Nando Timmer heeft zich de afgelopen twintig jaar hard gemaakt voor een nieuwe windtunnel aan de TU. Een deel van het geld was er al, maar de politieke wil om de rest bij te leggen ontbrak. Vrijdag wordt de Open Jet Facility (OJF) dan eindelijk geopend.
Tevreden? Blij?
“Een combinatie. De bouw sluit een lange periode af. De OJF is mijn zesde ontwerp voor een windtunnel en de eerste die gebouwd wordt.”
Waarom heeft het twintig jaar geduurd?
“Er kwam destijds drie miljoen gulden beschikbaar voor het windenergieprogramma aan de TU. Een miljoen daarvan ging naar een nieuwe leerstoel windenergie en een ander miljoen ging naar het overhevelen van de onderzoeksturbine van de TU op het terrein van de stichting Energie Anders uit Hoek van Holland naar Delft. Het laatste miljoen zou moeten gaan naar de vervanging van de toenmalige windtunnel.”
Waarom gebeurde dat niet?
“Het is een enorm apparaat om te bouwen. Daar komt bij dat een miljoen nog steeds te weinig was en dat het imago van windenergie destijds negatiever was dan nu. De wil ontbrak om het ontbrekende geld bij te leggen.”
En toen?
“In 1990 werden we verplaatst naar Civiel en toen werden de plannen weer meegenomen. Die gingen uiteindelijk toch niet door. In 2004 verhuisden we van Civiel naar Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek. Drie van de leerstoelen daar legden geld bij en er kwam geld van het college van bestuur. De rest heeft L&R voorgeschoten. Dat moet worden terugverdiend. Maar we zijn geen commercieel instituut: ons eigen onderzoek en studenten gaan voor.”
Had je verwacht dat het er ooit nog van zou komen?
“Ik heb getwijfeld, want windtunnels zijn duur en veel mensen geloven dat je stromingsfenomenen ook goed met computersimulaties kunt bestuderen. Toch heb je altijd een windtunnel nodig voor de uiteindelijke verificatie van je ideeën. Maar het is niet zo dat ik twintig jaar lang elke dag met die windtunnel bezig was. Ik maakte gewoon af en toe een ontwerp en dan verdween dat weer in de kast.”
Wat voor windtunnel is de OJF?
“Hij heeft een effectieve diameter van drie meter. Dat wil zeggen dat we rotormodellen van ongeveer twee meter kunnen testen. Dat is vijftig procent meer dan in de vorige windtunnel.”
Welk onderzoek ga je zelf in de windtunnel doen?
“Onze groep doet mee met een aantal Europese projecten. We zoeken bijvoorbeeld manieren om de belasting op rotorbladen van windturbines beter te voorspellen en reduceren. Verder simuleren we hoe de bladen reageren op wind die onder een hoek langs blaast. Dat gebeurt in het echt regelmatig: de windrichting fluctueert snel en je kunt niet zes keer per seconde de gondel van je turbine heen en weer draaien.”
En nu? Achterover leunen en genieten van de nieuwe tunnel?
“Nee, er moet nog veel gebeuren. We moeten de tunnel nog beter leren kennen en hem goed afstellen. Bovendien moet er nog wat dure apparatuur aangeschaft worden. We zijn nog lang niet klaar.”
Comments are closed.