,,Wat zouden die jongelui mij, iemand die al dertig jaar comfortabele zitmeubels fabriceert, nog kunnen leren?”, dacht directeur Ed Ridder van het meubelbedrijf Perida toen hij benaderd werd door de TU om als ‘doelwit’ te fungeren voor een derdejaars ontwerpopdracht van Industrieel Ontwerpen.
Afgelopen zomer is het resultaat, een waterfauteuil, in produktie genomen.
In september vorig jaar begonnen Peter le Clercq, Irma Driessen, Wilco Furster, Masja Mooij en Wytze de Vries met hun ontwerpopdracht, die gericht was op meubelfabrikant Perida. In mei werd het eindresultaat gepresenteerd: een comfortabele fauteuil, type opa’s luie stoel, maar dan iets gestroomlijnder en met een met water gevuld kussen om in weg te zinken.
,,Uiteindelijk hebben wij, na een grondige analyse van het bedrijf en van de markt, alleen dat ene kleine creatieve stapje gezet om water in de stoel te stoppen”, vertelt De Vries. ,,Maar het gaat natuurlijk om de analyse vooraf. Je kunt wel op een willekeurige plek een gat in de grond gaan graven en hopen dat je toevallig een klompje goud tegenkomt, maar het is natuurlijk veel effectiever om een heel terrein af te graven en te filteren, totdat je een aantal klompjes goud overhoudt. Dat zijn de betere ideeën, en daar kun je er eentje uitkiezen.”
,,We waren een soort koppelstuk tussen de meubel- en een waterbeddenfabrikant, Atlantic, die we om advies gevraagd hadden.” Zonder ontwerpgroep ‘Rapide’, zoals de vijf zich noemden, zou er nooit contact zijn geweest tussen die twee bedrijven. ,,Het was grappig om te zien hoe de man bij Atlantic reageerde toen we de naam Perida noemden. Hij was heel verbaasd. Perida staat namelijk bekend als conservatief, en daar wilden wij dan zo’n innovatief idee gaan binnenbrengen. Om die reden hebben we het design trouwens verder wel behoudend gehouden”, aldus De Vries.
Milieusubsidie
Een model van de stoel is intensief uitgeprobeerd in een aantal studentenhuizen. ,,Voor de consumententest”, zegt De Vries. ,,Iedereen vond hem heel speciaal, vond het een andere manier van zitten. Ook op de Huishoudbeurs, waar we twee dagen gestaan hebben, kregen we alleen maar positieve reacties. Het grote voordeel is natuurlijk dat de stoel zich naar het lichaam voegt.” De Vries laat een zelf ontworpen reclamefoldertje zien met de leuze: ‘Waarom zou uw lichaam zich aan uw fauteuil aanpassen als uw fauteuil zich ook aan uw lichaam kan aanpassen?’
Eventueel kan er een extra feature bij de relaxfauteuil geleverd worden: een verwarmingselement. ,,Maar echt nodig is dat niet”, vertelt De Vries. ,,De schuimlaag waarbinnen het watermatras geplaatst is, isoleert al aardig, en bovendienwordt het water vanzelf warm door de lichaamswarmte van degene die in de stoel zit. Daarnaast vinden veel mensen het niet mooi, een stoel met een snoertje; sommigen vinden het zelfs beangstigend.” Als de stoel desalniettemin verwarmd wordt, kan dat energie besparen, volgens ‘Rapide’. De Vries licht toe: ,,In dat geval kan de thermostaat namelijk twee graden lager. Je verwarmt dan niet meer de hele kamer, maar alleen die twintig liter water in de fauteuil. Daar zouden we misschien weer milieusubsidie voor kunnen krijgen.”
De Vries en consorten kregen van verschillende mensen in de meubelbranche te horen dat Perida het jaar tweeduizend niet zou halen. ,,Daardoor, en door het feit dat we die mensen daar een beetje leerden kennen, ontstond een soort band”, vertelt De Vries. ,,We wilden echt iets ontwerpen waardoor het bedrijf zou kunnen overleven.”
Hij vervolgt: ,,Dat leverde wel problemen op. Aan de ene kant kostte het ons veel moeite om die conservatieve man van Perida te overtuigen van het mogelijke succes van ons produkt – hij was pas definitief overtuigd toen we het model hadden en zeiden: ‘Ga er maar eens in zitten’. Aan de andere kant botsten we door die band ook met de begeleider van de TU. Op een gegeven moment in het ontwerpproces moesten we namelijk kiezen tussen twee alternatieven: de waterfauteuil en een mooi vormgegeven design-stoel, de Tulp. Die laatste was echter niet reëel voor een bedrijf als Perida. De Tulp paste daar gewoon niet, vonden wij. We kozen voor het bedrijf, dus voor de waterfauteuil. Daar was de begeleider het niet helemaal mee eens. ‘Het blijft een IO-opdracht’, vond hij. Maar wij legden de prioriteiten bij het bedrijf in plaats van bij de faculteit. We kregen trouwens uiteindelijk een achtenhalf.”
