Monique van der Veen constateert dat een koe over het algemeen een betere gebruikerservaring heeft dankzij de moderne melkrobot dan een vrouw met een kolfapparaat.
De allereerste keer dat ik melk ging afkolven, kreeg ik twee flessen met schilden die ik tegen mijn borsten moest drukken. Het basisontwerp is in feite nog hetzelfde als dat van de Rode Kruis borstkolf van 1954 in de foto hieronder, maar dan met een geëlektrificeerde afzuigpomp. Doordat ik deze flessen op hun plaats moest houden, had ik geen hand meer over om de afzuigpomp aan te zetten. Hierdoor zat ik noodgedwongen in een voorovergebogen gehurkte houding, met rug- en schouderpijn tot gevolg.
Uit ergernis over deze ongemakkelijke situatie hebben vrouwen in het verleden gaten in beha’s geknipt om de flessen op hun plaats te houden, een product dat ondertussen in de handel is. Vanwege de bengelende flessen moet je je hier nog steeds voor uitkleden en dus waarschijnlijk afzonderen. Gevoed door het sentiment: ‘Toen ik voor het eerst een borstkolf zag, vroeg ik me af of het een grap was’, organiseerde MIT in 2014 een hackaton met als titel Make the breast pump not suck. En begrijp me niet verkeerd, de kolf moet goed zuigen, maar de gebruikerservaring heeft ook zo zijn waarde.
Neem nu het melken van koeien. Dat gebeurt tegenwoordig steeds vaker in een eenheid waar de koe vrijwillig in gaat, en waar een melkrobot met lasers de bevestiging van de speenbekers begeleidt. Na het melken krijgt de koe gepersonaliseerde voeding voordat ze de ruimte weer verlaat. De veehouder wordt via sms-berichten gewaarschuwd als zich een probleem voordoet. Met de gebruikerservaring van zowel koe als boer is dus rekening gehouden.
Hoog op het verlanglijstje van de moeders die deelnamen aan de MIT Hackaton stond dan ook een discrete, handenvrije oplossing die tijdens dagelijkse bezigheden te gebruiken is. Dus zeker geen flessen die aan borsten bungelen. Er werden verschillende ontwerpen voorgesteld met afgeronde opvangbekers die in een bh geplaatst kunnen worden.
Deze producten stellen me in staat om de raamloze lactatieruimte in TNW Zuid te omzeilen
Inmiddels zijn er twee borstkolven op de markt, de Elvie en de Willow, ontworpen zodat zowel de draadloze afzuigkolfpomp, als de opvangbekers mooi samen in een beha passen. Een voordeligere oplossing zijn de Freemie cups: ronde opvangbekers die in een beha passen en die aan de meest gangbare borstkolfpompen op de markt te bevestigen zijn. Als deze kolf op batterijen werkt, kun je ze gewoon in je rugzak stoppen en ben je mobiel. Deze gebruiksvriendelijke borstkolven zijn allemaal afkomstig van start-ups met een (waarschijnlijk niet toevallig) vrouwelijke oprichter die erin geslaagd zijn marktaandeel te veroveren op een markt die voor de rest gedomineerd wordt door gevestigde merken.
Neem als ingenieursstudent daarom deze les ter harte: welk product je ook ontwerpt, en hoe goed je de bijbehorende technologie ook begrijpt, betrek je eindgebruikers er vanaf het begin bij. Deze nieuwe producten stellen me in staat om de raamloze, piepkleine, (er past slechts een persoon in) vaak bezette lactatieruimte-voor-één in het nieuwe gebouw TNW Zuid te omzeilen. Een ruimte die voelt alsof ze oorspronkelijk bedoeld was voor de stockage van exact één karretje voor het poetspersoneel. Deze ruimte was blijkbaar initieel vergeten bij het ontwerp van het gebouw. Er zit dus ook een lesje in voor architecten.
Monique van der Veen is universitair hoofddocent aan de faculteit Technische Natuurwetenschappen, afdeling Chemical Engineering. Lees hier over het werk van haar onderzoeksteam en volg haar op Twitter: @MAvanderVeen
Monique van der Veen / Columnist
Comments are closed.