Campus

‘De beste oplossing bleek een put’

In 2001 levert de TU haar eerste duurzame ingenieurs af. Twee pionierende studenten scheikunde zullen als eersten een bul met een duurzaamheidsaantekening behalen.

Vorige week maandag presenteerde zesdejaars student scheikunde Igor Nikolic tijdens een minisymposium een duurzaam proces voor het winnen van energie uit biomassa. Het symposium vormde de afsluiting van het vak duurzame technologie. Nieuw was het voorgestelde proces – biologische omzetting van biomassa in een brandbaar gas – allerminst. Vernieuwend was de wijze waarop Nikolic samen met zijn groep het meest duurzame proces uit een aantal alternatieven, zoals verbranding of vergassing van biomassa, had geselecteerd.

Nicolic’ interesse in duurzaamheid beperkt zich niet tot het zojuist afgeronde vak. Hij en zijn studiegenoot Timo Faber willen de eerste chemisch ingenieurs met duurzaamheidsaantekening op hun bul worden.

In het vak duurzame technologie leren studenten de vage term ‘duurzaamheid’ te vertalen in concrete ontwerpcriteria op basis waarvan afwegingen tussen processen gemaakt kunnen worden. Nikolic: ,,We hebben niet alleen technologische en economische criteria gebruikt, maar ook sociale en ecologische.”

De brede afweging leidde ertoe dat niet voor het meest geavanceerde proces werd gekozen. ,,Ingenieurs zijn op technologie gefixeerd”, licht Faber toe. Als je een chemisch ingenieur opdraagt om biomassa in energie om te zetten, zal die niet snel komen aanzetten met een put om de biomassa te laten rotten. Toch is dat waar ons proces op neer komt.”

Nikolic: ,,Andere processen vielen af omdat ze niet aan de criteria voldeden. Zo moet je bij verbranding van biomassa met kolen of olie bijstoken, omdat natte biomassa niet zomaar brandt. De voorraden fossiele brandstoffen zijn eindig. Daarom hebben we de optie verbranding eruit gegooid.”

Het meewegen van sociale en ecologische normen leidde soms tot conflicten. Nikolic: ,,Als je ervoor kiest een proces neer te zetten in een gebied met veel infrastructuur, is dat goed voor het milieu. Je hoeft geen wegen en elektriciteitskabels aan te leggen. Aan de andere kant concentreer je op deze manier rijkdom. Arme gebieden zonder infrastructuur blijven arm.”
Milieuactivist

Deeltijdhoogleraar duurzame chemische technologie Jan Harmsen hoopt vanaf het komende jaar ook studenten van andere faculteiten bij zijn colleges aan te treffen. ,,Duurzaamheid is, vanwege de breedte van het onderwerp, zeer geschikt voor faculteitsoverschrijdende vakken.”

Bedrijven zijn volgens hem zeer geïnteresseerd in studenten met kennis van duurzaaamheid. ,,Veel bedrijven noemen duurzaamheid in hun missie, maar weten het niet te implementeren. Het forum met vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven, overheid en de milieubeweging dat bij hetminisymposium aanwezig was, was zeer enthousiast.”

Nikolic en Faber nemen hun duurzame missie zeer serieus, maar benadrukken geen milieuactivist te willen worden. Faber: ,,Ik word een ingenieur die in de maatschappij staat. Ik neem het systematische Delftse denken wel mee.”

Vanaf komend studiejaar biedt de TU alle studenten de mogelijkheid om een duurzaamheidsaantekening te halen. Om de aantekening te verdienen moeten studenten minstens twaalf studiepunten aan ‘duurzame vakken’ doen. Daarnaast moeten die studenten tijdens het afstuderen minstens twintig studiepunten aan duurzaamheid besteden.

Harmsen, die moet beoordelen of Faber en Nikolic voor de aantekening in aanmerking komen, verwacht dat de aantekening op de bul een tijdelijk fenomeen zal zijn. ,,Toen ik afstudeerde in Twente was er naar aanleiding van een aantal ongelukken met kernreactoren sprake van een veiligheidsaantekening op de bul. Al snel werd het vanzelfsprekend om bij het ontwerpen te letten op veiligheidsaspecten. Zo zal het met duurzaamheid ook gaan. Op den duur is het niet meer dan normaal.”

