In popverzamelgebouw Waterfront werd de band Kayu afgelopen maand tweede in de categorie wereldmuziek tijdens de Grote Prijs van Nederland. Morgen presenteert de Delftse band haar debuut-cd: zonder multicultureel gepanfluit, maar met een eigen geluid en zelfs een eigen taal.
,,Het gezelschap dat de Grote Prijs won in december was een band met veel ervaring die Zuid-Amerikaanse muziek speelde. Dat is op dit moment hip en daardoor makkelijk te plaatsen”, zegt Joris Beets, student industrieel ontwerpen en een van de drie TU’ers in de band Kayu. ,,Onze muziek is ingetogener met veel wisselingen, moeilijke toonsoorten en maffe instrumenten. Mensen kunnen daardoor niet meeklappen.” Over een toegankelijker repertoire peinst de band niet. ,,Makkelijker te behappen muziek gaat ten koste van de originaliteit”, vindt Beets.”
Waar treed je op als band als op het geluid geen etiket kan worden geplakt? ,,Meestal in cafés”, volgens Beets, ,,maar ook op straat, op bruiloften of bijvoorbeeld op een bijeenkomst van Vluchtelingenwerk. Bovendien bestaat in Utrecht een podium voor wereldmuziek: Rasa.”
Wat maakt muziek eigenlijk wereldmuziek? Als André Hazes in Argentinië wordt gedraaid, is hij daar dan wereldmuziek omdat hij van een ander continent stamt? ,,Wereldmuziek is een beetje een lastige benaming”, vindt Beets. ,,Muziektechnisch betekent het dat er andere toonsoorten worden gespeeld dan in westerse muziek. Vooral westerse popnummers hebben makkelijk te bevatten tonen die makkelijk zijn te onthouden, denk aan liedjes als I Will Survive. Maar de grens is moeilijk vast te stellen. In Spanje wordt ook al behoorlijk niet-westers gespeeld met allerlei Moorse invloeden.”
Toonsoorten maken volgens Beets niet alleen het verschil. ,,Aan wereldmuziek wordt een verhaal meegegeven via vreemde talen, klanken en mythes. Onze muziek is niet geografisch bepaald en ook niet in de tijd. Sommige stukken klinken bijvoorbeeld bijna middeleeuws. We worden ook wel eens bestempeld als cross-over folk. Maar folk kun je terugleiden op een volk, onze muziek niet.”
Het beste bewijs daarvan vormt de taal waarin Kayu zingt: die is zelf verzonnen. De bizarre teksten zijn wel enigszins te herleiden op de herkomst van de bandleden. ,,Een van onze bandleden is Fries maar spreekt vloeiend Perzisch”, verklaart Beets een aantal vreemde woorden in het tekstboekje. ,,Verder hebben we een Duitser in de band, een meisje met een Indonesisch-Arabische achtergrond, enzovoort.” Wie het tekstboekje verder doorbladert ziet op iedere bladzijde een andere taal. Hoe dat eruitziet? ,,Adun, duzhete alma angiset ettyu’ye kornye daleset. Adun, sizzedi yakt’a ronamem mala rokt’a kereki optan.”
Het aantal instrumenten wisselt per lied. ,,Voordat we ergens naar toe gaan, moeten we beslissen welke instrumenten we meenemen. Je kunt nu eenmaal niet alles meedragen.” Voor de vijf dagen opnametijd waaruit de debuut-cd is ontstaan werd wel een flinke reeks instrumenten naar de studio in het Duitse Aken gesleept: contrabas, trompet, viool, gitaar, diverse percussie-instrumenten, târ, setâr, baglama en santur. Zelf speelt Beets behalve percussie ook nog harp. Wat brengt een mens ertoe harp te spelen? ,,Ik was zes jaar oud en zag zo’n ding op televisie. Maar ik heb niet zo’n enorme concertharp met pedalen, en ik kan ook nog steeds geen noten lezen.”
Sinds kort beschikt de band over vers bloed en nog meer vreemde instrumenten. ,,We zijn bezig een nieuwe draai aan het geluid te geven met wat meer jazzy invloeden. En een van de bandleden speelt sinds kort didgeridoo. Had hij stiekem geleerd. Daar gaan we dus maar eens mee experimenteren de komende tijd.”
Vrijdag 23 januari presenteert Kayu zijn debuut-cd in DiscOtake Delft, Kruisweg 71. Aanvang 21.00 uur, toegang gratis. Een kwart van de cd-opbrengst gaat naar de slachtoffers van de aardbeving in Iran.
www.kayu.nl . .
info@kayu.nl . .
