Onderwijs

Draadloos diplomaat

Jarenlang leidde ing. Vic Hayes van Technische Bestuurskunde en Management (TBM) de lobby die ervoor zorgde dat het draadloze internetsysteem Wifi wereldwijd als standaard werd erkend. Over twee weken is hij eregast op een Wifi-seminar in zalencentrum Delftstede.

U bent de geestelijk vader van Wifi. Maar u heeft geen draadloze internetaansluiting. U tapt af van de buren die vergeten zijn hun beveiliging aan te zetten.

“Ik ben ouderwets. Mijn vorige buurman had ik geholpen met zijn internetaansluiting. In ruil daarvoor mocht ik zijn zender gebruiken als ik in de tuin werkte. Nu gebruik ik af en toe nog het internet van omwonenden. Maar als ik binnen zit ben ik aangesloten op een ethernetkabel.”

Wifi staat voor veel mensen gelijk aan draadloos internet. Maar wat is Wifi nou eigenlijk precies?

“Wifi staat voor Wireless Fidelity. Het is een keurmerk voor producten die met elkaar verbonden kunnen worden in draadloze lokale netwerken. Al deze producten . meestal computers . werken volgens de IEEE802.11-norm. Dit betekent dat data worden opgeknipt in pakketjes en in pulsjes verzonden over een radiofrequentie van rond de 2,4 gigahertz. Nieuwere producten kunnen naast deze bandbreedte zenden over een frequentie van rond de 5 gigahertz. Het systeem creëert een eerlijk speelveld voor iedereen die met draadloze communicatie wil werken.”

Hadden we zonder u draadloos internet gehad?

“Waarschijnlijk wel. Begin jaren negentig waren er al veel ideeën voor draadloos internet en het draadloos verzenden van data. Maar er moesten een universele techniek en radiofrequentie komen. Van 1990 tot 2000 was ik de voorzitter van de werkgroep van het IEEE, de Amerikaanse beroepsvereniging voor elektrotechnische ingenieurs, die zich hier mee bezig hield. Daarom ben ik het boegbeeld van Wifi geworden.”

U werkte in die tijd ook voor het National Cash Register aan kassa’s die draadloos met elkaar communiceerden. Hiermee liep u voorop op het gebied van draadloze communicatie.

“Klopt. Met onze kassa’s hoefden warenhuizen niet bij elke herinrichting opnieuw gaten in de muren te maken voor de bedrading. Dit systeem was de voorloper van draadloos internet.”

Hoe gaat dat in zijn werk, zo’n lobby voor Wifi?

“De belangen waren enorm. Ik beschouw mezelf daarom liever als diplomaat dan als ingenieur. Aan de ene kant had je de computerbedrijven. En aan de andere kant waren er de fabrikanten van elektronica, die meer gericht waren op spraak, video en de besturing van processen in fabrieken. Beide partijen moesten op één lijn komen. De laatste groep wilde een ingewikkeld systeem waarbij je als zender eerst een plekje in de ether reserveert en dan pas gegevens zendt. Ze wilden namelijk niet dat spraak of video haperde doordat andere zenders tegelijk de bandbreedte gebruikten. Maar de computerfabrikanten wilden gedurende de korte tijd dat de computer de ether nodig heeft, de hele bandbreedte ter beschikking hebben. Uiteindelijk hebben we voor het laatste gekozen. Zenders storen elkaar soms een beetje, maar iedere gebruiker krijgt een evenredig deel van de koek.”

Hoe komt het dat u niet wereldberoemd bent?

“Ik word wel erkend voor mijn werk. Dit jaar ontvang ik de Charles Proteus Steinmetz Award 2007. Dit is een van de belangrijkste prijzen van het IEEE. Het seminar in Delftstede is eigenlijk een feestje om dit te vieren. Maar inderdaad, ik ben niet echt beroemd. Een paar jaar geleden kreeg ons team . want het was wel teamwerk – de Vosko Trofee. Dat is een prijs voor Nederlanders die voor belangrijke doorbraken hebben gezorgd op het gebied van internet. We kregen hem niet lang nadat ik een lezing had gegeven. De organisatoren van de prijs dachten toen: ‘Verhip we hebben in ons eigen land de mannen die Wifi hebben opgezet!’.”

De verwachting is dat men straks overal draadloos en live televisie kan kijken. Kan Wifi het enorme datatransport dat dit vereist wel aan? Is Wifi niet gewoon een hype?

