Onderwijs

Delft tweede op debating-toernooi

Debating Club Tilburg werd donderdagavond winnaar van het toernooi ter gelegenheid van het eeuwfeest van DSB-debatclub Logika. Na een spannende finale kregen de Tilburgers Gijs Weenink en Marcel van Roij twee van de drie jurystemmen.

Hoewel de belangstelling voor de wedstrijd tegenviel, was de jury ‘zeer tevreden met het debattechnisch hoge niveau’.

De Delftse finalisten Ingrid Bonnet en Wolter Smit bereikten de laatste ronde met name door hun tegenstanders met onverwachte argumentaties in problemen te brengen. Tegen het argument dat ministers een groter autobudget zouden moeten krijgen om in het gebruik van elektrische auto’s te kunnen investeren, hadden hun Leidse opponenten in de halve finale geen passend antwoord.

Bij debating bepaalt de wedstrijdleiding vooraf welk tweetal tegen- respectievelijk voorstander zal zijn. De ene partij dient een stelling aan te vallen, de andere moet deze verdedigen. Daarbij gaat het niet zozeer om een inhoudelijk sterke argumentatie, maar om de kunst de eigen argumenten overeind te houden. Als de opponenten de argumenten van de proponenten overtuigend weten neer te halen, hebben de tegenstanders gewonnen.

In het landelijke toernooi kwamen acht teams uit Amsterdam, Wageningen (2x), Utrecht, Leiden (2x), Tilburg en Delft tegen elkaar uit. De weinig opruiende stellingen – ‘Harddrugs moeten op doktorrecept verkrijgbaar zijn’; ‘De nieuwe secretaris-generaal van de Navo moet een Amerikaan zijn’ – bleken een aantal boeiende debatten op te leveren. Naast de teams uit Tilburg en Delft wisten vooral de debuterende teams uit Leiden zich goed staande te houden. (I.W.)


Figuur 1 Team aan het woord op debating-toernooi

Debating Club Tilburg werd donderdagavond winnaar van het toernooi ter gelegenheid van het eeuwfeest van DSB-debatclub Logika. Na een spannende finale kregen de Tilburgers Gijs Weenink en Marcel van Roij twee van de drie jurystemmen. Hoewel de belangstelling voor de wedstrijd tegenviel, was de jury ‘zeer tevreden met het debattechnisch hoge niveau’.

De Delftse finalisten Ingrid Bonnet en Wolter Smit bereikten de laatste ronde met name door hun tegenstanders met onverwachte argumentaties in problemen te brengen. Tegen het argument dat ministers een groter autobudget zouden moeten krijgen om in het gebruik van elektrische auto’s te kunnen investeren, hadden hun Leidse opponenten in de halve finale geen passend antwoord.

Bij debating bepaalt de wedstrijdleiding vooraf welk tweetal tegen- respectievelijk voorstander zal zijn. De ene partij dient een stelling aan te vallen, de andere moet deze verdedigen. Daarbij gaat het niet zozeer om een inhoudelijk sterke argumentatie, maar om de kunst de eigen argumenten overeind te houden. Als de opponenten de argumenten van de proponenten overtuigend weten neer te halen, hebben de tegenstanders gewonnen.

In het landelijke toernooi kwamen acht teams uit Amsterdam, Wageningen (2x), Utrecht, Leiden (2x), Tilburg en Delft tegen elkaar uit. De weinig opruiende stellingen – ‘Harddrugs moeten op doktorrecept verkrijgbaar zijn’; ‘De nieuwe secretaris-generaal van de Navo moet een Amerikaan zijn’ – bleken een aantal boeiende debatten op te leveren. Naast de teams uit Tilburg en Delft wisten vooral de debuterende teams uit Leiden zich goed staande te houden. (I.W.)


Figuur 1 Team aan het woord op debating-toernooi

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.