Als het gaat om afstudeerpresentaties van studenten industrieel ontwerpen, is het onderwijs op de TU ‘aardig achterhaald’, stelt de nieuwe praktijkhoogleraar visual communication design Catelijne van Middelkoop.
Haar droom: rijkelijk gebruik van nieuwe media en bovenal: géén wetenschapsposters meer.
Van een kantoor in uptown New York én eentje in het Lloydkwartier in Rotterdam, naar een kamer aan een ambtelijke gang in een gigantische faculteit in Delft. Niet de eerste plek voor een aanstelling die je verwacht bij een ontwerper van wereldformaat. Catelijne van Middelkoop heeft dan ook nogal een taak te verrichten. Sinds 1 januari mag ze als praktijkhoogleraar visual communication design aan de slag met, zoals ze het zelf zegt: “Visual communication design in de breedste zin van het woord.”
Dat zou moeten beginnen met visual awareness, niet alleen gezien vanuit perceptieleer, maar ook vanuit de dominante beeldcultuur waarin we leven. Van daaruit kun je bouwen, en opnieuw betekenis geven aan wat visual communication design in de context van IO zou moeten betekenen.”
Studenten anno nu worden allemaal opgeleid in een tijdperk waarin beeldcultuur, snelheid en veranderlijkheid een centrale plek opeisen. “Dat je in deze overvloed als ontwerper toch een eigen ‘stem’ kunt ontwikkelen en complexe informatie over kunt brengen, staat buiten kijf. Hiervoor kun je rijkelijk en kritisch gebruikmaken van de enorme diversiteit aan media die vandaag de dag tot je beschikking staan. Dát wil ik IO-studenten bijbrengen”, aldus Van Middelkoop.
En dat alles in één dag in de week, naast haar functies als eigenaar van studio Strange
Attractors Design en leidinggevende van de afdeling Man and Communication bij de Design Academy Eindhoven. Een stevige maar dankbare kluif.
Er valt veel te verbeteren op de TU als het gaat om visuele communicatie, stelt ze. Een deel van het IO-onderwijs mag best op de schop. Ze staat niet alleen: decaan Ena Voûte trok in korte tijd al vier praktijkhoogleraren aan, die studenten en onderzoekers moeten inspireren en uitdagen. “Communicatie en in het bijzonder visuele communicatie is erg belangrijk voor designers die vaak excelleren in visueel denken”, stelde zij bij de bekendmaking van de aanstelling van Van Middelkoop al. “Hiermee maken ze onderling inzichtelijk wat ze bedoelen en wordt het voor anderen voorstelbaar. Juist het realiteitsgehalte van industriële ontwerpers maakt hen zo waardevol voor hun omgeving.”
Posters achterhaald
Goed inzicht is het halve werk. Want Van Middelkoop neemt zegt het liever niet zo, maar sommige onderwijsaspecten aan ‘haar’ faculteit vindt ze ‘redelijk achterhaald’. Eén van de grootste doornen in haar oog: de zogenaamde wetenschapsposters. “Een goed voorbeeld van hoe het níet moet. Wetenschappers, maar ook afstudeerders, maken die om hun onderzoek duidelijk te maken. Resultaat is een reusachtige samenvatting van hun onderzoek, op supersized – vaak liggend – posterformaat. Maar dat is in mijn ogen niet waar posters als medium voor bedoeld zijn. Bij het woord denk ik als (van origine grafisch) ontwerper aan politieke, protest- en propagandaposters. Aan film-concert- en theateraankondigingen.”
eyecatcher
“Een poster is in mijn optiek een eyecatcher, een slimme combinatie van vorm en inhoud die in één oogopslag informatie overbrengt – en misschien een diepere boodschap als je er langer naar kijkt. De wetenschapsposters die TU-studenten nu moeten maken, vertegenwoordigen exact het tegenovergestelde: te veel informatie, vreemd gebruik van witruimte en onnodige grafische elementen. Het meest treffend vind ik misschien wel het enorme formaat. Tegenwoordig vermeldt bijna iedereen onderin zijn zakelijke e-mails: ‘Print deze mail niet, spaar bomen’, maar ondertussen worden deze lappen nog steeds geprint.”
