Onderwijs

Crisisbeheersing is gecoordineerde improvisatie

Een grote expolosie tilt mensen op alsof ze niets wegen en smakt ze een stuk verderop weer op de grond. Bloed spat in het rond. Gekerm en gekrijs van gewonden klinkt.

In de verte komen ambulances en politiewagens met loeiende sirene’s aanrijden. Hoe houdt je je hoofd koel in deze onoverzichtelijke situatie? En hoe zorg je ervoor dat er zo min mogelijk slachtoffers vallen? Roel Derckx van Trimension Crisisbeheersing beantwoordt deze vragen dagelijks en bedenkt gruwelijke rampenscenario’s.

Iedere dag weer buigt Derckx zich over de mogelijkheid van overstromingen, terroristische aanslagen en kernongevallen. Rampen die het land kunnen ontwrichten. “Rampen die niet altijd zijn te voorkomen”, zegt de civiel ingenieur, “maar waar de hulpverleningsdiensten zich wel goed op kunnen voorbereiden. Ik heb crises meegemaakt waarbij mensen de benen uit hun lijf renden om te helpen. Maar uiteindelijk had hun hulp weinig nut. Bij wijze van spreken omdat ze zandzakken op de verkeerde plaats neerlegden. Achteraf krijgen die mensen een grote lading kritiek over zich heen, terwijl ze alleen maar goed wilden doen. Dat is reuze sneu en gebeurt vaker dan je denkt. Om dit te voorkomen is mensen opleiden en trainen zo ontzettend belangrijk.”

Een van de grootste trainingen die Derckx in scène zette, was een ramp in Zeeland. De kerncentrale van Borssele ondervond zogenaamd problemen en een grote gifwolk teisterde zuidwest Nederland. “We hebben een dag lang geoefend met meer dan elfhonderd deelnemers, inclusief de crisisstaf met ministers en staatssecretarissen”, vertelt Derckx. “Bij een ramp in Borssele heb je in de eerste plaats te maken met de gemeente waar de centrale staat. Maar bij een radioactieve wolk natuurlijk ook met andere gemeenten en aangrenzende provincies. Die moeten allemaal verstandig met elkaar communiceren. Als er een grootschalige evacuatie nodig is, moeten er duidelijke besluiten komen. Dat is niet eenvoudig.”

De kans dat er iets misgaat met de kerncentrale in Borssele is heel klein. Daarom besloot Derckx dat er niet één ding mis ging, maar dat er sprake was van een opeenstapeling van problemen. Het gevolg, de fictieve radioactieve wolk, breidde zich akelig snel uit, omdat er een straffe westenwind stond die ook nog eens draaide. “Het is dan belangrijk om snel contact te zoeken met allerlei specialisten, bijvoorbeeld bij het KNMI”, vertelt Derkx. De crisisteams liepen tegen veel problemen aan. Zeeland is niet zo gemakkelijk te evacueren. “De impact van deze ramp is enorm en dan moet je snel handelen. Crisisbeheersing is gecoördineerde improvisatie. Aan heel gedetailleerde draaiboeken heb je niet altijd wat, een ramp is toch elke keer weer anders.”
Mentaliteitsverandering

De markt voor crisisbeheersingbedrijven zoals Trimension is de afgelopen jaren explosief gegroeid. “Jarenlang wordt al gewaarschuwd voor problemen die kunnen ontstaan door klimaatverandering”, zegt Derckx. “Maar de vuurwerkramp in Enschede en de nieuwjaarsbrand in Volendam maakten duidelijk dat een ramp in een klein hoekje zit. Die rampen hebben in Nederland tot meer aandacht voor rampenbestrijding geleid dan de aanslagen van 11 september.”

In Nederland heeft zich de afgelopen decennia een grote mentaliteitsverandering voltrokken, meent Derckx. “Veel mensen zijn gewend aan luxe en zijn opgevoed zonder veel tegenslag. Daardoor zijn ze minder goed voorbereid als er iets misgaat.” Hij noemt de overstromingen in de jaren negentig in de Betuwe als voorbeeld. “Oudere mensen zijn eraan gewend dat het daar af en toe overstroomt. Daarom hebben ze een tegelvloer. Dan kunnen ze bij wateroverlast de meubels optillen en het water er zo weer uitdweilen. Jonge mensen die in het gebied zijn komen wonen, hebben laminaat of parket. Zij zijn woedend op de overheid. Maar, je weet van tevoren dat je gaat wonen op een plek tussen grote rivieren in. Dat zorgt voor een spanningsveld.”

