Studentenhuisvesting en de groei van de TU zijn terugkerende thema’s in de verkiezingsprogramma’s van Delftse politieke partijen. Een interviewreeks met de lijsttrekkers.
SP-lijsttrekker Lieke van Rossum had altijd hekel aan politiek. “Te veel politieke spelletjes”, meende ze. Toch belandde ze in 2006 voor de Socialistische Partij in de gemeenteraad. Het zaadje werd geplant tijdens haar studie Industrieel Ontwerpen in Delft. “Ik vond dat ik te veel in een apart wereldje zat, een eigen bubbel”, vertelt ze. “Ik besloot dat als ik in Delft wilde wonen, ik onderdeel moest zijn van de stad. Omdat ik me altijd al kon vinden in de standpunten van de SP, heb ik me bij die partij aangesloten.”
Jullie hebben plannen voor allerlei vormen van huisvesting. Wat willen jullie doen om het tekort aan studentenkamers te verkleinen?
“Studentenhuisvesting is bij uitstek een gedeelde verantwoordelijkheid van de TU en de gemeente. De gemeente heeft die verantwoordelijkheid de afgelopen jaren al genomen. Nu moet de TU dat meer gaan doen. Dat betekent extra studentenwoningen op de campus. Daar willen we ook andere vormen van huisvesting, want de grond van de universiteit kunnen we goed gebruiken om het woningtekort aan te pakken. We willen bijvoorbeeld dat daar ook sociale huurwoningen en huisvesting voor jonge starters komt.”
De universiteit moet dan wel meewerken. Hoe wil je de TU overhalen?
“Het begint bij het probleem dat de TU te machtig is. Dat is van oudsher zo gegroeid, maar ik vind ook dat de gemeente de universiteit te veel ruimte geeft. Neem bijvoorbeeld het convenant dat de TU en de gemeente in 2016 hebben getekend. Dat ging heel erg over wat de gemeente kan betekenen voor de TU en nauwelijks andersom. De gemeente mag best meer op haar strepen gaan staan en zeggen: jullie kiezen er bewust voor om studenten naar de stad te trekken, zorg er dan ook voor dat ze een plek hebben om te wonen.”
‘De groei stopt hier’
In veel verkiezingsprogramma’s komt de groei van de TU aan bod. Hoe zien jullie de toekomst van de universiteit?
“We hebben de grenzen van de groei al bereikt. Niet alleen omdat de universiteit een zware stempel op de stad drukt, maar ook omdat de SP kleinschalig onderwijs beter vindt dan groot, groter, grootst. Wat ons betreft groeit de universiteit niet verder en zetten we sturingselementen in om dat te bereiken. Welke dat zijn, kan ik niet zo snel zeggen. Eén ding is voor ons duidelijk: de groei stopt hier.”
Kun je één ding noemen dat de SP het afgelopen jaar heeft bereikt voor studenten en andere jongeren?
“Museum Prinsenhof is eenmaal per maand gratis voor alle Delftenaren, dus ook voor jongeren en studenten. Dit prachtige museum heeft een belangrijke educatieve en culturele waarde. Ik ben er trots op dat we dat voor elkaar hebben gekeken.”
Als ik jou een grote zak geld geef, waar zou je die dan aan uitgeven?
“Dat geld zou ik steken in buurtvoorzieningen, want de afgelopen jaren is er een hoop wegbezuinigd. Delftenaren die ik spreek, zijn heel trots op hun stad, maar ik zie dat door die bezuinigingen het woonplezier van veel mensen flink achteruit is gegaan. Welke voorzieningen ik precies terug zou brengen? De ene wijk heeft behoefte aan een speeltuin, terwijl de andere wijk het best geholpen is met een buurtcentrum. Je moet per wijk onderzoeken wat het beste is.”
- Voor deze interviewreeks heeft de redactie van Delta alle deelnemende Delftse politieke partijen benaderd per mail, sms, telefoon, Instagram, LinkedIn en Facebook. Ondanks herhaaldelijke contactpogingen is het niet gelukt om interviews in te plannen met Bij1Delft, Onafhankelijk Delft en Volt. Lees via deze link de verkiezingsprogramma’s van alle deelnemende politieke partijen in Delft.
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
a.m.debruijn@tudelft.nl
Comments are closed.