Klussende corpsleden tussen schoolgaande vmbo’ers. Die combinatie op het Delftse Grotius College heeft geleid tot zoveel onrust dat er nu vragen liggen bij het gemeentebestuur en er een mediastilte heerst.
Voor de ingang van het Grotius College aan de Van Bleyswijckstraat staan woensdagochtend 29 mei drie medewerkers te roken. Boven hen, op de tweede en derde verdieping, brandt licht in de klaslokalen en zijn de hoofden van leerlingen zichtbaar.
Op de eerste en vierde verdieping is het licht uit. Door de ramen heen is bouwmateriaal te zien. Verder is het stil op de twee verdiepingen waar het Delftsch Studenten Corps in juli zijn 33ste lustrum viert. Voordat de voormalige klaslokalen geschikt zijn voor een feestje moet er gesloopt, getimmerd en gezaagd worden, maar daarvan is nu geen sprake.
De rokende medewerkers buiten lachen desondanks veelbetekenend op de vraag of zij overlast ondervinden van de studenten, zoals vooral op de website van Leefbaar Delft uitvoerig is beschreven. Vervolgens vertellen ze dat er een mediastilte heerst na de ophef eerder deze maand, die uitmondde in schriftelijke vragen van de Stadsbelangen Delft-fractie aan het college van burgemeester en wethouders. Alleen de rector beantwoordt nog vragen, aldus de Grotiusmedewerkers.
De situatie op het Grotius College is ontstaan door een samenloop van omstandigheden. Het corps zocht een leegstaand pand, rijp voor de sloop, om ongestoord te kunnen verbouwen tot een feestlocatie. Het schoolgebouw aan de Van Bleyswijckstraat zou leegkomen, dus kwam er een overeenkomst met de gemeente. Het samenvoegen van verschillende Delftse scholen liep echter anders dan verwacht. En dus wordt er gewoon nog lesgegeven aan de Van Bleyswijckstraat en dat zal nog zeker een jaar zo blijven.
Stadsbelangen wil nu onder meer van de gemeente weten welke afspraken er precies zijn met het corps, of de juiste vergunningen aanwezig zijn en of er handhaving is op momenten dat afspraken niet worden nageleefd. Het corps zelf houdt een mediastilte in acht totdat de antwoorden van b&w er zijn.
Grotiusrector Andrew van den Bosch wil wel praten. Staande in de gang van de andere Grotiuslocatie aan de Juniusweg bevestigt hij dat er ‘incidenten’ zijn geweest waarbij de studenten bijvoorbeeld onder schooltijd herrie hebben gemaakt. Na een goed gesprek komt dat niet meer voor, zegt hij. “Er is geen overlast, we hebben goede afspraken.”
Eén daarvan luidt dat de studenten tussen acht uur ’s morgens en vier uur ’s middags geen werkzaamheden mogen verrichten die overlast geven. Een andere is dat studenten en scholieren gescheiden blijven van elkaar. Ook zijn volgens Van den Bosch de juiste vergunningen afgegeven.
De rector vindt dat de ophef wel erg grote vormen heeft aangenomen. “Ik snap dat het niet leuk is als delen van een gebouw waarin je twintig jaar hebt gewerkt, worden gesloopt. Maar het pand wordt uiteindelijk helemaal gesloopt en de tweede en derde verdieping staan anders maar leeg. We zitten met 150 leerlingen in een gebouw voor duizend leerlingen.”
Had het corps niet toch beter op zoek kunnen gaan naar een andere feestlocatie? Volgens Van den Bosch was dat op korte termijn onmogelijk. “Dan was hun lustrumviering in het gedrang gekomen. Studenten horen bij Delft. We willen als school niet met onze rug naar de samenleving staan. Als het niet had gekund, had ik dat echt wel gezegd.”
Comments are closed.