Na acht jaar is Derckx zijn werk nog lang niet zat. “Crisisomstandigheden dwingen mensen tot topprestaties, dat spreekt me zo aan in dit werk. Je moet proberen helder naar de problemen te kijken. Het gaat echt ergens om in dit werk. Met een goede voorbereiding op rampen kun je mensenlevens redden. Ik ontwikkel hier niet de zoveelste shampoo.”
Commando’s

Het is niet toevallig dat Derckx zich met veiligheid bezig houdt. Het is de rode draad door zijn loopbaan. “Na de middelbare school ben ik werktuigbouwkunde gaan studeren in Eindhoven, maar dat beviel niet zo goed. Ik vond de opleiding veel te gedetailleerd. Na een jaar ben ik gestopt en vrijwillig in dienst gegaan. Ik wilde me losmaken van wat ik altijd al had gedaan, leren en studeren. Ik was toe aan iets nieuws.”

In het leger werd Derckx sergeant bij de commando’s. “Ik vond het vooral mentaal grensverleggend”, zegt hij. “We werden bijvoorbeeld met parachutes uit heli’s gedropt in zogenaamd vijandig gebied. Daar kregen we speurhonden achter ons aan. Ik heb toen ook twee weken onder de grond geleefd. Na anderhalf jaar vond ik het mooi geweest. Ik merkte dat ik afstompte. Ik was eraan gewend geraakt om in de stromende regen te lopen, om weinig te eten en te slapen en alleen nog maar heel basic te leven.”

Derckx besloot daarna civiele techniek in Delft te studeren. “Delft had een goede reputatie en ik wilde wel eens een tijdje boven de rivieren wonen. Civiele techniek is een toegepaste studie, dat sprak me aan. Ik wilde nooit in een laboratorium terechtkomen. Het was in het begin wel even wennen in Delft. Opeens zat ik weer in de schoolbanken en woonde in een rommelig studentenhuis, terwijl ik heel netjes ben. Ik stoorde me vooral aan mensen die hun deadline niet haalden. Er werd te veel gezeurd en te weinig gedaan.”

Derckx werd lid van DSB. “Ik heb heel wat afgestoeid op de sociëteit. Ik vond brassen en zooien leuk, maar de generatie die na mij kwam was veel netter en stond vaak mooi te wezen in hun trui aan de bar. Dat was niks voor mij.”

Na zijn studie liep hij stage bij ingenieursbureau Witteveen+Bos. “Daar heb ik geleerd om door te vragen. Er wordt wel eens gezegd dat doorvragen dom is, maar dat is een groot misverstand. Als je het probleem niet goed begrijpt kun je niks oplossen. Dat geldt natuurlijk ook voor rampen. Dat is een belangrijk advies: altijd zorgen dat je doorvraagt en een helder beeld krijgt van de situatie.”

Derckx gebruikt nog dagelijks de kennis die hij opdeed tijdens zijn studie. “Aan de TU leer je probleemgericht denken. Het is belangrijk in dit vak dat je snel kunt zien wat het knelpunt is. Dat heeft echter ook nadelen. Bij brainstorms zit dat me soms in de weg, dan moet je creatief denken. Niet alles valt tot problemen te herleiden. Ik ben nu directeur en dan moet ik niet voortdurend denken aan waar het mis gaat in dit bedrijf. Soms moet ik ook gewoon denken dat het fijn is om hier te werken, en wat ik nog kan verbeteren. Als je altijd maar risico’s uitbant, vergeet je soms kansen te pakken.”

Naam: ir. Roel Derckx

Leeftijd: 35 jaar.

Verliefd/Verloofd/Getrouwd: Samenwonend

Studie: Civiele techniek

Afstudeerrichting: Gezondheidstechniek

Afgestudeerd: 2000

Loopbaan: Na een jaar werktuigbouwkunde in Eindhoven te hebben gestudeerd, ging Derckx vrijwillig in dienst. Hij was sergeant bij de commando’s. Na zijn studie in Delft ging hij aan de slag bij Trimension Crisisbeheersing. Hij begon als medewerker en is nu mededirecteur.

