Campus

The bike of …

Name: George Villias: (Msc sustainable energy technology)
Brand: Batavus
Price: 60 euros
Striking features: The oh-so-spottable purple colour 

“George’s eyes never fail to light up when he hears the word ‘bike’.

A friend of mine who was leaving Leiden after his studies sold his bike to me,” he says, adding that from the day he brought his bike to Delft from Leiden by a train he has experienced nothing but immense pride and joy in riding it everywhere. Be it carrying groceries from the supermarket or a two-seater sofa from Den Haag, his bike has never let him down. When his baffled friends ask for more details about his hauling sofas around, he immediately starts drawing an aerial view of himself, his bike and the sofa roped securely to the bike’s carrier while cycling from Den Haag. “I reached Delft and was so happy about what I had accomplished, but later I found out that it’s actually illegal to carry a sofa on your bike,” he says, grinning. “I also brought home a table, a mirror and 20 plates from Ikea on my bike!” George then starts lovingly telling us about how soft his bike’s pedals feel… until a friend interrupts him to ask: “Maybe it’s just your shoes that feel soft?” But George just ignores this inquiry.  When you learn to really love something, you also learn to embrace its flaws. “My bike has a few scratches, no handbrakes or gears, but that doesn’t bother me at all!”

Naam: Fred Vermolen (40)
Doceert bij: Elektrotechniek, Wiskunde & Informatica
Burgerlijke staat: Getrouwd, een zoon, een dochter, een kat
Vakken: Numerieke methode II, numerical analysis C2, numerieke analyse I, applied finite elements. 

Fred Vermolen verwerkt voorbeelden uit zijn eigen biomedische onderzoek in zijn colleges. Neem de groei van een hersentumor. Het begint met één schadelijke cel, dat worden er twee, vier, acht, zestien en ga zo maar door. Vermolen reikt studenten een wiskundig model aan waarmee ze voor een dwarsdoorsnede in het hoofd kunnen uitrekenen hoe de tumor zich uitbreidt.
Toepassingen van wiskunde zijn de krenten uit de pap voor zijn studenten. Met wiskunde kun je immers uitrekenen hoe een wond heelt. Of hoe je efficiënt olie kunt winnen uit oliereservoirs. Of hoe aandelenkoersen zich kunnen ontwikkelen.

Met praktijkvoorbeelden, grapjes en af en toe een persoonlijke anekdote grijpt Vermolen zijn publiek. Hij is daarbij niet te beroerd om te vertellen dat hij soms zijn neus stoot. “Ik ben zelf ook wel eens achter dingen gekomen via onderzoek. Zo van: verrek, zo is het veel eenvoudiger.”
Vermolen geeft ‘colstructie’: een mengeling van college en instructie. In het begin legt hij wat theorie uit en de laatste twintig minuten laat hij studenten spelen met de stof via huiswerkopgaven. Studenten kunnen dan nog vragen stellen – eventueel in debatvorm – en Vermolen geeft hints. Dat huiswerk moeten studenten verplicht inleveren. Zo worden ze gedwongen de stof bij te houden. “Doe ik dat niet, dan gebeuren er ongelukken. Ik ben zelf ook student geweest en je stelt dingen uit.”

Als mensen te laat zijn met huiswerk of Vermolen in het ootje nemen, hebben ze de eerste week respijt. “Daarna stuur ik ze naar de studieadviseur. Ik moet mezelf beschermen, ik doe ook nog onderzoek. Ik vind goed onderwijs geven belangrijk, maar ze moeten wel meewerken. Zo’n 95 procent doet dat ook.”
In een van zijn eerste colleges probeerden studenten Vermolen nog wel eens uit. “Ik heb meegemaakt dat iemand zijn mobiel liet afgaan en ging praten. Dat loste ik op door die mobiel te vragen en voor de klas dat telefoongesprek af te ronden. De klas lag dubbel en het is me daarna nooit meer overkomen.”
Wiskunde is volgens Vermolen bij uitstek een vak dat je langzaam en gedoseerd moet brengen. Daarom gebruikt hij geen PowerPoint, sheets of laptop, maar krijt. Hij schrijft alles uit met krijt. “Sheets gaan te snel.”
Hij kijkt voordat de les begint naar wat hij gaat behandelen en maakt er ter plekke een verhaal van. “Ik schrijf vooraf op het bord vaak kernwoorden op. Een soort inhoudsopgave die ik afwerk. Studenten vinden dat heel prettig.”
Dat improviseren dwingt hem tot nadenken. “Het zorgt ervoor dat ik stil sta bij de moeilijke punten. Ik denk dat mijn vak zich niet leent voor PowerPointpresentaties, want dan ga je veel te gemakkelijk over moeilijke dingen heen.”

Dat hij improviseert, wil echter niet zeggen dat hij doceren een makkie vindt. Op zijn spreekuur voor grotere vakken komen er soms veel studenten langs. “Het is daarbij één-op-één contact. Dat is pittig. Soms is niet helder wat studenten niet begrijpen. Dan zul je je toch even moeten verplaatsen in die persoon. En dat is niet altijd gemakkelijk.”

Tips van Fred Vermolen:

  • Maak gebruik van humor.
  • Probeer wat interesse te tonen in studenten. Ze zijn bezig met relaties, verliefdheden, hun eerste autootje en vinden het belangrijk er toe te doen.
  • Probeer liefde voor je vak uit te dragen.
Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.