Onderwijs

Analyse: kan stikstof het hoger onderwijs verstikken?

Boze boeren en hun omgekeerde vlaggen dreigen het kabinet ten val te brengen. Als de regering inderdaad opstapt, kan dat ook gevolgen hebben voor het hoger onderwijs.

Het blauw-wit-rood domineert in plattelandsdorpen. Komt het kabinet deze crisis nog te boven? (Foto: Saskia Bonger)

De omgekeerde vlag is van oorsprong een noodsignaal. Op middeleeuwse burchten keerde men de vlag om als een aanval of belegering fataal dreigde te worden. Op zee betekende een omgekeerde vlag vanaf de zestiende eeuw dat een schip in nood verkeerde of dat er een man overboord was.
De huidige betekenis van de blauw-wit-rode vlag is een protest tegen de overheid uit ontevredenheid met het (stikstof)beleid. Ook is er een vage connotatie met het omkeren van de machtsverhoudingen die wetenschappelijk niet helemaal klopt.

(Foto: Annebelle de Bruijn)

Aan het einde van een lange, hete, droge zomer wapperen buiten volop de omgekeerde vlaggen, en binnen vergadert de coalitie. De spanning is er om te snijden, nu CDA-leider Wopke Hoekstra een eigen koers is gaan varen en minder waarde hecht aan het halveren van de stikstofuitstoot. De asielcrisis komt erbovenop: het rommelt in de achterban van de ChristenUnie en de coalitiepartijen leggen hun compromis verschillend uit. En dan is de gierende inflatie, aangejaagd door de energiecrisis.

Er is een kans dat het kabinet Rutte IV over een van deze onderwerpen struikelt. Mocht dat gebeuren, dan staan ook de plannen voor het hoger onderwijs op losse schroeven.

Controversieel

Want als een kabinet valt, kunnen de Eerste en Tweede Kamer bepaalde onderwerpen ‘controversieel’ verklaren. Dan gaan de partijen er pas weer over praten als er nieuwe verkiezingen zijn geweest. Soms willen ze zelfs wachten tot er een nieuw regeerakkoord ligt.

Zo gaat het ook met wetsvoorstellen voor het hoger onderwijs. De vorige keer, in 2021, belandde bijvoorbeeld een wet in de ijskast die de toestroom van buitenlandse studenten moest beteugelen en de verengelsing van het hoger onderwijs moest tegengaan. De Eerste Kamer wilde er niet over stemmen.

De nieuwe minister, Robbert Dijkgraaf, was daar wel blij mee. Hij heeft het wetsvoorstel van zijn voorganger inmiddels in de prullenmand gegooid en wil met een betere wet komen.

Basisbeurs

Mocht het huidige kabinet vallen, dan zou het wetsvoorstel voor een nieuwe basisbeurs weleens controversieel verklaard kunnen worden. De grootste regeringspartij, Mark Ruttes VVD, is immers geen voorstander van die nieuwe beurs.

Daar staat tegenover dat alle andere partijen (ook D66, PvdA en GroenLinks, die samen met de VVD in 2015 het leenstelsel invoerden) voorstander zijn van een nieuwe basisbeurs. Zij zullen de wet misschien toch willen behandelen, desnoods met een demissionaire minister.

Loting

Er zijn meer wetswijzigingen in aantocht. Het kabinet wil bijvoorbeeld dat populaire opleidingen weer kunnen loten in plaats van selecteren bij de toelating van eerstejaars studenten. De gedachte: soms is er gewoon niet genoeg plaats om iedereen toe te laten, maar is het ook niet nodig – of zelfs onmogelijk – om te selecteren.

Met name de VVD heeft er moeite mee: waarom zou het niet mogelijk zijn om goed te selecteren? Loting is toch niet voor niets afgeschaft? Andere partijen verwachten echter dat de kansengelijkheid zal toenemen dankzij loting.

Bindend studieadvies

Het kabinet wil het bindend studieadvies aanpassen, staat in het regeerakkoord. Studenten moeten minder snel worden weggestuurd als ze weinig punten behalen in hun eerste studiejaar.

Ook dit vinden lang niet alle politieke partijen wenselijk. Over het bindend studieadvies zijn de meningen in de Tweede Kamer nogal verdeeld: het dubbeltje kan na nieuwe verkiezingen zomaar weer de andere kant op vallen.

Startersbeurzen

Het moet allemaal nog uitgewerkt worden, maar minister Dijkgraaf heeft allerlei plannen voor de verdeling van het extra geld in het hoger onderwijs en onderzoek. Zo wil hij onderzoekers aan het begin van hun loopbaan een soort werkkapitaal geven: startersbeurzen. Dijkgraafs critici hebben er allerlei bedenkingen bij, dus als het kabinet valt zou dit plan zomaar averij kunnen oplopen.

Verder wil het kabinet dat deeltijdopleidingen met ‘leeruitkomsten’ kunnen werken. Dat wil zeggen: deeltijders hoeven geen vaste lesprogramma’s te volgen, zolang ze uiteindelijk maar genoeg geleerd hebben.

De vraag is vooral hoe de overheid dan de kwaliteit in de gaten kan houden. Er is een experiment geweest, maar heeft dat alle partijen overtuigd? Bij de start klonk al een waarschuwing voor verschraling van het onderwijs, nota bene van degene die moest adviseren over de plannen die de opleidingen indienden.

Te snelle val?

Mocht het kabinet dit najaar inderdaad sneuvelen, dan zal dat kritiek uitlokken: eerst eindeloos onderhandelen over een nieuw regeerakkoord en dan binnen een jaar de stekker eruit trekken? Dat moet toch beter kunnen.

Om die kritiek te pareren, kunnen de coalitiepartijen proberen om wat minder kwesties controversieel te verklaren. Dan kunnen sommige ministeries doorgaan op de ingeslagen weg, terwijl andere de pauzeknop moeten indrukken.

Demissionair doorregeren deed het vorige kabinet ook. Het nam bijvoorbeeld ingrijpende beslissingen over coronamaatregelen. Ook de plannen voor miljardenuitgaven aan onderzoek en innovatie binnen het Nationaal Groeifonds gingen gewoon door. Dus waarom zou dat niet kunnen als de stikstofcrisis, asielcrisis en energiecrisis dit kabinet omverkegelen?

Bovendien lijkt de vermaarde natuurkundige Robbert Dijkgraaf in de politiek nog geen vijanden te hebben gemaakt. En een eventueel volgend kabinet kan waarschijnlijk niet om middenpartij D66 heen.

Het moet gek lopen, wil Dijkgraaf zo snel het toneel verlaten. En als je hem niet wegstuurt, kun je net zo goed over zijn plannen in gesprek blijven.

HOP, Bas Belleman

HOP Hoger Onderwijs Persbureau

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

redactie@hogeronderwijspersbureau.nl

Comments are closed.