Een grote expolosie tilt mensen op alsof ze niets wegen en smakt ze een stuk verderop weer op de grond. Bloed spat in het rond. Gekerm en gekrijs van gewonden klinkt. In de verte komen ambulances en politiewagens met loeiende sirene’s aanrijden. Hoe houdt je je hoofd koel in deze onoverzichtelijke situatie? En hoe zorg je ervoor dat er zo min mogelijk slachtoffers vallen? Roel Derckx van Trimension Crisisbeheersing beantwoordt deze vragen dagelijks en bedenkt gruwelijke rampenscenario’s.

Iedere dag weer buigt Derckx zich over de mogelijkheid van overstromingen, terroristische aanslagen en kernongevallen. Rampen die het land kunnen ontwrichten. “Rampen die niet altijd zijn te voorkomen”, zegt de civiel ingenieur, “maar waar de hulpverleningsdiensten zich wel goed op kunnen voorbereiden. Ik heb crises meegemaakt waarbij mensen de benen uit hun lijf renden om te helpen. Maar uiteindelijk had hun hulp weinig nut. Bij wijze van spreken omdat ze zandzakken op de verkeerde plaats neerlegden. Achteraf krijgen die mensen een grote lading kritiek over zich heen, terwijl ze alleen maar goed wilden doen. Dat is reuze sneu en gebeurt vaker dan je denkt. Om dit te voorkomen is mensen opleiden en trainen zo ontzettend belangrijk.”

Een van de grootste trainingen die Derckx in scène zette, was een ramp in Zeeland. De kerncentrale van Borssele ondervond zogenaamd problemen en een grote gifwolk teisterde zuidwest Nederland. “We hebben een dag lang geoefend met meer dan elfhonderd deelnemers, inclusief de crisisstaf met ministers en staatssecretarissen”, vertelt Derckx. “Bij een ramp in Borssele heb je in de eerste plaats te maken met de gemeente waar de centrale staat. Maar bij een radioactieve wolk natuurlijk ook met andere gemeenten en aangrenzende provincies. Die moeten allemaal verstandig met elkaar communiceren. Als er een grootschalige evacuatie nodig is, moeten er duidelijke besluiten komen. Dat is niet eenvoudig.”

De kans dat er iets misgaat met de kerncentrale in Borssele is heel klein. Daarom besloot Derckx dat er niet één ding mis ging, maar dat er sprake was van een opeenstapeling van problemen. Het gevolg, de fictieve radioactieve wolk, breidde zich akelig snel uit, omdat er een straffe westenwind stond die ook nog eens draaide. “Het is dan belangrijk om snel contact te zoeken met allerlei specialisten, bijvoorbeeld bij het KNMI”, vertelt Derkx. De crisisteams liepen tegen veel problemen aan. Zeeland is niet zo gemakkelijk te evacueren. “De impact van deze ramp is enorm en dan moet je snel handelen. Crisisbeheersing is gecoördineerde improvisatie. Aan heel gedetailleerde draaiboeken heb je niet altijd wat, een ramp is toch elke keer weer anders.”
Mentaliteitsverandering

De markt voor crisisbeheersingbedrijven zoals Trimension is de afgelopen jaren explosief gegroeid. “Jarenlang wordt al gewaarschuwd voor problemen die kunnen ontstaan door klimaatverandering”, zegt Derckx. “Maar de vuurwerkramp in Enschede en de nieuwjaarsbrand in Volendam maakten duidelijk dat een ramp in een klein hoekje zit. Die rampen hebben in Nederland tot meer aandacht voor rampenbestrijding geleid dan de aanslagen van 11 september.”

In Nederland heeft zich de afgelopen decennia een grote mentaliteitsverandering voltrokken, meent Derckx. “Veel mensen zijn gewend aan luxe en zijn opgevoed zonder veel tegenslag. Daardoor zijn ze minder goed voorbereid als er iets misgaat.” Hij noemt de overstromingen in de jaren negentig in de Betuwe als voorbeeld. “Oudere mensen zijn eraan gewend dat het daar af en toe overstroomt. Daarom hebben ze een tegelvloer. Dan kunnen ze bij wateroverlast de meubels optillen en het water er zo weer uitdweilen. Jonge mensen die in het gebied zijn komen wonen, hebben laminaat of parket. Zij zijn woedend op de overheid. Maar, je weet van tevoren dat je gaat wonen op een plek tussen grote rivieren in. Dat zorgt voor een spanningsveld.”

