Campus

Een knagende vraag

,,Jullie mogen geen antwoorden van quizvragen verklappen aan vriendjes of vriendinnetjes. Als jullie dat wel doen, komt in de krant: school huppeldepup is gediskwalificeerd.

En dat is niet aardig voor kinderen op die school.” De juryvoorzitter van de nationale wetenschapsquiz junior was streng. Na ondertekening van geheimhoudingsplicht mochten scholieren afgelopen maandag de opnamen van de teeveequiz in het Techniek Museum Delft bijwonen.

Half vijf ’s middags mogen de eersten de monumentale hal in, een half uur later zijn de smarties bij de kassa uitverkocht en is de zaal afgetopt met kinderen. ,,Oké, we doen nu even dat een van de deelnemers aan de quiz, zeg Julia, heeft gewonnen. Hard klappen kinderen, zonder te gillen”, gebiedt de regisseur. Het eerste shot staat op band. Tijd voor de openingstune van het quantummechanisch gezelschap: ,,De nationale wetenschapsquiz… junior.” Waarna presentator Wim T. Schippers op geheel eigen wijze de trap afdaalt: ,,Jazeker, na een jaar zijn we er weer met de natio… de natsjo… tsjonge ik begin helemaal te stotteren… de wetenschapsquiz! Junior ook nog eens.” Nog maar een keer. ,,Lag niet aan jou Wim, het licht was niet goed, ga maar weer naar boven.” De tweede keer weet de stem van Ernie zijn tong in bedwang te houden: ,,Enneh, weet je wat we doen?”, vraagt hij de quizdeelnemers ,,We gaan beginnen. Laten we voor de verandering eens beginnen met vraag één.” De quizkinderen hebben allemaal een vraag bedacht. ,,Vraag één is opgeworpen door…” Op dat moment stoot een toeschouwer een bezem om waarop Wim reageert ,,…en daar wordt ook een en ander neergeworpen beste kijkers.” Nog maar eens. ,,Dag Rieke, dat is een Brabants accent hé?” ,,Ik kom uit Friesland.” ,,Oh, ja ja. Dat is dichtbij Brabant hé?” Welnee, opnieuw dus: de show begint herinneringen op te roepen aan de film ‘The Groundhog Day’. Vragen variëren van ‘waardoor ontstaat een tornado’ tot ‘waarom groeit schaamhaar niet even hard als hoofdhaar’, of ‘waarom prikkelt het wanneer je je elleboog stoot’. (Wim T.: ,,Is dat zo? Prikkelt dat? Auw! Ja dat prikkelt zeg, nou, helemaal tot bovenin.”) Voor antwoord op de vraag waarom je naar voren schiet wanneer je remt (‘een knagende vraag ja’) rent Wim T. naar een Morris Mini, start deze, trekt op en gaat vol in de rem. De eerste keer rijdt hij te laf, de tweede keer kan de jongen die achter de cameraman de snoeren uit het looppad houdt de snelheid niet bijbenen. ,,Stoppen! Stoppen!”, gilt hij paniekerig. ,,God-verre-domme!”, leert de cameraman de kinderen. Drie uur duren de opnamen voor een uur televisie. De regisseur heeft steeds meer moeite de kijkende kinderen stil te krijgen. Maar na afloop wachten VPRO-patat en VPRO-kroketten. En een kinderhand is ook na drie uur stilzitten snel gevuld.

Half vijf ’s middags mogen de eersten de monumentale hal in, een half uur later zijn de smarties bij de kassa uitverkocht en is de zaal afgetopt met kinderen. ,,Oké, we doen nu even dat een van de deelnemers aan de quiz, zeg Julia, heeft gewonnen. Hard klappen kinderen, zonder te gillen”, gebiedt de regisseur. Het eerste shot staat op band. Tijd voor de openingstune van het quantummechanisch gezelschap: ,,De nationale wetenschapsquiz… junior.” Waarna presentator Wim T. Schippers op geheel eigen wijze de trap afdaalt: ,,Jazeker, na een jaar zijn we er weer met de natio… de natsjo… tsjonge ik begin helemaal te stotteren… de wetenschapsquiz! Junior ook nog eens.” Nog maar een keer. ,,Lag niet aan jou Wim, het licht was niet goed, ga maar weer naar boven.” De tweede keer weet de stem van Ernie zijn tong in bedwang te houden: ,,Enneh, weet je wat we doen?”, vraagt hij de quizdeelnemers ,,We gaan beginnen. Laten we voor de verandering eens beginnen met vraag één.” De quizkinderen hebben allemaal een vraag bedacht. ,,Vraag één is opgeworpen door…” Op dat moment stoot een toeschouwer een bezem om waarop Wim reageert ,,…en daar wordt ook een en ander neergeworpen beste kijkers.” Nog maar eens. ,,Dag Rieke, dat is een Brabants accent hé?” ,,Ik kom uit Friesland.” ,,Oh, ja ja. Dat is dichtbij Brabant hé?” Welnee, opnieuw dus: de show begint herinneringen op te roepen aan de film ‘The Groundhog Day’. Vragen variëren van ‘waardoor ontstaat een tornado’ tot ‘waarom groeit schaamhaar niet even hard als hoofdhaar’, of ‘waarom prikkelt het wanneer je je elleboog stoot’. (Wim T.: ,,Is dat zo? Prikkelt dat? Auw! Ja dat prikkelt zeg, nou, helemaal tot bovenin.”) Voor antwoord op de vraag waarom je naar voren schiet wanneer je remt (‘een knagende vraag ja’) rent Wim T. naar een Morris Mini, start deze, trekt op en gaat vol in de rem. De eerste keer rijdt hij te laf, de tweede keer kan de jongen die achter de cameraman de snoeren uit het looppad houdt de snelheid niet bijbenen. ,,Stoppen! Stoppen!”, gilt hij paniekerig. ,,God-verre-domme!”, leert de cameraman de kinderen. Drie uur duren de opnamen voor een uur televisie. De regisseur heeft steeds meer moeite de kijkende kinderen stil te krijgen. Maar na afloop wachten VPRO-patat en VPRO-kroketten. En een kinderhand is ook na drie uur stilzitten snel gevuld.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.