,,Wat zouden die jongelui mij, iemand die al dertig jaar comfortabele zitmeubels fabriceert, nog kunnen leren?”, dacht directeur Ed Ridder van het meubelbedrijf Perida toen hij benaderd werd door de TU om als ‘doelwit’ te fungeren voor een derdejaars ontwerpopdracht van Industrieel Ontwerpen. Afgelopen zomer is het resultaat, een waterfauteuil, in produktie genomen.
In september vorig jaar begonnen Peter le Clercq, Irma Driessen, Wilco Furster, Masja Mooij en Wytze de Vries met hun ontwerpopdracht, die gericht was op meubelfabrikant Perida. In mei werd het eindresultaat gepresenteerd: een comfortabele fauteuil, type opa’s luie stoel, maar dan iets gestroomlijnder en met een met water gevuld kussen om in weg te zinken.
,,Uiteindelijk hebben wij, na een grondige analyse van het bedrijf en van de markt, alleen dat ene kleine creatieve stapje gezet om water in de stoel te stoppen”, vertelt De Vries. ,,Maar het gaat natuurlijk om de analyse vooraf. Je kunt wel op een willekeurige plek een gat in de grond gaan graven en hopen dat je toevallig een klompje goud tegenkomt, maar het is natuurlijk veel effectiever om een heel terrein af te graven en te filteren, totdat je een aantal klompjes goud overhoudt. Dat zijn de betere ideeën, en daar kun je er eentje uitkiezen.”
,,We waren een soort koppelstuk tussen de meubel- en een waterbeddenfabrikant, Atlantic, die we om advies gevraagd hadden.” Zonder ontwerpgroep ‘Rapide’, zoals de vijf zich noemden, zou er nooit contact zijn geweest tussen die twee bedrijven. ,,Het was grappig om te zien hoe de man bij Atlantic reageerde toen we de naam Perida noemden. Hij was heel verbaasd. Perida staat namelijk bekend als conservatief, en daar wilden wij dan zo’n innovatief idee gaan binnenbrengen. Om die reden hebben we het design trouwens verder wel behoudend gehouden”, aldus De Vries.
Milieusubsidie
Een model van de stoel is intensief uitgeprobeerd in een aantal studentenhuizen. ,,Voor de consumententest”, zegt De Vries. ,,Iedereen vond hem heel speciaal, vond het een andere manier van zitten. Ook op de Huishoudbeurs, waar we twee dagen gestaan hebben, kregen we alleen maar positieve reacties. Het grote voordeel is natuurlijk dat de stoel zich naar het lichaam voegt.” De Vries laat een zelf ontworpen reclamefoldertje zien met de leuze: ‘Waarom zou uw lichaam zich aan uw fauteuil aanpassen als uw fauteuil zich ook aan uw lichaam kan aanpassen?’
Eventueel kan er een extra feature bij de relaxfauteuil geleverd worden: een verwarmingselement. ,,Maar echt nodig is dat niet”, vertelt De Vries. ,,De schuimlaag waarbinnen het watermatras geplaatst is, isoleert al aardig, en bovendienwordt het water vanzelf warm door de lichaamswarmte van degene die in de stoel zit. Daarnaast vinden veel mensen het niet mooi, een stoel met een snoertje; sommigen vinden het zelfs beangstigend.” Als de stoel desalniettemin verwarmd wordt, kan dat energie besparen, volgens ‘Rapide’. De Vries licht toe: ,,In dat geval kan de thermostaat namelijk twee graden lager. Je verwarmt dan niet meer de hele kamer, maar alleen die twintig liter water in de fauteuil. Daar zouden we misschien weer milieusubsidie voor kunnen krijgen.”
De Vries en consorten kregen van verschillende mensen in de meubelbranche te horen dat Perida het jaar tweeduizend niet zou halen. ,,Daardoor, en door het feit dat we die mensen daar een beetje leerden kennen, ontstond een soort band”, vertelt De Vries. ,,We wilden echt iets ontwerpen waardoor het bedrijf zou kunnen overleven.”
Hij vervolgt: ,,Dat leverde wel problemen op. Aan de ene kant kostte het ons veel moeite om die conservatieve man van Perida te overtuigen van het mogelijke succes van ons produkt – hij was pas definitief overtuigd toen we het model hadden en zeiden: ‘Ga er maar eens in zitten’. Aan de andere kant botsten we door die band ook met de begeleider van de TU. Op een gegeven moment in het ontwerpproces moesten we namelijk kiezen tussen twee alternatieven: de waterfauteuil en een mooi vormgegeven design-stoel, de Tulp. Die laatste was echter niet reëel voor een bedrijf als Perida. De Tulp paste daar gewoon niet, vonden wij. We kozen voor het bedrijf, dus voor de waterfauteuil. Daar was de begeleider het niet helemaal mee eens. ‘Het blijft een IO-opdracht’, vond hij. Maar wij legden de prioriteiten bij het bedrijf in plaats van bij de faculteit. We kregen trouwens uiteindelijk een achtenhalf.”
Comments are closed.