Na acht jaar is Derckx zijn werk nog lang niet zat. “Crisisomstandigheden dwingen mensen tot topprestaties, dat spreekt me zo aan in dit werk. Je moet proberen helder naar de problemen te kijken. Het gaat echt ergens om in dit werk. Met een goede voorbereiding op rampen kun je mensenlevens redden. Ik ontwikkel hier niet de zoveelste shampoo.”
Commando’s

Het is niet toevallig dat Derckx zich met veiligheid bezig houdt. Het is de rode draad door zijn loopbaan. “Na de middelbare school ben ik werktuigbouwkunde gaan studeren in Eindhoven, maar dat beviel niet zo goed. Ik vond de opleiding veel te gedetailleerd. Na een jaar ben ik gestopt en vrijwillig in dienst gegaan. Ik wilde me losmaken van wat ik altijd al had gedaan, leren en studeren. Ik was toe aan iets nieuws.”

In het leger werd Derckx sergeant bij de commando’s. “Ik vond het vooral mentaal grensverleggend”, zegt hij. “We werden bijvoorbeeld met parachutes uit heli’s gedropt in zogenaamd vijandig gebied. Daar kregen we speurhonden achter ons aan. Ik heb toen ook twee weken onder de grond geleefd. Na anderhalf jaar vond ik het mooi geweest. Ik merkte dat ik afstompte. Ik was eraan gewend geraakt om in de stromende regen te lopen, om weinig te eten en te slapen en alleen nog maar heel basic te leven.”

Derckx besloot daarna civiele techniek in Delft te studeren. “Delft had een goede reputatie en ik wilde wel eens een tijdje boven de rivieren wonen. Civiele techniek is een toegepaste studie, dat sprak me aan. Ik wilde nooit in een laboratorium terechtkomen. Het was in het begin wel even wennen in Delft. Opeens zat ik weer in de schoolbanken en woonde in een rommelig studentenhuis, terwijl ik heel netjes ben. Ik stoorde me vooral aan mensen die hun deadline niet haalden. Er werd te veel gezeurd en te weinig gedaan.”

Derckx werd lid van DSB. “Ik heb heel wat afgestoeid op de sociëteit. Ik vond brassen en zooien leuk, maar de generatie die na mij kwam was veel netter en stond vaak mooi te wezen in hun trui aan de bar. Dat was niks voor mij.”

Na zijn studie liep hij stage bij ingenieursbureau Witteveen+Bos. “Daar heb ik geleerd om door te vragen. Er wordt wel eens gezegd dat doorvragen dom is, maar dat is een groot misverstand. Als je het probleem niet goed begrijpt kun je niks oplossen. Dat geldt natuurlijk ook voor rampen. Dat is een belangrijk advies: altijd zorgen dat je doorvraagt en een helder beeld krijgt van de situatie.”

Derckx gebruikt nog dagelijks de kennis die hij opdeed tijdens zijn studie. “Aan de TU leer je probleemgericht denken. Het is belangrijk in dit vak dat je snel kunt zien wat het knelpunt is. Dat heeft echter ook nadelen. Bij brainstorms zit dat me soms in de weg, dan moet je creatief denken. Niet alles valt tot problemen te herleiden. Ik ben nu directeur en dan moet ik niet voortdurend denken aan waar het mis gaat in dit bedrijf. Soms moet ik ook gewoon denken dat het fijn is om hier te werken, en wat ik nog kan verbeteren. Als je altijd maar risico’s uitbant, vergeet je soms kansen te pakken.”

Naam: ir. Roel Derckx

Leeftijd: 35 jaar.

Verliefd/Verloofd/Getrouwd: Samenwonend

Studie: Civiele techniek

Afstudeerrichting: Gezondheidstechniek

Afgestudeerd: 2000

Loopbaan: Na een jaar werktuigbouwkunde in Eindhoven te hebben gestudeerd, ging Derckx vrijwillig in dienst. Hij was sergeant bij de commando’s. Na zijn studie in Delft ging hij aan de slag bij Trimension Crisisbeheersing. Hij begon als medewerker en is nu mededirecteur.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.