Vorige week maandag presenteerde zesdejaars student scheikunde Igor Nikolic tijdens een minisymposium een duurzaam proces voor het winnen van energie uit biomassa. Het symposium vormde de afsluiting van het vak duurzame technologie. Nieuw was het voorgestelde proces – biologische omzetting van biomassa in een brandbaar gas – allerminst. Vernieuwend was de wijze waarop Nikolic samen met zijn groep het meest duurzame proces uit een aantal alternatieven, zoals verbranding of vergassing van biomassa, had geselecteerd.

Nicolic’ interesse in duurzaamheid beperkt zich niet tot het zojuist afgeronde vak. Hij en zijn studiegenoot Timo Faber willen de eerste chemisch ingenieurs met duurzaamheidsaantekening op hun bul worden.

In het vak duurzame technologie leren studenten de vage term ‘duurzaamheid’ te vertalen in concrete ontwerpcriteria op basis waarvan afwegingen tussen processen gemaakt kunnen worden. Nikolic: ,,We hebben niet alleen technologische en economische criteria gebruikt, maar ook sociale en ecologische.”

De brede afweging leidde ertoe dat niet voor het meest geavanceerde proces werd gekozen. ,,Ingenieurs zijn op technologie gefixeerd”, licht Faber toe. Als je een chemisch ingenieur opdraagt om biomassa in energie om te zetten, zal die niet snel komen aanzetten met een put om de biomassa te laten rotten. Toch is dat waar ons proces op neer komt.”

Nikolic: ,,Andere processen vielen af omdat ze niet aan de criteria voldeden. Zo moet je bij verbranding van biomassa met kolen of olie bijstoken, omdat natte biomassa niet zomaar brandt. De voorraden fossiele brandstoffen zijn eindig. Daarom hebben we de optie verbranding eruit gegooid.”

Het meewegen van sociale en ecologische normen leidde soms tot conflicten. Nikolic: ,,Als je ervoor kiest een proces neer te zetten in een gebied met veel infrastructuur, is dat goed voor het milieu. Je hoeft geen wegen en elektriciteitskabels aan te leggen. Aan de andere kant concentreer je op deze manier rijkdom. Arme gebieden zonder infrastructuur blijven arm.”
Milieuactivist

Deeltijdhoogleraar duurzame chemische technologie Jan Harmsen hoopt vanaf het komende jaar ook studenten van andere faculteiten bij zijn colleges aan te treffen. ,,Duurzaamheid is, vanwege de breedte van het onderwerp, zeer geschikt voor faculteitsoverschrijdende vakken.”

Bedrijven zijn volgens hem zeer geïnteresseerd in studenten met kennis van duurzaaamheid. ,,Veel bedrijven noemen duurzaamheid in hun missie, maar weten het niet te implementeren. Het forum met vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven, overheid en de milieubeweging dat bij hetminisymposium aanwezig was, was zeer enthousiast.”

Nikolic en Faber nemen hun duurzame missie zeer serieus, maar benadrukken geen milieuactivist te willen worden. Faber: ,,Ik word een ingenieur die in de maatschappij staat. Ik neem het systematische Delftse denken wel mee.”

Vanaf komend studiejaar biedt de TU alle studenten de mogelijkheid om een duurzaamheidsaantekening te halen. Om de aantekening te verdienen moeten studenten minstens twaalf studiepunten aan ‘duurzame vakken’ doen. Daarnaast moeten die studenten tijdens het afstuderen minstens twintig studiepunten aan duurzaamheid besteden.

Harmsen, die moet beoordelen of Faber en Nikolic voor de aantekening in aanmerking komen, verwacht dat de aantekening op de bul een tijdelijk fenomeen zal zijn. ,,Toen ik afstudeerde in Twente was er naar aanleiding van een aantal ongelukken met kernreactoren sprake van een veiligheidsaantekening op de bul. Al snel werd het vanzelfsprekend om bij het ontwerpen te letten op veiligheidsaspecten. Zo zal het met duurzaamheid ook gaan. Op den duur is het niet meer dan normaal.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.