Opinie

Bertrand Russell als stripheld

‘Logicomix’ is een beeldroman over de zoektocht naar absolute waarheid. Bertrand Russell en twee hedendaagse wiskundigen nemen de lezer mee langs de geschiedenis van de grondslagen van de wiskunde.

Het is niet de meest logische keuze: filosoof en wiskundige Bertrand Russell als hoofdpersoon van een stripboek. Sowieso lijkt een zoektocht naar de fundamenten van de wiskunde moeilijk te vatten in een spannend verhaal met mooie tekeningen. Toch werkt ‘Logicomix’ uitstekend. Het verhaal is slim in een dubbele raamvertelling verpakt: In het binnenste verhaal is het 1939 en geeft Russell een voordracht waarin hij op zijn eigen leven en werk terugkijkt. In het buitenste verhaal is het 2007 en discussiëren de makers van ‘Logicomix’ over de beste manier om de geschiedenis te vertellen.

Die makers zijn wiskundigen Apostolos Doxiadis en Christos H. Papadimitrou, tekenaar Alecos Papadatos en inkleurder Annie Di Donna. Op de eerste bladzijden vertelt de getekende Doxiadis aan de getekende Papadimitrou over de opzet van het verhaal en waarom juist Russell de gedroomde hoofdpersoon is: ‘Het is een gecompliceerd persoon… dit gaat over mensen. Hun denkbeelden interesseren ons alleen voor zover ze voortkomen uit hun passies.’
En zo besteedt ‘Logicomix’ net zoveel tijd aan ideeën als aan de mensen die ze bedachten. De jonge Russell gaat op bezoek bij alle grote namen uit zijn tijd.

De dialogen zijn grappig en erg herkenbaar voor mensen die wel eens tussen logici zitten:
Russell: Pardon, is dit het huis van Professor Frege?
Man in tuin: Nee, dit is zijn tuin. Zijn huis is daar.
Russell: Is de professor thuis?
Man in tuin: Nee, hij is in zijn tuin.
Het is lastig om in een meeslepend verhaal technische termen op een niet-storende manier uit te leggen. In ‘Logicomix’ lukt dit door de dubbele structuur (die ook veel mogelijkheden voor zelfverwijzing geeft). Als Russell in zijn voordracht een moeilijk woord gebruikt, breekt de getekende Papadimitrou in: ‘Time out! … Is dat niet wat al te technisch?’ In de discussie tussen de makers die volgt, worden de begrippen uitgelegd, terwijl je als lezer toch in het verhaal blijft. Aan het eind van het boek staan noten voor wie meer wil weten. Niet voor niets zijn Doxiadis en Papadimitrou voortrekkers van Thales and Friends, een groep die wiskunde en narratief op nieuwe manieren wil combineren.

De tekeningen van Papadatos en Di Donna zijn prachtig: van duister en dreigend als de waanzin op de loer ligt tot frisgroen als Russell verliefd is. De vertaling van Mat Schifferstein is goed, al is een enkele wiskundige term wat ongebruikelijk vertaald. Echt slordig zijn de typefouten op de flaptekst, hopelijk zijn die in een volgende druk verdwenen.
Het boek heeft iets van een debuut waarin net iets te veel ideeën zijn gepropt. Oorlog, waanzin, liefde, het komt allemaal aan bod naast logische paradoxen, filosofische gedachten en wiskundige ideeën. Aan het einde wordt Oresteia uit de Griekse mythologie er nog bij gehaald. ‘Logicomix’ is zeker geslaagd, maar het zou me niet verbazen als dezelfde makers hierna met een nóg beter boek komen. 

Apostolos Doxiadis en Christos Papadimitriou – ‘Logicomix – een epische zoektocht naar de waarheid’, De Vliegende Hollander, pp 352, € 19,95.