,,Het gezelschap dat de Grote Prijs won in december was een band met veel ervaring die Zuid-Amerikaanse muziek speelde. Dat is op dit moment hip en daardoor makkelijk te plaatsen”, zegt Joris Beets, student industrieel ontwerpen en een van de drie TU’ers in de band Kayu. ,,Onze muziek is ingetogener met veel wisselingen, moeilijke toonsoorten en maffe instrumenten. Mensen kunnen daardoor niet meeklappen.” Over een toegankelijker repertoire peinst de band niet. ,,Makkelijker te behappen muziek gaat ten koste van de originaliteit”, vindt Beets.”
Waar treed je op als band als op het geluid geen etiket kan worden geplakt? ,,Meestal in cafés”, volgens Beets, ,,maar ook op straat, op bruiloften of bijvoorbeeld op een bijeenkomst van Vluchtelingenwerk. Bovendien bestaat in Utrecht een podium voor wereldmuziek: Rasa.”
Wat maakt muziek eigenlijk wereldmuziek? Als André Hazes in Argentinië wordt gedraaid, is hij daar dan wereldmuziek omdat hij van een ander continent stamt? ,,Wereldmuziek is een beetje een lastige benaming”, vindt Beets. ,,Muziektechnisch betekent het dat er andere toonsoorten worden gespeeld dan in westerse muziek. Vooral westerse popnummers hebben makkelijk te bevatten tonen die makkelijk zijn te onthouden, denk aan liedjes als I Will Survive. Maar de grens is moeilijk vast te stellen. In Spanje wordt ook al behoorlijk niet-westers gespeeld met allerlei Moorse invloeden.”
Toonsoorten maken volgens Beets niet alleen het verschil. ,,Aan wereldmuziek wordt een verhaal meegegeven via vreemde talen, klanken en mythes. Onze muziek is niet geografisch bepaald en ook niet in de tijd. Sommige stukken klinken bijvoorbeeld bijna middeleeuws. We worden ook wel eens bestempeld als cross-over folk. Maar folk kun je terugleiden op een volk, onze muziek niet.”
Het beste bewijs daarvan vormt de taal waarin Kayu zingt: die is zelf verzonnen. De bizarre teksten zijn wel enigszins te herleiden op de herkomst van de bandleden. ,,Een van onze bandleden is Fries maar spreekt vloeiend Perzisch”, verklaart Beets een aantal vreemde woorden in het tekstboekje. ,,Verder hebben we een Duitser in de band, een meisje met een Indonesisch-Arabische achtergrond, enzovoort.” Wie het tekstboekje verder doorbladert ziet op iedere bladzijde een andere taal. Hoe dat eruitziet? ,,Adun, duzhete alma angiset ettyu’ye kornye daleset. Adun, sizzedi yakt’a ronamem mala rokt’a kereki optan.”
Het aantal instrumenten wisselt per lied. ,,Voordat we ergens naar toe gaan, moeten we beslissen welke instrumenten we meenemen. Je kunt nu eenmaal niet alles meedragen.” Voor de vijf dagen opnametijd waaruit de debuut-cd is ontstaan werd wel een flinke reeks instrumenten naar de studio in het Duitse Aken gesleept: contrabas, trompet, viool, gitaar, diverse percussie-instrumenten, târ, setâr, baglama en santur. Zelf speelt Beets behalve percussie ook nog harp. Wat brengt een mens ertoe harp te spelen? ,,Ik was zes jaar oud en zag zo’n ding op televisie. Maar ik heb niet zo’n enorme concertharp met pedalen, en ik kan ook nog steeds geen noten lezen.”
Sinds kort beschikt de band over vers bloed en nog meer vreemde instrumenten. ,,We zijn bezig een nieuwe draai aan het geluid te geven met wat meer jazzy invloeden. En een van de bandleden speelt sinds kort didgeridoo. Had hij stiekem geleerd. Daar gaan we dus maar eens mee experimenteren de komende tijd.”
Vrijdag 23 januari presenteert Kayu zijn debuut-cd in DiscOtake Delft, Kruisweg 71. Aanvang 21.00 uur, toegang gratis. Een kwart van de cd-opbrengst gaat naar de slachtoffers van de aardbeving in Iran.
www.kayu.nl . .
info@kayu.nl . .
Comments are closed.