“Een hype? Het tegendeel lijkt me inmiddels wel bewezen. Er zijn al steden die uitgroeien tot internetvrijhavens. San Francisco en Londen zijn bijvoorbeeld druk bezig overal ‘hotspots’ neer te zetten, waar je draadloos kunt internetten.

Sinds 2003 mogen Wifi-zenders gebruik maken van 450 megahertz aan extra bandbreedte. Dat is een enorme capaciteitsverhoging. Maar hightech toepassingen als televisie kijken op de achterbank van je auto lijken me niet zo belangrijk. Af en toe je e-mail checken, of op Google kijken of er een goed restaurant in de buurt is, dat lijkt me handig.”

Ultra Wide Band is een andere veelbelovende draadloze communicatietechnologie. Zal die concurreren met Wifi?

“Nee. Het idee van Ultra Wide Band is dat gegevens over een heel grote bandbreedte met lage intensiteit worden verzonden. Die intensiteit is zo laag, dat andere zenders er geen last van hebben. Met deze techniek kun je maar een paar meter overbruggen. Hetzelfde geldt voor Bluetooth. Wifi gaat tot wel honderd meter.”

U werkt sinds anderhalf jaar een dag per week aan de TU. Wat onderzoekt u?

“Naast grote bedrijven als KPN en T-Mobile die hotspots aanleggen, zijn er veel particuliere Wifi-initiatieven. Een mooi voorbeeld is Wirelessleiden. Met kleine sprietantennes hebben inwoners van Leiden een draadloos Local Area network gecreëerd. Bij de TBM-sectie economie van infrastructuren onderzoeken we dit groepsproces. Wat besteden de deelnemers aan antennes en hoeveel capaciteit stellen ze vrij voor andere gebruikers? Daarnaast kijken we hoeveel omzetverlies bedrijven als KPN lijden in gebieden waar particulieren hun eigen netwerk opbouwen. Als we hiermee klaar zijn, onderzoeken we kleinschalige initiatieven in andere landen. We willen lokale studenten het onderzoek laten doen, met een door ons ontworpen vragenlijst.”

En jullie willen een boek maken over Wifi.

“We zijn van plan om een boek samen te stellen over onder andere de ‘Genesis van Wifi’ en het ontstaan van ‘draadloze ecosystemen’. We laten mensen uit het veld hun ervaringen op papier zetten en geven zo de kijk weer van de wetenschapper.”

Wat vindt u het mooist aan Wifi?

“Dat het iedereen toegang kan bieden tot internet. Ook aan mensen in onherbergzame gebieden, waar nauwelijks wegen zijn en een tekort is aan leraren en artsen. Wifi kan daardoor gebruikt worden voor ontwikkelingshulp. Dit wordt mijn belangrijkste boodschap tijdens het seminar. Zo is er een organisatie die een netwerk heeft opgericht in de bergen van Nepal. Artsen uit een nabijgelegen stad geven patiënten medisch advies via Wifi. Kinderen krijgen les via internet. En boeren kijken online wat hun producten waard zijn en zoeken klanten op het net. Analfabeten gebruiken internet om te telefoneren.”

Maar die antennes en computers kosten klauwen met geld en ze verbruiken veel energie. Is het wel reëel om te denken dat je met Wifi dit soort armoedeproblemen groots aan kunt pakken?

“De antennes die grote afstanden overbruggen kosten veel. Maar als je er eenmaal een paar hebt, kun je met simpele middelen, zoals conservenblikjes, het signaal over kleinere afstanden versterken en verzenden. De computers zijn ook niet altijd duur. Wirelessleiden heeft bruikbare computers uit onderdelen van oude pc’s gemaakt en naar Tanzania verstuurd, waar op dit moment ook een netwerk gebouwd wordt. Mensen kunnen elkaar opleiden tot ict-expert en zo makkelijker werk vinden. Dit is gebeurd in het zuiden van Californië. Daar hebben indianen een Wifi-netwerk opgezet in indianenreservaten.”

Enkele maanden geleden vond in het Indiase Dharamsala, een van de thuishavens van de Dalai Lama, de jaarlijkse World Summit on Free Information Infrastructure (WSFII) plaats. Als vader van Wifi was u daar aanwezig.

