Campus

De beeldbuis is dood verklaard

De goede oude beeldbuis verdwijnt uit de Nederlandse woonkamer. Reden voor een afscheidstentoonstelling. “De beeldbuis is dood, lang leve de flatscreen.” Niet iedereen in het condoleanceregister voor de beeldbuis is even rouwig om het verdwijnen van de ouderwetse televisie.

Het register kan getekend worden in de kelder van Industrieel Ontwerpen (IO), waar tot half mei de tentoonstelling ‘No tube. Goodbye good old tv tube’ te zien is.

Daar moet de designliefhebber vaststellen, dat het wel degelijk jammer is dat de beeldbuis nauwelijks nog wordt gemaakt. De vijftig overwegend draagbare televisies die staan opgesteld, zijn stuk voor stuk eigen. Niet vreemd, wat sommige zijn ontworpen door beroemde namen als Mario Bellini en Philippe Starck of ontwerpbureau Porsche.

De vierkante televisie van Bellini, ontworpen in 1975, is de favoriet van IO-docent Ger Bruens, die de tentoonstelling heeft samengesteld. “Het ding zou nog in de winkel kunnen staan. Door haar neutrale vormgeving, is deze televisie heel tijdloos. Het is niet te zien dat het ontwerp uit de jaren zeventig stamt”, vertelt hij.

Dat is wel anders met de televisie, die pal achter die van Bellini staat. “Die verraadt met haar rondingen meteen dat ze van de jaren zeventig is.”

De oudste tv die Bruens heeft neergezet, is een draagbare transistor van Sony uit 1959. De docent kocht het ding in de Verenigde Staten, wat Bruens passie voor de tv als designobject verraadt. “Het is een heel moeilijke opgave om zo’n rare beeldbuis in een aantrekkelijk kastje te stoppen. Dat heeft heel veel leuke ontwerpen opgeleverd.”

Zo veelvormig als de ouderwetse televisies waren, zo eenvormig is de flatscreen. “De nieuwe platheid doet de leuke kanten van het ontwerp teniet. Alleen het beeldvlak is overgebleven, zonder noemenswaardige derde dimensie. Zonder zichtbaar geïntegreerd bedieningspaneel, zonder zichtbare persoonlijkheid, zonder voelbare ziel”, schrijft Bruens in de tekst bij de tentoonstelling. De huiselijkheid en de ‘meubeligheid’ zijn volgens de docent verdwenen. “Waar moet het plantje of de kooi met de parkiet nu staan?”

Bruens wordt duidelijk niet warm van de flatcreen. Toch heeft hij er zelf ook één in zijn woonkamer. De beeldkwaliteit is immers wel beter, ‘veel beter zelfs’.

Wat niet wegneemt, dat er volgens de docent nog weinig televisieprogramma’s gemaakt worden die de moeite waard zijn. “Weg zijn de karaktervolle ‘eenakters’, weg zijn de shows, weg zijn de live orkesten bij het songfestival”, schrijft hij in de wervingstekst. “Bijna alles is ingeblikte en opgehypte reality-kost. […] Kijkt er nog wel eens iemand tv? Tussen de reclameblokken door?”

Het antwoord is ‘ja’, zo blijkt uit het condoleanceregister. “Onze relatie is nog te kleurig om afscheid te nemen. Bij mij zal je nog jaren te veel ruimte van mijn woonkamer innemen”, schrijft iemand. En zo zal het nog wel even duren voordat de beeldbuis, ondanks deze afscheidstentoonstelling, alleen nog maar een museumobject is.

‘No tube. Goodbye good old tv tube’ is tot 15 mei te zien in de kelder van de faculteit Industrieel Ontwerpen.

“Het is een heel moeilijke opgave om zo’n rare beeldbuis in een aantrekkelijk kastje te stoppen. Dat heeft heel veel leuke ontwerpen opgeleverd”, vindt samensteller Ger Bruens. (Foto: Sam Rentmeester/FMAX)

“De beeldbuis is dood, lang leve de flatscreen.” Niet iedereen in het condoleanceregister voor de beeldbuis is even rouwig om het verdwijnen van de ouderwetse televisie. Het register kan getekend worden in de kelder van Industrieel Ontwerpen (IO), waar tot half mei de tentoonstelling ‘No tube. Goodbye good old tv tube’ te zien is.

Daar moet de designliefhebber vaststellen, dat het wel degelijk jammer is dat de beeldbuis nauwelijks nog wordt gemaakt. De vijftig overwegend draagbare televisies die staan opgesteld, zijn stuk voor stuk eigen. Niet vreemd, wat sommige zijn ontworpen door beroemde namen als Mario Bellini en Philippe Starck of ontwerpbureau Porsche.

De vierkante televisie van Bellini, ontworpen in 1975, is de favoriet van IO-docent Ger Bruens, die de tentoonstelling heeft samengesteld. “Het ding zou nog in de winkel kunnen staan. Door haar neutrale vormgeving, is deze televisie heel tijdloos. Het is niet te zien dat het ontwerp uit de jaren zeventig stamt”, vertelt hij.

Dat is wel anders met de televisie, die pal achter die van Bellini staat. “Die verraadt met haar rondingen meteen dat ze van de jaren zeventig is.”

De oudste tv die Bruens heeft neergezet, is een draagbare transistor van Sony uit 1959. De docent kocht het ding in de Verenigde Staten, wat Bruens passie voor de tv als designobject verraadt. “Het is een heel moeilijke opgave om zo’n rare beeldbuis in een aantrekkelijk kastje te stoppen. Dat heeft heel veel leuke ontwerpen opgeleverd.”

Zo veelvormig als de ouderwetse televisies waren, zo eenvormig is de flatscreen. “De nieuwe platheid doet de leuke kanten van het ontwerp teniet. Alleen het beeldvlak is overgebleven, zonder noemenswaardige derde dimensie. Zonder zichtbaar geïntegreerd bedieningspaneel, zonder zichtbare persoonlijkheid, zonder voelbare ziel”, schrijft Bruens in de tekst bij de tentoonstelling. De huiselijkheid en de ‘meubeligheid’ zijn volgens de docent verdwenen. “Waar moet het plantje of de kooi met de parkiet nu staan?”

Bruens wordt duidelijk niet warm van de flatcreen. Toch heeft hij er zelf ook één in zijn woonkamer. De beeldkwaliteit is immers wel beter, ‘veel beter zelfs’.

Wat niet wegneemt, dat er volgens de docent nog weinig televisieprogramma’s gemaakt worden die de moeite waard zijn. “Weg zijn de karaktervolle ‘eenakters’, weg zijn de shows, weg zijn de live orkesten bij het songfestival”, schrijft hij in de wervingstekst. “Bijna alles is ingeblikte en opgehypte reality-kost. […] Kijkt er nog wel eens iemand tv? Tussen de reclameblokken door?”

Het antwoord is ‘ja’, zo blijkt uit het condoleanceregister. “Onze relatie is nog te kleurig om afscheid te nemen. Bij mij zal je nog jaren te veel ruimte van mijn woonkamer innemen”, schrijft iemand. En zo zal het nog wel even duren voordat de beeldbuis, ondanks deze afscheidstentoonstelling, alleen nog maar een museumobject is.

‘No tube. Goodbye good old tv tube’ is tot 15 mei te zien in de kelder van de faculteit Industrieel Ontwerpen.

“Het is een heel moeilijke opgave om zo’n rare beeldbuis in een aantrekkelijk kastje te stoppen. Dat heeft heel veel leuke ontwerpen opgeleverd”, vindt samensteller Ger Bruens. (Foto: Sam Rentmeester/FMAX)

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.