaar: a star was born.
Na dat eerste optreden ging het snel met Ferraro. Gemiddeld een optreden of twee per maand. Voornamelijk zuster-sociëteiten in den lande en studentendiscotheken. Klaas Jan Soeteman is echter geen naam waarmee je de wereld verovert. Ricardo di Trico, noemde hij zichzelf heel even, maar dat allitereert niet voldoende. ,,Een huisgenoot heeft het telefoonboek erbij gepakt. Hij kwam op de naam Ferraro uit; als voornaam met dezelde voorletter kozen we Fred. De naam is dus volkomen willekeurig. Er schijnt overigens een andere artiest te bestaan die Frank Ferraro heet.”
Hossen
Na het optreden op de Markt en het zingen van een aantal nummers bij het gala van zijn vereniging waar veel niet-leden aanwezig waren, hoopt Ferraro door te breken. ,,Ik doe nu ook bruiloften. Ik wil overal zingen, het zal me een worst wezen waar. Het is namelijk het mooiste wat er bestaat en een unieke bron van inkomsten.”
,,Je gaat helemaal uit je dak op het podium. ‘Everybody happy?’, roep ik naar het publiek. ‘Ik versta niets.’ Dan word ik bijna van het podium afgegild. Dat geeft een kick, niet te geloven.” Ferraro zwijmelt even terug naar een optreden bij de Kriminele begin maart. ,,Mijn eerste grote optreden na de KMT. De sociëteit zat stampvol. Ik was helemaal overrompeld, en heel nerveus, nu ben ik dat een stuk minder. Voor ik op moest, sloeg ik dus wat pilsjes achterover. Het ging geweldig, iedereen stond te hossen. ‘Freddie, Freddie’, schreeuwde het publiek toen de muziek op was. Ik had nog wat toegiften, dus zette ik de band weer aan. Maar die begon ‘Ik meen het’ van Hazes te draaien. Dat nummer haalde ik toen nog niet, omdat het te hoog voor me is. Ik dacht: bekijk het maar, ik probeer het gewoon. The show must go on. En het ging als een dolle. Het was zó’n succes.”
Naast succes zijn er in het leven van een artiest als Ferraro natuurlijk ook de ergernissen. Zoals aan collega-zanger Gerard Joling – ,,een lul van de bovenste plank”, volgens Ferraro. Aanleiding voor deze uitspraak is het optreden van beiden op de Markt. ,,Nadat ik gezongen had, stond ik op het podium nog even een glaasje cola te drinken. Komt er een vent naar me toe die zegt: ‘Kun je even weggaan van het podium, Gerard Joling komt er zo aan.’ Achteraf bedacht ik dat ik gewoon had moeten zeggen: ‘Hè, wie?’ Die Joling is een over het paard getild type, dat houd je niet voor mogelijk. Ik weet niet of zijn mensen vinden dat het zo moet, of dat hij het zelf wil.”
Manager
Als populair artiest, die ook nog eens zijn temponorm moet halen, moet je natuurlijk zaken uitbesteden. Vandaar dat Ferraro een manager – Steven Bink, een ‘maatje van de sociëteit’- aangetrokken heeft, die de zakelijke enorganisatorische beslommeringen voor zijn rekening neemt. ,,Bink doet extreem veel. Ik hoef alleen maar naar de plaats van het optreden te rijden en te zingen.” Omdat Ferraro nu midden in zijn tentamenperiode zit, staan de optredens even stil. ,,Mijn studie staat op één.” Maar er zijn vage plannen voor het uitkomen van een ‘eigen nummertje’; een gerucht over een eigen cd doet zelfs de ronde. De plannen zijn echter nog in zo’n pril stadium dat Ferraro er weinig over los wil laten.
Ondanks alle successen is Ferraro een bescheiden en sympathieke jongen gebleven. Hij staat erop de mensen te bedanken die achter hem staan en hem steunen, ,,zonder dat de buitenwereld het ziet”. Zoals natuurlijk manager Bink, maar ook discotheek Lorre waar Ferraro de microfoon mag grijpen wanneer het hem belieft. Ook voor zijn huisgenoten heeft Ferraro een warm plekje in zijn hart. ,,Ik krijg hier in huis geen gezeik als ik uit volle borst karaoke-cd’s meezing.” Maar het belangrijkst is natuurlijk de vrouw achter Ferraro, op wie de zanger terug kan vallen in goede en in slechte tijden. ,,Omdat het een dijk van een wijf is.”