“Dharamsala is een ander mooi voorbeeld. Het dorp ligt aan de voet van de Himalaya, vlakbij Tibet. Er wonen veel Tibetanen in ballingschap. (Lachend) Ze maken antennes die bestand moeten zijn tegen alle apen die daar zitten. Het netwerk beslaat een gebied van ongeveer vijftig kilometer en verbindt Tibetaanse instituten met elkaar en met internet. Eén van die instituten is het Tibetaanse Kinderdorp, met kinderen die Tibet zijn ontvlucht. De WSFII vond daar plaats. De Dalai Lama ziet het belang in van Wifi voor hun ontwikkeling en voor de rest van Dharamsala. Dit schreef hij in een brief aan alle deelnemers van de WSFII. Ik bewonderde zijn geweldloosheid, mededogen en wijsheid al lang, maar toen hij ook nog die bewuste brief schreef werd ik groot fan van hem.”

Studenten die meer willen weten over het WiFi-onderzoeksprogramma van TBM kunnen contact opnemen met Vic Hayes: v.hayes@hccnet.nl.

www.eviconference.nl/WiFiWorkshop/WiFiWorkshop.html
WIE IS VIC HAYES?

‘Father of Wifi’ is zijn bijnaam. Hayes is geboren in Nederlands-Indië in 1941. In 1950 repatrieerde hij met zijn familie naar Nederland. Hij doorliep de hts in Amsterdam en werkte na zijn studie als dienstplichtige aan nieuwe radartechnologieën bij de luchtmacht. Halverwege de jaren zeventig ging hij aan de slag bij National Cash Register in Utrecht. Hij werkte daar aan kassa’s die draadloos met elkaar communiceerden. De techniek die hij hiervoor gebruikte zou later ook het draadloos internet mogelijk maken.

Als voorzitter van een werkgroep van de Amerikaanse vereniging voor elektrotechnische ingenieurs, het IEEE, zette hij in de jaren negentig Wifi op de kaart als standaard voor draadloos internet. Voor dit werk beloont het IEEE hem dit jaar met de Steinmetz Award.

Sinds anderhalf jaar is Hayes verbonden aan de faculteit Techniek, Bestuur en Management, waar hij kleinschalige lokale Wifi-netwerken onderzoekt, zoals Wirelessleiden en het netwerk in het Indiase Dharamsala, een van de thuishavens van de Dalai Lama. Hayes woont in Utrecht. Hij is getrouwd met Frieda, heeft twee dochters, een zoon en vier kleinkinderen.

U bent de geestelijk vader van Wifi. Maar u heeft geen draadloze internetaansluiting. U tapt af van de buren die vergeten zijn hun beveiliging aan te zetten.

“Ik ben ouderwets. Mijn vorige buurman had ik geholpen met zijn internetaansluiting. In ruil daarvoor mocht ik zijn zender gebruiken als ik in de tuin werkte. Nu gebruik ik af en toe nog het internet van omwonenden. Maar als ik binnen zit ben ik aangesloten op een ethernetkabel.”

Wifi staat voor veel mensen gelijk aan draadloos internet. Maar wat is Wifi nou eigenlijk precies?

“Wifi staat voor Wireless Fidelity. Het is een keurmerk voor producten die met elkaar verbonden kunnen worden in draadloze lokale netwerken. Al deze producten . meestal computers . werken volgens de IEEE802.11-norm. Dit betekent dat data worden opgeknipt in pakketjes en in pulsjes verzonden over een radiofrequentie van rond de 2,4 gigahertz. Nieuwere producten kunnen naast deze bandbreedte zenden over een frequentie van rond de 5 gigahertz. Het systeem creëert een eerlijk speelveld voor iedereen die met draadloze communicatie wil werken.”

Hadden we zonder u draadloos internet gehad?

“Waarschijnlijk wel. Begin jaren negentig waren er al veel ideeën voor draadloos internet en het draadloos verzenden van data. Maar er moesten een universele techniek en radiofrequentie komen. Van 1990 tot 2000 was ik de voorzitter van de werkgroep van het IEEE, de Amerikaanse beroepsvereniging voor elektrotechnische ingenieurs, die zich hier mee bezig hield. Daarom ben ik het boegbeeld van Wifi geworden.”

U werkte in die tijd ook voor het National Cash Register aan kassa’s die draadloos met elkaar communiceerden. Hiermee liep u voorop op het gebied van draadloze communicatie.

“Klopt. Met onze kassa’s hoefden warenhuizen niet bij elke herinrichting opnieuw gaten in de muren te maken voor de bedrading. Dit systeem was de voorloper van draadloos internet.”

