‘Dit was mijn spannendste race ooit’

udelft.nl/artikel/-vliegergek-ik-geloof-het-wel/24097″>Rolf van der Vlugt maar weer eens. De Delftenaar, die in 2008 het Nederlands snelheidsrecord verbrak door met zijn plankje en vlieger met 88 kilometer per uur over het water te sjezen (dat record staat nog steeds op zijn naam), eindigde als eerste bij de wedstrijd course racing bij het Duitse eilandje Sylt.

Geen gekke sprongen en capriolen, maar gewoon zo snel mogelijk een parcours afleggen rondom enkele boeien. Dat is waar het om draait bij course racing, een evenement dat vijf keer per jaar plaatsvindt op diverse locaties in Europa en dat georganiseerd wordt door Kite Tour Europe.

“Het was mijn spannendste race ooit”, vertelt Van der Vlugt, die in het dagelijks leven werkt aan elektriciteit opwekkende vliegers bij het Asset instituut (Applied Sustainable Science Engineering and Technology). “Voor de laatste boei verloor ik enkele seconden bij het overstag gaan. Twee mensen haalden me bovenwinds in. Ik kon me nog net tussen hen en de boei manoeuvreren.”

Op Duitse Sylt vond tevens het wereldkampioenschap kiteslalom plaats. Van der Vlugt eindigde in die discipline als derde.

Van der Vlugts vriendin, Katja Roose, vliegerde ook. Zij werd wereldkampioen slalom bij de vrouwen en behaalde zilver bij de course racing.

Wat de race vorige week extra spannend maakte, was het feit dat voor het eerst het zogenaamde medal racen is uitgeprobeerd. Medal racen is een soort afvalrace waarbij uiteindelijk de vier hoogst geëindigde surfers van het tussenklassement de strijd met elkaar aangaan.

Van der Vlugt: “Op deze manier zal er vanaf 2016 ook Olympisch gekitesurft worden. Eén race bepaalt dan wie de beste is. Dit maakt het ook extra spannend voor het publiek.”

Van der Vlugt hoopt er bij te zijn in Rio de Janeiro in 2016. Het kite course racen zal daar geïntroduceerd worden als nieuwe Olympische zeildiscipline. De Delftenaar zal zich in september, tijdens het wereldkampioenschap op Sardinië, moeten bewijzen. “Ik moet bij de top acht zien te komen. Dan kan ik waarschijnlijk meedoen aan de Olympische Spelen.”