Het begon als een geintje. Klaas Jan Soeteman (23), student werktuigbouw, had altijd al de neiging om keihard mee te zingen wanneer André Hazes door sociëteit Phoenix galmde. ,,Kun je niet eens wat zingen bij de KMT, vroegen ze vorig jaar.” Nu trekt Soeteman onder de naam Fred Ferraro door het land om de sfeer erin te brengen bij corporale zusterverenigingen. ,,Op het podium ben ik een lompe volkszanger.”
Figuur 1 Fred Ferraro (hier op de Markt in Delft): ,,Die Joling is een over het paard getild type”
Wie op zaterdagavond 18 mei een kijkje nam bij het door studenten georganiseerde feest ter ere van het 750-jarig bestaan van Delft, werd warm gehouden door Gerard Joling, de band van Virgiel, en een vreemd figuur dat vol overgave smartlappen van André Hazes en René Froger ten gehore bracht. Fred Ferraro was zijn naam, de corporale ‘inzending’ voor het feest. Bij de corpora door heel Nederland is zijn ‘gezellige stem met een beetje vibrato’ al een tijdje een onmisbaar ingrediënt voor een avondje uit je dak gaan. Maar het openbare optreden voor het stadhuis was het eerste optreden voor niet-studenten. En wat bleek: ,,De burgers vinden het ook mooi.”
Ferraro’s muzikale bliksemcarrière vertoont trekken van een uit de hand gelopen studentengrap. ,,Pure lol. Puur toneelspel”, omschrijft Ferraro het zelf. ,,Maar iedereen vindt het grappig. Ik ben zelf niet zoals ik op het podium sta. Het is een geintje, maar mensen mogen het serieus nemen. Op het podium ben ik de lompe volkszanger.” Dat mensen misschien denken dat hij echt is zoals hij zich op het podium gedraagt, vindt Ferraro niet erg. ,,Dat interesseert me helemaal niks. Dat geldt toch ook voor acteurs, zoals Huub Stapel in Flodder.”
Telefoonboek
,,Je moet een fout hoofd hebben. Daarom had ik vroeger een pruik op. Maar mijn eigen haar is nu lang genoeg. Verder draag ik vaak een zwarte smoking-broek, een rode cummerbund en een zwarte zijde-achtige damesblouse. En een kettinkje met diamantjes met de letters FF, à la Lee Towers. Verder is het een stukje show en lomp doen. Toneelspelen is toch het mooiste wat er is. Ik hoef niet eens een rol uit m’n hoofd te leren. Ik ga er gewoon staan en doe lomp.”
,,André Hazes, René Froger, Lee Towers, en verder een bijeengeraapt zooitje.” ‘Even aan m’n moeder vragen’ bijvoorbeeld, en ‘That’s what friends are for’, zo vat Ferraro zijn repertoire samen. Hij wordt in zijn muzikale keuzes ernstig belemmerd door het feit dat hij is aangewezen op karaoke-cd’s. ,,Het is ontzettend moeilijk om aan muziek te komen. Ik ben puur afhankelijk van externe bronnen, heb geen band die de nummers voor me inspeelt.”
Een echte zangopleiding heeft Ferraro niet genoten. ,,Op de middelbare school heb ik aan een paar musicals meegedaan. En ik ben lid van de Bourdon, het zangdispuut van het corps.”Ferraro kon zijn vocale driften echter niet beheersen wanneer hij André Hazes hoorde zingen. ,,Fantastisch. Onnozele muziek, maar heerlijk om mee te zingen.” De KMT-commissie op de sociëteit besloot van de nood een deugd te maken, en vroeg of Ferraro (toen nog Soeteman) de foeten wilde vermaken. En zo geschiedde het op de KMT van afgelopen jaar: a star was born.