,

Bij collegezaal 4/5 van het Leidse Gorleaus Laboratorium struikel je bijna over de te korte trapjes die naar de collegebanken leiden. Weinig Delftse benen zullen ooit deze hachelijke klautertocht gemaakt hebben. Of het moeten die van de relatief nieuwe studenten life
science & technology of sustainable molecular science & technology zijn die hier zwetend tijdens hun tentamen de volgende stap in een complex reactiemechanisme proberen op te schrijven.
Dinsdag wandelen twee van de bekendste benen van de TU Delft naar het spreekgedeelte onderaan in de zaal. TU-hoogleraar prof.dr. Cees Dekker presenteert zijn nieuwe boek ‘Geleerd en Gelovig’ op het gelijknamige discussieforum aan CDA-premier Balkenende.
“Het christendom is mij erg dierbaar en het vormt de belangrijkste geloofstraditie in Nederland”, aldus Dekker. “Volgens mij loopt de weg naar de waarheid door het christelijk geloof.” Gerrit Benschot is oud-student elektrotechniek aan de TU en werkzaam bij Veritas, de christelijke club die dit forum organiseert. “Het is vandaag geen standaardforum. Normaal gesproken zoeken we het debat tussen levensbeschouwelijke stromingen, maar nu zijn alle sprekers christelijk.”
Logisch, want het boek van Dekker bevat persoonlijke verhalen van christelijke wetenschappers. Zo vertelt natuurkundige prof.dr. Carlo Beenakker van de Universiteit Leiden over zijn geloof in het hiernamaals: “Vroeger kon ik me nauwelijks voorstellen dat een elektron op twee plaatsen tegelijk kon zijn, maar nu snap ik het. Tegenwoordig kan ik me niet voorstellen dat mijn ziel na mijn dood kan voortbestaan. Maar ik verwacht dat ik als het zover is naar de mensen op aarde zal willen schreeuwen: het is zo simpel!”
De aanwezige wetenschappers gebruiken het geloof vooral als vulling van een morele leegte. Exemplarisch is de stelling van TU-docent prof.dr.ir. Michael Verhaegen, die stelt dat de universitaire wereld te kampen heeft met geestelijke armoede, persoonlijke geldingsdrang en machtsijver. Het evangelie biedt hoop, volgens hem. “Het geloof geeft mijn vak weer een menselijk gezicht. Dat is de gave van de heilige geest.”
Ook premier Balkenende schaart zich met graagte achter de boodschap van Verhaegen, Beenakker en Dekker: “Geleerd en gelovig zijn niet tegenstrijdig. Geloof als inspiratiebron verbindt.” Had Balkenende zelf het 23ste hoofdstuk in het boek mogen schrijven (‘mag wel hoor’, grapt Dekker direct vanuit de zaal), dan was zijn verhaal niet erg afwijkend geweest van dat van de anderen. “In het post-seculiere tijdperk maakt religie een comeback. In het Nederland van de komende decennia, hoop ik een nieuwe harmonieuze relatie tussen wetenschap en geloof te ontwaren.” Balkenende ontvangt weinig tegenspraak. Het door de pers matig bezochte christelijke feestje bleek dan ook vooral preken voor eigen parochie. “Het gebeurt me als premier niet vaak dat het applaus langer is dan de foto-shoot.”

Het is niet de meest logische keuze: filosoof en wiskundige Bertrand Russell als hoofdpersoon van een stripboek. Sowieso lijkt een zoektocht naar de fundamenten van de wiskunde moeilijk te vatten in een spannend verhaal met mooie tekeningen. Toch werkt ‘Logicomix’ uitstekend. Het verhaal is slim in een dubbele raamvertelling verpakt: In het binnenste verhaal is het 1939 en geeft Russell een voordracht waarin hij op zijn eigen leven en werk terugkijkt. In het buitenste verhaal is het 2007 en discussiëren de makers van ‘Logicomix’ over de beste manier om de geschiedenis te vertellen.

Die makers zijn wiskundigen Apostolos Doxiadis en Christos H. Papadimitrou, tekenaar Alecos Papadatos en inkleurder Annie Di Donna. Op de eerste bladzijden vertelt de getekende Doxiadis aan de getekende Papadimitrou over de opzet van het verhaal en waarom juist Russell de gedroomde hoofdpersoon is: ‘Het is een gecompliceerd persoon… dit gaat over mensen. Hun denkbeelden interesseren ons alleen voor zover ze voortkomen uit hun passies.’
En zo besteedt ‘Logicomix’ net zoveel tijd aan ideeën als aan de mensen die ze bedachten. De jonge Russell gaat op bezoek bij alle grote namen uit zijn tijd.

De dialogen zijn grappig en erg herkenbaar voor mensen die wel eens tussen logici zitten:
Russell: Pardon, is dit het huis van Professor Frege?
Man in tuin: Nee, dit is zijn tuin. Zijn huis is daar.
Russell: Is de professor thuis?
Man in tuin: Nee, hij is in zijn tuin.
Het is lastig om in een meeslepend verhaal technische termen op een niet-storende manier uit te leggen. In ‘Logicomix’ lukt dit door de dubbele structuur (die ook veel mogelijkheden voor zelfverwijzing geeft). Als Russell in zijn voordracht een moeilijk woord gebruikt, breekt de getekende Papadimitrou in: ‘Time out! … Is dat niet wat al te technisch?’ In de discussie tussen de makers die volgt, worden de begrippen uitgelegd, terwijl je als lezer toch in het verhaal blijft. Aan het eind van het boek staan noten voor wie meer wil weten. Niet voor niets zijn Doxiadis en Papadimitrou voortrekkers van Thales and Friends, een groep die wiskunde en narratief op nieuwe manieren wil combineren.

De tekeningen van Papadatos en Di Donna zijn prachtig: van duister en dreigend als de waanzin op de loer ligt tot frisgroen als Russell verliefd is. De vertaling van Mat Schifferstein is goed, al is een enkele wiskundige term wat ongebruikelijk vertaald. Echt slordig zijn de typefouten op de flaptekst, hopelijk zijn die in een volgende druk verdwenen.
Het boek heeft iets van een debuut waarin net iets te veel ideeën zijn gepropt. Oorlog, waanzin, liefde, het komt allemaal aan bod naast logische paradoxen, filosofische gedachten en wiskundige ideeën. Aan het einde wordt Oresteia uit de Griekse mythologie er nog bij gehaald. ‘Logicomix’ is zeker geslaagd, maar het zou me niet verbazen als dezelfde makers hierna met een nóg beter boek komen. 

Apostolos Doxiadis en Christos Papadimitriou – ‘Logicomix – een epische zoektocht naar de waarheid’, De Vliegende Hollander, pp 352, € 19,95.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.