En dan nog iets: studenten krijgen momenteel niet het onderwijs om zoiets goed te ontwerpen – en de vraag is of dit überhaupt wel moet, denkt ze. “Dus zetten studenten er dan maar gestandaardiseerde templates voor in, of bootsen die na in een programma als Powerpoint. Studenten zijn meer bezig met vormgeving wanneer ze een filter plaatsen over hun Instagram-post, dan wanneer ze hun poster ‘ontwerpen’.
templates taboe
En dát is al helemaal niet de bedoeling. “Begrijp me niet verkeerd: zelfs sommige – zogenaamd – professionele grafisch ontwerpers vergrijpen zich aan gestandaardiseerde templates, en ik begrijp best wat het idee is achter die wetenschapsposters. Dat het goed is om je research te presenteren voordat je je daadwerkelijke paper publiceert. Ik kan alleen echt niet geloven dat een grafisch ontwerper déze academische standaard heeft ontworpen om je wetenschappelijke onderzoek te presenteren. Waarom zou je maanden of jaren van onderzoek over een heel specifiek onderwerp in ’s hemelsnaam communiceren via zo’n niet-specifiek en non-communicatief medium? Dat kan zo veel effectiever!”
je bent geen luther
Maar heel weinig mensen is het ooit gelukt om een boodschap met zoveel tekst over te brengen op één vel papier, stelt Van Middelkoop. “De Duitse protestantse theoloog en reformator Maarten Luther kreeg het voor elkaar, toen hij in 1517 zijn 95 stellingen publiceerde, als reactie tegen de aflaatverkoop van Dominicanenpriester Johann Tetzel.
Over het algemeen doen de gigantische lappen tekst op die wetenschapsposters me vooral denken aan de ellenlange ’terms and conditions’ van iTunes. En die klikken we allemaal zo snel mogelijk weg – waar of niet? De grote blokken vol letters op het gigantische vel lijken voor mij vooral op een printed press sheet, voordat het in pagina’s geknipt en gebonden wordt in een boek.
onderscheid je
Juist doordat tegenwoordig iedereen kan ‘ontwerpen’ dankzij voor iedereen toegankelijke software, is het belangrijker dan ooit om te definiëren waarin je je onderscheidt van anderen, vindt Van Middelkoop. “Op kwalitatief vlak, én inhoudelijk – bijvoorbeeld op het gebied van design thinking, het menselijker maken van technologie en het ontwikkelen van systemen of het effectief orkestreren van interactie. Juist door deze verschillen zorg je ervoor dat creatieve opleidingen als Industrieel Ontwerpen of de Design Academy relevant blijven.”
experimenteer
Door studenten te laten experimenteren met andere media om de essentie van hun onderzoek over te brengen – film, een drone of podcasts bijvoorbeeld – raken ze bewust van de kracht van de juiste mediakeuze, denkt Van Middelkoop.
Bovenal wil ze dat studenten zich beter leren uitspreken over hun product, onderzoek of service. En daarvoor moet in eerste instantie vooral het bacheloronderwijs onder de loep. “Als je alle studenten tegelijk door een curriculum duwt, krijg je eenheidsworst. Een toelatingsexamen zou al schelen als je de eigenheid van studenten wilt waarborgen.” Masters hebben al een specifiekere richting, daarin kan het voor studenten makkelijker zijn zich te onderscheiden, denkt ze.
vernieuw het onderwijs
Van Middelkoop heeft al vaker met dit bijltje gehakt. Vanaf de invoering van het bachelor/mastersysteem in het kunst- en designonderwijs, is ze nauw betrokken bij onderwijsvernieuwing. Eerst om het creatieve onderwijs op de Design Academy te verbeteren en ‘future proof’ te maken, binnen en buiten haar afdeling, en nu dus bij IO – ook áchter de schermen. “Er zit een prachtig team op deze faculteit. Maar ik kan een hele dag op mijn verdieping zijn, en haast níemand tegenkomen. Al vloog laatst wel opeens een zingende en tegelijk projecterende appeldrone door de gang, die een collega had meegenomen uit China. Ik hoop dat het tij al aan het keren is.”
Voorbeelden van wetenschappelijke posters. Het moet anders, vindt Cathelijne van Middelkoop. Bijvoorbeeld door experimenteren met andere media: een film, drone of podcast. (Samengesteld beeld: Catelijne van Middelkoop)
Catelijne van Middelkoop
Grafisch ontwerper Catelijne van Middelkoop, eigenaar van de trans-disciplinaire studio Strange Attractors Design én leidinggevende van de afdeling Man and Communication bij de Design Academy Eindhoven, haalt als nieuwe praktijkhoogleraar visual communication graag de bezem door Industrieel Ontwerpen.
Comments are closed.