Hoe gaat dat in zijn werk, zo’n lobby voor Wifi?

“De belangen waren enorm. Ik beschouw mezelf daarom liever als diplomaat dan als ingenieur. Aan de ene kant had je de computerbedrijven. En aan de andere kant waren er de fabrikanten van elektronica, die meer gericht waren op spraak, video en de besturing van processen in fabrieken. Beide partijen moesten op één lijn komen. De laatste groep wilde een ingewikkeld systeem waarbij je als zender eerst een plekje in de ether reserveert en dan pas gegevens zendt. Ze wilden namelijk niet dat spraak of video haperde doordat andere zenders tegelijk de bandbreedte gebruikten. Maar de computerfabrikanten wilden gedurende de korte tijd dat de computer de ether nodig heeft, de hele bandbreedte ter beschikking hebben. Uiteindelijk hebben we voor het laatste gekozen. Zenders storen elkaar soms een beetje, maar iedere gebruiker krijgt een evenredig deel van de koek.”

Hoe komt het dat u niet wereldberoemd bent?

“Ik word wel erkend voor mijn werk. Dit jaar ontvang ik de Charles Proteus Steinmetz Award 2007. Dit is een van de belangrijkste prijzen van het IEEE. Het seminar in Delftstede is eigenlijk een feestje om dit te vieren. Maar inderdaad, ik ben niet echt beroemd. Een paar jaar geleden kreeg ons team . want het was wel teamwerk – de Vosko Trofee. Dat is een prijs voor Nederlanders die voor belangrijke doorbraken hebben gezorgd op het gebied van internet. We kregen hem niet lang nadat ik een lezing had gegeven. De organisatoren van de prijs dachten toen: ‘Verhip we hebben in ons eigen land de mannen die Wifi hebben opgezet!’.”

De verwachting is dat men straks overal draadloos en live televisie kan kijken. Kan Wifi het enorme datatransport dat dit vereist wel aan? Is Wifi niet gewoon een hype?

“Een hype? Het tegendeel lijkt me inmiddels wel bewezen. Er zijn al steden die uitgroeien tot internetvrijhavens. San Francisco en Londen zijn bijvoorbeeld druk bezig overal ‘hotspots’ neer te zetten, waar je draadloos kunt internetten.

Sinds 2003 mogen Wifi-zenders gebruik maken van 450 megahertz aan extra bandbreedte. Dat is een enorme capaciteitsverhoging. Maar hightech toepassingen als televisie kijken op de achterbank van je auto lijken me niet zo belangrijk. Af en toe je e-mail checken, of op Google kijken of er een goed restaurant in de buurt is, dat lijkt me handig.”

Ultra Wide Band is een andere veelbelovende draadloze communicatietechnologie. Zal die concurreren met Wifi?

“Nee. Het idee van Ultra Wide Band is dat gegevens over een heel grote bandbreedte met lage intensiteit worden verzonden. Die intensiteit is zo laag, dat andere zenders er geen last van hebben. Met deze techniek kun je maar een paar meter overbruggen. Hetzelfde geldt voor Bluetooth. Wifi gaat tot wel honderd meter.”

U werkt sinds anderhalf jaar een dag per week aan de TU. Wat onderzoekt u?

“Naast grote bedrijven als KPN en T-Mobile die hotspots aanleggen, zijn er veel particuliere Wifi-initiatieven. Een mooi voorbeeld is Wirelessleiden. Met kleine sprietantennes hebben inwoners van Leiden een draadloos Local Area network gecreëerd. Bij de TBM-sectie economie van infrastructuren onderzoeken we dit groepsproces. Wat besteden de deelnemers aan antennes en hoeveel capaciteit stellen ze vrij voor andere gebruikers? Daarnaast kijken we hoeveel omzetverlies bedrijven als KPN lijden in gebieden waar particulieren hun eigen netwerk opbouwen. Als we hiermee klaar zijn, onderzoeken we kleinschalige initiatieven in andere landen. We willen lokale studenten het onderzoek laten doen, met een door ons ontworpen vragenlijst.”

En jullie willen een boek maken over Wifi.

“We zijn van plan om een boek samen te stellen over onder andere de ‘Genesis van Wifi’ en het ontstaan van ‘draadloze ecosystemen’. We laten mensen uit het veld hun ervaringen op papier zetten en geven zo de kijk weer van de wetenschapper.”

