Onderwijs

De gasthoogleraar

Het blijkt geen overbodige luxe dat de secretaresse ‘even meeloopt’ naar de professor. De tocht door het historische gebouw van Technische Aardwetenschappen slingert zich door een labyrint van gangen en trappenhuizen, over een zolder, langs verwarmingsketels en door enkele tentamenzaaltjes.

In een kamer in de nok van het gebouw huist de Israëlische professor Sorek van de Ben Gurion Universiteit. Om preciezer te zijn: van het Jacob Blaustein Institute for Desert Research in Beersheba. ,,In het zuiden”, verduidelijkt hij, breed glimlachend.

Sorak is één van de twintig gasthoogleraren aan de TU. Gedurende een jaar zal hij zich bezig houden met onderwijs en onderzoek op het gebied van transportverschijnselen in poreuze materialen. Net zoals hij dat in het verleden ook al deed in de VS en Zuid-Afrika.

Sorek houdt van Europa, maar meer nog houdt hij van Delft. ,,Delft ademt een sfeer van kalmte en rust”, zegt hij. ,,Ik vind het hier zeer prettig wonen. Mijn vrouw wordt erg goed opgevangen en mijn jongste zoon gaat naar een British School in Voorschoten. En in Delft kun je altijd even neerstrijken in een klein restaurant om rustig van een cappuccino te genieten. Heerlijk.”

De TU kent geen internationale ingenieurstitel, merkt Sorek op. En een ander markant verschil met buitenlandse universiteiten is volgens hem het ontbreken van een echte campus. ,,Een campus geeft niet alleen een gevoel van saamhorigheid, maar is ook erg efficiënt. De student kan er wonen, studeren, en ook zijn boeken of kleren kopen.”

Voor wat betreft het onderwijs meent hij dat Nederlandse studenten per vak minder uren begeleiding ontvangen. ,,Maar ik kan niet zeggen dat het beter of slechter is dan in het buitenland. Ik constateer slechts een verschil.”

Sorek is aan de TU uitgenodigd op voordracht van dr.ir. David Smeulders van Technische Aardwetenschappen, die onderzoek doet op hetzelfde terrein: poreuze materialen. Deze research kan van groot belang zijn voor bijvoorbeeld opsporing en winning van olie. Op veel plaatsen wordt theoretisch en numeriek onderzoek gedaan op dit gebied, maar slechts weinig universiteiten beschikken over faciliteiten om die berekeningen aan de praktijk te toetsen. Delft is er daar één van.

,,Goed onderzoek is meer dan alleen berekeningen maken achter de computer”, zegt Sorek. Hij voegt daar aan toe: ,,Maar het is ook niet goed om alleen maar experimenten te doen, zonder te beschikken over voldoende theoretische kennis. Die twee aspecten moeten in goede balans zijn.” Naar zijn mening mogen TU-studenten best wat meer theoretische scholing ontvangen.

Hoewel hij de Nederlanders na een half jaar wel zo’n beetje denkt te kennen, staat Sorek altijd weer verbaasd over de hoge organisatiegraad, tot op het bizarre af. ,,Als je bij de NSinformeert naar kortingskaarten, blijkt dat ze er wel vijf of meer hebben, voor elke leeftijdscategorie één. Het rare is echter dat iedereen dezelfde korting krijgt, namelijk veertig procent. Heb je daar nu echt vijf verschillende kaarten voor nodig?”

Wat hem verder opvalt is de enorme beschikbaarheid van allerhande zaken. ,,Als je er het geld voor hebt, kun je hier bijna alles krijgen. Ja, eigenlijk leeft de Nederlander in een soort Hof van Eden.”

Het blijkt geen overbodige luxe dat de secretaresse ‘even meeloopt’ naar de professor. De tocht door het historische gebouw van Technische Aardwetenschappen slingert zich door een labyrint van gangen en trappenhuizen, over een zolder, langs verwarmingsketels en door enkele tentamenzaaltjes. In een kamer in de nok van het gebouw huist de Israëlische professor Sorek van de Ben Gurion Universiteit. Om preciezer te zijn: van het Jacob Blaustein Institute for Desert Research in Beersheba. ,,In het zuiden”, verduidelijkt hij, breed glimlachend.

Sorak is één van de twintig gasthoogleraren aan de TU. Gedurende een jaar zal hij zich bezig houden met onderwijs en onderzoek op het gebied van transportverschijnselen in poreuze materialen. Net zoals hij dat in het verleden ook al deed in de VS en Zuid-Afrika.

Sorek houdt van Europa, maar meer nog houdt hij van Delft. ,,Delft ademt een sfeer van kalmte en rust”, zegt hij. ,,Ik vind het hier zeer prettig wonen. Mijn vrouw wordt erg goed opgevangen en mijn jongste zoon gaat naar een British School in Voorschoten. En in Delft kun je altijd even neerstrijken in een klein restaurant om rustig van een cappuccino te genieten. Heerlijk.”

De TU kent geen internationale ingenieurstitel, merkt Sorek op. En een ander markant verschil met buitenlandse universiteiten is volgens hem het ontbreken van een echte campus. ,,Een campus geeft niet alleen een gevoel van saamhorigheid, maar is ook erg efficiënt. De student kan er wonen, studeren, en ook zijn boeken of kleren kopen.”

Voor wat betreft het onderwijs meent hij dat Nederlandse studenten per vak minder uren begeleiding ontvangen. ,,Maar ik kan niet zeggen dat het beter of slechter is dan in het buitenland. Ik constateer slechts een verschil.”

Sorek is aan de TU uitgenodigd op voordracht van dr.ir. David Smeulders van Technische Aardwetenschappen, die onderzoek doet op hetzelfde terrein: poreuze materialen. Deze research kan van groot belang zijn voor bijvoorbeeld opsporing en winning van olie. Op veel plaatsen wordt theoretisch en numeriek onderzoek gedaan op dit gebied, maar slechts weinig universiteiten beschikken over faciliteiten om die berekeningen aan de praktijk te toetsen. Delft is er daar één van.

,,Goed onderzoek is meer dan alleen berekeningen maken achter de computer”, zegt Sorek. Hij voegt daar aan toe: ,,Maar het is ook niet goed om alleen maar experimenten te doen, zonder te beschikken over voldoende theoretische kennis. Die twee aspecten moeten in goede balans zijn.” Naar zijn mening mogen TU-studenten best wat meer theoretische scholing ontvangen.

Hoewel hij de Nederlanders na een half jaar wel zo’n beetje denkt te kennen, staat Sorek altijd weer verbaasd over de hoge organisatiegraad, tot op het bizarre af. ,,Als je bij de NSinformeert naar kortingskaarten, blijkt dat ze er wel vijf of meer hebben, voor elke leeftijdscategorie één. Het rare is echter dat iedereen dezelfde korting krijgt, namelijk veertig procent. Heb je daar nu echt vijf verschillende kaarten voor nodig?”

Wat hem verder opvalt is de enorme beschikbaarheid van allerhande zaken. ,,Als je er het geld voor hebt, kun je hier bijna alles krijgen. Ja, eigenlijk leeft de Nederlander in een soort Hof van Eden.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.