Opinie

Bijbaantje

Telefonisch enquêteren in Den Haag, tipt Mark me, een gouden bijbaantje. Even uit de regio, maar altijd werk.

Studenten staan er voor in de rij, maar je weet nooit. In de kroeg is Mark een beruchte vraagbaak. Dat zelfs hij zijn draai heeft gevonden, wekt direct mijn interesse. Zijn energieke, maar hoekige optreden deed hem baantjes bij de vleet verspelen.

In de kantine van het Nipofoon is het overvol. Achterin gebaart Mark woest naar een vrije stoel en zichzelf. Hij lijkt naar adem te happen. ,,Ik heb net de zak gekregen”, is het eerste wat hij uitbrengt. Voordat ik de kans krijg verbaasd te reageren, briest hij dat het hem een rotzorg zal zijn ook. Wat hij niet moest aanhoren van al die respondenten! Aan academische borreltafels mag privacy dan lekker wegneuzelen, daarbuiten interesseert het niemand een zier. Om absolute vreemden tot de meest intieme bekentenissen te bewegen zijn een gebronsde stem en een telefoontoestel voldoende. En verknoei vooral hun tijd niet met hoffelijkheden, want ja natuurlijk heeft hun vrouw daar wel eens schimmelinfecties, en wanneer komt nu de fotograaf, ze was ooit al bij Vrouw Zijn, dus maak je geen zorgen. Klotebaan, hij moest hier sowieso weg, besluit hij moedig.

Hij leunt achterover en sluit zijn ogen. Het zat zo: de opdrachtgever van deze ochtend, een garagebedrijf, stond er op dat alle enquêteurs zich aan hun klanten zouden presenteren alsof men voor het bedrijf zelf werkte, om een schijn van persoonlijke service te suggereren. Voor de meesten gesneden koek, voor Mark een noviteit. Zijn eerste gesprek moet ongeveer zo geklonken hebben:

Goedemorgen, U spreekt met Mark Metselaar, van garagebedrijf Van Der Meyden. Wij zijn momenteel bezig met een onderzoe..

– Met wie?

Met Metselaar van Van Der Meyden.

– O, van mijn APK-keuring?
Exact, exact.

– Van Frans van der Meyden, die overspannen is?

Precies, een vreselijke toestand. En wij zijn momenteel be..

– Niet te geloven, is hij dat nog steeds dan?

Eh .. goeie vraag. Frans junior of senior?

– Nou, u weet wel. Senior.

Dan zeg ik: geen flauw idee. Maar wij zijn momenteel ..

– Heeft Frans een zoon dan?
Geen idee?

– En U zegt net Frans junior of senior.

Neeneenee, dat was mijn vraag. U vindt hem meer junior?

– Eh ..

U hoeft niet te antwoorden als U dat niet wilt.

– Nee, nee ..

Zal ik anders doorgaan met de volgende vraag?

– Ik vind dit gesprek niet zo leuk meer geloof ik.

Kom nou. Ik doe toch ook maar mijn werk?

– U kent Frans helemaal niet.

U maakt een grapje. Hoe wist ik anders dat hij overspannen was?

Waarop de klant de hoorn op de haak wierp. Hoewel hij zichzelf bij vlagen geniaal vond, bleek de enquête achteraf een pilot-onderzoek te zijn: een kersvers onderzoek waarbij de opdrachtgever in persoon mee mag luisteren. Vanuit de observatieruimte zou deze nog nijdig tegen de ruit hebben getikt, maar hoe kon hij dat horen? Zijn supervisor komt zo zijn laatste urenbriefje tekenen; als ik wil kan ik wel blijven zitten.

Sinds mijn vorige column heb ik niet enkel een nieuwe woonruimte, maar nu ook een nieuwe bijbaan. Het gaat me buitengewoon goed, geloof ik. Nu nog een vriendin. Daarover een volgende keer.

Telefonisch enquêteren in Den Haag, tipt Mark me, een gouden bijbaantje. Even uit de regio, maar altijd werk. Studenten staan er voor in de rij, maar je weet nooit. In de kroeg is Mark een beruchte vraagbaak. Dat zelfs hij zijn draai heeft gevonden, wekt direct mijn interesse. Zijn energieke, maar hoekige optreden deed hem baantjes bij de vleet verspelen.

In de kantine van het Nipofoon is het overvol. Achterin gebaart Mark woest naar een vrije stoel en zichzelf. Hij lijkt naar adem te happen. ,,Ik heb net de zak gekregen”, is het eerste wat hij uitbrengt. Voordat ik de kans krijg verbaasd te reageren, briest hij dat het hem een rotzorg zal zijn ook. Wat hij niet moest aanhoren van al die respondenten! Aan academische borreltafels mag privacy dan lekker wegneuzelen, daarbuiten interesseert het niemand een zier. Om absolute vreemden tot de meest intieme bekentenissen te bewegen zijn een gebronsde stem en een telefoontoestel voldoende. En verknoei vooral hun tijd niet met hoffelijkheden, want ja natuurlijk heeft hun vrouw daar wel eens schimmelinfecties, en wanneer komt nu de fotograaf, ze was ooit al bij Vrouw Zijn, dus maak je geen zorgen. Klotebaan, hij moest hier sowieso weg, besluit hij moedig.

Hij leunt achterover en sluit zijn ogen. Het zat zo: de opdrachtgever van deze ochtend, een garagebedrijf, stond er op dat alle enquêteurs zich aan hun klanten zouden presenteren alsof men voor het bedrijf zelf werkte, om een schijn van persoonlijke service te suggereren. Voor de meesten gesneden koek, voor Mark een noviteit. Zijn eerste gesprek moet ongeveer zo geklonken hebben:

Goedemorgen, U spreekt met Mark Metselaar, van garagebedrijf Van Der Meyden. Wij zijn momenteel bezig met een onderzoe..

– Met wie?

Met Metselaar van Van Der Meyden.

– O, van mijn APK-keuring?
Exact, exact.

– Van Frans van der Meyden, die overspannen is?

Precies, een vreselijke toestand. En wij zijn momenteel be..

– Niet te geloven, is hij dat nog steeds dan?

Eh .. goeie vraag. Frans junior of senior?

– Nou, u weet wel. Senior.

Dan zeg ik: geen flauw idee. Maar wij zijn momenteel ..

– Heeft Frans een zoon dan?
Geen idee?

– En U zegt net Frans junior of senior.

Neeneenee, dat was mijn vraag. U vindt hem meer junior?

– Eh ..

U hoeft niet te antwoorden als U dat niet wilt.

– Nee, nee ..

Zal ik anders doorgaan met de volgende vraag?

– Ik vind dit gesprek niet zo leuk meer geloof ik.

Kom nou. Ik doe toch ook maar mijn werk?

– U kent Frans helemaal niet.

U maakt een grapje. Hoe wist ik anders dat hij overspannen was?

Waarop de klant de hoorn op de haak wierp. Hoewel hij zichzelf bij vlagen geniaal vond, bleek de enquête achteraf een pilot-onderzoek te zijn: een kersvers onderzoek waarbij de opdrachtgever in persoon mee mag luisteren. Vanuit de observatieruimte zou deze nog nijdig tegen de ruit hebben getikt, maar hoe kon hij dat horen? Zijn supervisor komt zo zijn laatste urenbriefje tekenen; als ik wil kan ik wel blijven zitten.

Sinds mijn vorige column heb ik niet enkel een nieuwe woonruimte, maar nu ook een nieuwe bijbaan. Het gaat me buitengewoon goed, geloof ik. Nu nog een vriendin. Daarover een volgende keer.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.