Wat hebben de universiteiten nodig, was het onderwerp van een online KNAW-debat. Nederlandse universiteiten scoren goed, maar met het personeel gaat het minder goed.
Het is de “tragedie” van de Nederlandse universiteiten, verzuchtte de Utrechtse hoogleraar Ingrid Robeyns. Ze komen structureel geld tekort, en toch is het onderwijs van goede kwaliteit: er zijn weinig landen met zoveel universiteiten in de top van de internationale ranglijstjes.
Goedgevulde boekenkast
“Maar dat kan alleen omdat er systematisch roofbouw wordt gepleegd op het wetenschappelijk en ondersteunend personeel”, zei ze tijdens haar openingsbetoog, een rood vilten vierkantje op haar colbert gespeld en een goedgevulde boekenkast (hét Zoom-decor van de avond) op de achtergrond. “Op een bepaald moment is de rek eruit.”
Robeyns is een van de drijvende krachten achter protestbeweging WOinActie, samen met hoogleraren Rens Bod (Universiteit van Amsterdam) en Remco Breuker (Universiteit Leiden). Deze zomer publiceerden ze hun boek ‘40 stellingen over de wetenschap’, waarin ze pleiten voor een nieuwe universiteit. Het was het onderwerp van een debat dat werd georganiseerd door wetenschapsgenootschap KNAW.
Hidden curriculum
President Ineke Sluiter pikte de stelling over de verwevenheid van onderwijs en onderzoek eruit. Waarom is het zo belangrijk dat studenten les krijgen van onderzoekers? “Er is zoiets als een hidden curriculum”, zei ze. Volgens haar krijgen studenten via hun docenten juist ook veel mee wat niet in de studiegids staat, zoals de ontwikkeling van een nieuwsgierige en kritische houding. Er zou bij de financiering van het universitair onderwijs daarom altijd een “opslag onderzoekstijd” moeten zitten, redeneerde ze.
De Maastrichtse rector Rianne Letschert koos voor een ander onderwerp: ze sprak vanuit het perspectief van de bestuurder (“dat jullie wellicht akelig zullen vinden”) over sociale veiligheid op de werkvloer. “Ik krijg als rector met dat soort casuïstiek te maken als het is geëscaleerd, soms al tientallen jaren speelt, en hele faculteiten hebben weggekeken.”
Ze gelooft niet in “nog meer protocollen”, maar wel in goed leiderschap. “En dat begint bij jezelf”, stelde Letschert. “We durven elkaar aan te spreken op onze wetenschappelijke credentials, maar niet op ons gedrag.” Dat zou volgens haar niet alleen iets voor de “hooggeplaatsten” moeten zijn, maar ook voor hoogleraren, uhd’s en ud’s.
Proefballonnetjes
VSNU-voorzitter Pieter Duisenberg waarschuwde dat de discussie ingewikkeld is. Hij wees op het ‘trilemma’ van toegankelijkheid, kwaliteit en doelmatigheid. Veranderingen aan het een, zullen altijd gevolgen hebben voor het ander. Maar volgens hem houdt de politiek daar niet altijd rekening mee.
En dat was niet het enige moment waarop Den Haag het moest ontgelden. “Het wordt ons niet altijd eenvoudig gemaakt”, zei ook Sluiter, in een verwijzing naar het recente Kamerdebat over diversiteit in het hoger onderwijs en onderzoek.
Dat beaamde NWO-voorzitter Stan Gielen, die sprak van “incidentenpolitiek” en micromanagement. “Het is te gek dat er in Den Haag wordt gesproken over diversity officers aan de universiteit”, zei hij. Volgens Letschert worden er in de Tweede Kamer te veel “proefballonnetjes” opgelaten. “We hebben de politiek niet aan onze kant”, zei ze.
Allerlaatste stap
En dus kwamen de drie pamfletschrijvers van WOinActie met drastische maatregelen: is het niet gewoon tijd om de tent uit protest dicht te gooien? “Waarom durven jullie niet te zeggen: wij kunnen met dit budget onze taakstelling gewoon niet uitvoeren”, vroeg hoogleraar Bod zich af. “Wees moedig.”
Maar voor Letschert zou dat echt “de allerlaatste stap” zijn. “Ik heb wel eens tegen de minister gezegd: er komt een moment dat ik daartoe ga oproepen. Maar daar ben ik nu nog niet”, zei ze. “Ik wil eerst zien of er bij de volgende formatie enige ruimte gaat komen voor onze sector.”
En een ‘vooraankondiging’ voor de nieuwe coalitie dan, opperde Robeyns: stel de universiteiten in staat goed werkgeverschap te bieden, anders gaat in september 2022 het academisch jaar niet van start. “Dan hebben ze een heel jaar om het op orde te krijgen.”
Maar ook Sluiter is huiverig voor sluiting, zeker in coronatijd. “We kunnen er kort over zijn: linksom of rechtsom moet er geld bij. Maar er zijn ook andere grote delen van de publieke sector die ondergefinancierd zijn. Moeten de zorg en de politie dan ook het bijltje erbij neergooien?”
Schade
Als de universiteiten dichtgaan, is de schade voor studenten “niet te overzien”, verwacht Sluiter. En daar zit meteen het probleem: “We blijven ons verantwoordelijk voelen naar onze studenten toe”, erkende ze. “Het beroerde is: dat is precies waarom docenten steeds over hun eigen grenzen gaan.”
Hoogleraar Breuker begrijpt de aarzeling, maar wierp tegen dat op den duur ook andere generaties studenten van zo’n protest zouden profiteren. “Er is altijd wel een reden om het niet te doen”, zei hij. “Straks zijn we weer uit de coronacrisis, moeten we dán de universiteiten dichtgooien?”
Bovendien zijn studenten volwassenen, benadrukte hij. Je kunt ze gewoon uitleggen dat hun opleiding mogelijk wordt gemaakt dankzij het overwerk van hun docenten. Volgens hem zullen de meesten dan best begrip hebben voor de staking.
HOP, Evelien Flink
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
redactie@hogeronderwijspersbureau.nl
Comments are closed.