Na dat eerste optreden ging het snel met Ferraro. Gemiddeld een optreden of twee per maand. Voornamelijk zuster-sociëteiten in den lande en studentendiscotheken. Klaas Jan Soeteman is echter geen naam waarmee je de wereld verovert. Ricardo di Trico, noemde hij zichzelf heel even, maar dat allitereert niet voldoende. ,,Een huisgenoot heeft het telefoonboek erbij gepakt. Hij kwam op de naam Ferraro uit; als voornaam met dezelde voorletter kozen we Fred. De naam is dus volkomen willekeurig. Er schijnt overigens een andere artiest te bestaan die Frank Ferraro heet.”
Hossen
Na het optreden op de Markt en het zingen van een aantal nummers bij het gala van zijn vereniging waar veel niet-leden aanwezig waren, hoopt Ferraro door te breken. ,,Ik doe nu ook bruiloften. Ik wil overal zingen, het zal me een worst wezen waar. Het is namelijk het mooiste wat er bestaat en een unieke bron van inkomsten.”
,,Je gaat helemaal uit je dak op het podium. ‘Everybody happy?’, roep ik naar het publiek. ‘Ik versta niets.’ Dan word ik bijna van het podium afgegild. Dat geeft een kick, niet te geloven.” Ferraro zwijmelt even terug naar een optreden bij de Kriminele begin maart. ,,Mijn eerste grote optreden na de KMT. De sociëteit zat stampvol. Ik was helemaal overrompeld, en heel nerveus, nu ben ik dat een stuk minder. Voor ik op moest, sloeg ik dus wat pilsjes achterover. Het ging geweldig, iedereen stond te hossen. ‘Freddie, Freddie’, schreeuwde het publiek toen de muziek op was. Ik had nog wat toegiften, dus zette ik de band weer aan. Maar die begon ‘Ik meen het’ van Hazes te draaien. Dat nummer haalde ik toen nog niet, omdat het te hoog voor me is. Ik dacht: bekijk het maar, ik probeer het gewoon. The show must go on. En het ging als een dolle. Het was zó’n succes.”
Naast succes zijn er in het leven van een artiest als Ferraro natuurlijk ook de ergernissen. Zoals aan collega-zanger Gerard Joling – ,,een lul van de bovenste plank”, volgens Ferraro. Aanleiding voor deze uitspraak is het optreden van beiden op de Markt. ,,Nadat ik gezongen had, stond ik op het podium nog even een glaasje cola te drinken. Komt er een vent naar me toe die zegt: ‘Kun je even weggaan van het podium, Gerard Joling komt er zo aan.’ Achteraf bedacht ik dat ik gewoon had moeten zeggen: ‘Hè, wie?’ Die Joling is een over het paard getild type, dat houd je niet voor mogelijk. Ik weet niet of zijn mensen vinden dat het zo moet, of dat hij het zelf wil.”
Manager
Als populair artiest, die ook nog eens zijn temponorm moet halen, moet je natuurlijk zaken uitbesteden. Vandaar dat Ferraro een manager – Steven Bink, een ‘maatje van de sociëteit’- aangetrokken heeft, die de zakelijke enorganisatorische beslommeringen voor zijn rekening neemt. ,,Bink doet extreem veel. Ik hoef alleen maar naar de plaats van het optreden te rijden en te zingen.” Omdat Ferraro nu midden in zijn tentamenperiode zit, staan de optredens even stil. ,,Mijn studie staat op één.” Maar er zijn vage plannen voor het uitkomen van een ‘eigen nummertje’; een gerucht over een eigen cd doet zelfs de ronde. De plannen zijn echter nog in zo’n pril stadium dat Ferraro er weinig over los wil laten.
Ondanks alle successen is Ferraro een bescheiden en sympathieke jongen gebleven. Hij staat erop de mensen te bedanken die achter hem staan en hem steunen, ,,zonder dat de buitenwereld het ziet”. Zoals natuurlijk manager Bink, maar ook discotheek Lorre waar Ferraro de microfoon mag grijpen wanneer het hem belieft. Ook voor zijn huisgenoten heeft Ferraro een warm plekje in zijn hart. ,,Ik krijg hier in huis geen gezeik als ik uit volle borst karaoke-cd’s meezing.” Maar het belangrijkst is natuurlijk de vrouw achter Ferraro, op wie de zanger terug kan vallen in goede en in slechte tijden. ,,Omdat het een dijk van een wijf is.”
Comments are closed.