Wat vindt u het mooist aan Wifi?

“Dat het iedereen toegang kan bieden tot internet. Ook aan mensen in onherbergzame gebieden, waar nauwelijks wegen zijn en een tekort is aan leraren en artsen. Wifi kan daardoor gebruikt worden voor ontwikkelingshulp. Dit wordt mijn belangrijkste boodschap tijdens het seminar. Zo is er een organisatie die een netwerk heeft opgericht in de bergen van Nepal. Artsen uit een nabijgelegen stad geven patiënten medisch advies via Wifi. Kinderen krijgen les via internet. En boeren kijken online wat hun producten waard zijn en zoeken klanten op het net. Analfabeten gebruiken internet om te telefoneren.”

Maar die antennes en computers kosten klauwen met geld en ze verbruiken veel energie. Is het wel reëel om te denken dat je met Wifi dit soort armoedeproblemen groots aan kunt pakken?

“De antennes die grote afstanden overbruggen kosten veel. Maar als je er eenmaal een paar hebt, kun je met simpele middelen, zoals conservenblikjes, het signaal over kleinere afstanden versterken en verzenden. De computers zijn ook niet altijd duur. Wirelessleiden heeft bruikbare computers uit onderdelen van oude pc’s gemaakt en naar Tanzania verstuurd, waar op dit moment ook een netwerk gebouwd wordt. Mensen kunnen elkaar opleiden tot ict-expert en zo makkelijker werk vinden. Dit is gebeurd in het zuiden van Californië. Daar hebben indianen een Wifi-netwerk opgezet in indianenreservaten.”

Enkele maanden geleden vond in het Indiase Dharamsala, een van de thuishavens van de Dalai Lama, de jaarlijkse World Summit on Free Information Infrastructure (WSFII) plaats. Als vader van Wifi was u daar aanwezig.

“Dharamsala is een ander mooi voorbeeld. Het dorp ligt aan de voet van de Himalaya, vlakbij Tibet. Er wonen veel Tibetanen in ballingschap. (Lachend) Ze maken antennes die bestand moeten zijn tegen alle apen die daar zitten. Het netwerk beslaat een gebied van ongeveer vijftig kilometer en verbindt Tibetaanse instituten met elkaar en met internet. Eén van die instituten is het Tibetaanse Kinderdorp, met kinderen die Tibet zijn ontvlucht. De WSFII vond daar plaats. De Dalai Lama ziet het belang in van Wifi voor hun ontwikkeling en voor de rest van Dharamsala. Dit schreef hij in een brief aan alle deelnemers van de WSFII. Ik bewonderde zijn geweldloosheid, mededogen en wijsheid al lang, maar toen hij ook nog die bewuste brief schreef werd ik groot fan van hem.”

Studenten die meer willen weten over het WiFi-onderzoeksprogramma van TBM kunnen contact opnemen met Vic Hayes: v.hayes@hccnet.nl.

www.eviconference.nl/WiFiWorkshop/WiFiWorkshop.html
WIE IS VIC HAYES?

‘Father of Wifi’ is zijn bijnaam. Hayes is geboren in Nederlands-Indië in 1941. In 1950 repatrieerde hij met zijn familie naar Nederland. Hij doorliep de hts in Amsterdam en werkte na zijn studie als dienstplichtige aan nieuwe radartechnologieën bij de luchtmacht. Halverwege de jaren zeventig ging hij aan de slag bij National Cash Register in Utrecht. Hij werkte daar aan kassa’s die draadloos met elkaar communiceerden. De techniek die hij hiervoor gebruikte zou later ook het draadloos internet mogelijk maken.

Als voorzitter van een werkgroep van de Amerikaanse vereniging voor elektrotechnische ingenieurs, het IEEE, zette hij in de jaren negentig Wifi op de kaart als standaard voor draadloos internet. Voor dit werk beloont het IEEE hem dit jaar met de Steinmetz Award.

Sinds anderhalf jaar is Hayes verbonden aan de faculteit Techniek, Bestuur en Management, waar hij kleinschalige lokale Wifi-netwerken onderzoekt, zoals Wirelessleiden en het netwerk in het Indiase Dharamsala, een van de thuishavens van de Dalai Lama. Hayes woont in Utrecht. Hij is getrouwd met Frieda, heeft twee dochters, een zoon en vier kleinkinderen.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.