Wiki’s, weblogs, virtual classrooms en chat. Blackboard begint dit studiejaar met nieuwe toepassingen die studenten en docenten het leven gemakkelijker moeten maken.
Blackboard heeft deze zomer een upgrade gekregen, die studenten moet helpen actiever te worden in deze digitale leeromgeving. Ze kunnen vanaf nu wiki’s, weblogs beginnen en chatten met medestudenten en docenten. Binnenkort volgt een mobiele versie van Blackboard, zodat studenten overal en altijd online kunnen.
Tegelijkertijd is het docenten gemakkelijker gemaakt om vakinformatie, cijfers en toelichtingen op Blackboard te zetten. Docenten wilden minder muisklikken en dat is gelukt.
Ze kunnen nu ook externe content van Youtube, Slide Share en Flickr in hun vak opnemen. En ze kunnen met iedere computer met webcam filmpjes maken met bijvoorbeeld korte instructies, of een virtual class of online spreekuur organiseren.
Blackboard gaat kortom met de tijd mee en niemand kan er omheen. Vakinformatie, roosters, cijfers; alles staat online. Niet voor niets logden maandag op de eerste dag van het collegejaar veertienduizend studenten in.
Het is de bedoeling dat ook tentamens steeds vaker met behulp van Blackboard worden gehouden, vertelt e-learning consultant Willem van Valkenburg. Dat gebeurt al op kleine schaal, maar de grootste zaal die daarvoor kan worden gebruikt telt maar negentig pc’s. “We kijken nu of studenten hun eigen laptop kunnen gebruiken. Maar niet ieder vak leent zich er even goed voor. Vandaar dat we onderzoeken of tentamens misschien anders moeten worden ingericht.”
De TU onderzoekt volgens Van Valkenburg ook of internationale masterstudenten hun eerste jaar in hun thuisland kunnen doen, met behulp van Blackboard. Pas daarna komen ze naar Delft. Dat scheelt geld, want deze studenten hoeven dan minder lang gebruik te maken van schaarse goederen als woonruimte en collegezalen.
Volgens Van Valkenburg zal persoonlijk contact tussen studenten en docenten blijven bestaan, ondanks de steeds verder gaande digitalisering van het onderwijs. Dat contact zal wel steeds actiever worden, denkt hij. Dus geen docent meer die zijn verhaal afdraait en studenten die alleen luisteren, maar discussie en gesprek in kleinere groepen.
Haar proefschrift over kleine intelligente sensoren die draadloos onderling communiceren, overtuigde de jury ervan dat dr.ing. Raluca Marin-Perianu de Christiaan Huygensprijs 2009 verdient voor het vakgebied informatie- en communicatietechnologie. De 31-jarige Roemeense ontving de prijs afgelopen woensdag in Voorburg uit handen van minister Plasterk van Onderwijs: een bronzen beeld, een oorkonde en tienduizend euro. Marin-Perianu studeerde computerwetenschappen aan de universiteit van Boekarest. Van 2004-2008 deed ze promotieonderzoek naar dynamische draadloze sensornetwerken aan het centrum voor telematica en informatietechnologie van de Universiteit Twente (UT). Naast een parttime aanstelling aan de UT werkt Marin-Perianu aan haar eigen spin-off bedrijf Inertia Technology dat zogenaamde ‘wireless sensor networks’ verder wil ontwikkelen. Prof.dr. Koen Langendoen (EWI) vindt vooral haar werk over groepsgedrag interessant. “Het schept orde in de chaos.”
Blackboard heeft deze zomer een upgrade gekregen, die studenten moet helpen actiever te worden in deze digitale leeromgeving. Ze kunnen vanaf nu wiki’s, weblogs beginnen en chatten met medestudenten en docenten. Binnenkort volgt een mobiele versie van Blackboard, zodat studenten overal en altijd online kunnen.
Tegelijkertijd is het docenten gemakkelijker gemaakt om vakinformatie, cijfers en toelichtingen op Blackboard te zetten. Docenten wilden minder muisklikken en dat is gelukt.
Ze kunnen nu ook externe content van Youtube, Slide Share en Flickr in hun vak opnemen. En ze kunnen met iedere computer met webcam filmpjes maken met bijvoorbeeld korte instructies, of een virtual class of online spreekuur organiseren.
Blackboard gaat kortom met de tijd mee en niemand kan er omheen. Vakinformatie, roosters, cijfers; alles staat online. Niet voor niets logden maandag op de eerste dag van het collegejaar veertienduizend studenten in.
Het is de bedoeling dat ook tentamens steeds vaker met behulp van Blackboard worden gehouden, vertelt e-learning consultant Willem van Valkenburg. Dat gebeurt al op kleine schaal, maar de grootste zaal die daarvoor kan worden gebruikt telt maar negentig pc’s. “We kijken nu of studenten hun eigen laptop kunnen gebruiken. Maar niet ieder vak leent zich er even goed voor. Vandaar dat we onderzoeken of tentamens misschien anders moeten worden ingericht.”
De TU onderzoekt volgens Van Valkenburg ook of internationale masterstudenten hun eerste jaar in hun thuisland kunnen doen, met behulp van Blackboard. Pas daarna komen ze naar Delft. Dat scheelt geld, want deze studenten hoeven dan minder lang gebruik te maken van schaarse goederen als woonruimte en collegezalen.
Volgens Van Valkenburg zal persoonlijk contact tussen studenten en docenten blijven bestaan, ondanks de steeds verder gaande digitalisering van het onderwijs. Dat contact zal wel steeds actiever worden, denkt hij. Dus geen docent meer die zijn verhaal afdraait en studenten die alleen luisteren, maar discussie en gesprek in kleinere groepen.
Comments are closed.