De tijd van saaie discopasjes is voorbij. Met het automatische breakdancepak van student Bart Baekelandt steelt straks elke nerd of stijve hark in Nighttown de show.
RTL-4 heeft al belangstelling. Voor de zekerheid heeft Baekelandt een octrooi op zijn danspak aangevraagd.
Toen Bart Baekelandt het briefje op het prikbord zag, was hij meteen verkocht. Deze afstudeeropdracht was zijn grote droom. Het ideeëncollectief Rotterdam Music Innovators (RMI) zocht een student die een interactieve muziekrobot wilde ontwerpen. Innovatief en met muziek, dat sprak de bassist van de Delftse band Incense wel aan.
RMI wilde een actieve en intelligente opvolger van Ome Arie, een levenloze pop die al jaren optrad als figurant in popgroepen en orkesten. Baekelandt vond het idee van een muziekrobot nog wat beperkt en breidde zijn opdracht eigenhandig uit. Geïnspireerd door hiphop en breakdance ontwierp hij een elektronisch bestuurd pak dat het discopubliek moet aanzetten tot een hele nieuwe dansvorm.
De huidige manier van dansen in disco’s is volgens Baekelandt veel te saai. ,,Iedereen danst voor zichzelf en er is nauwelijks interactie met de dj.” Volgens het nieuwe concept trekt iemand uit het publiek een pak aan, dat wordt aangestuurd door de muziek en de dj. Hij wordt daarmee getransformeerd tot cyborg: half mens, half robot. ,,Het is de bedoeling dat de bewegingen van het pak de cyborg inspireren. Zijn dans moet het publiek opzwepen”, zegt Baekelandt.
Heftig
Het idee van de cyborg kwam niet zomaar uit de lucht vallen. Als moderne IO-student ging Baekelandt te werk volgens de Visie-in-product (VIP) methode. ,,Daarbij neem je de interactie tussen product en gebruiker als uitgangspunt, en niet het product zelf.” Door middel van brainstormsessies en forced fit — een soort spelletje waarbij je de gekste dingen met elkaar in verband moet brengen — kwam hij tot vier concepten voor interactief vermaak op de dansvloer.
In het eerste idee dansen robotbeestjes als een beschermend schild rond de muzikanten. Wanneer de muziek heftiger wordt springen en vliegen ze het publiek in. In het tweede idee bespeelt iemand uit het publiek een virtueel instrument, terwijl hij of zij wordt geprojecteerd op een groot scherm. In het derde concept bestuurt het publiek met een joystick een robotmuzikant op het podium. Het laatste en definitieve idee, een automatisch danspak, was volgens Baekelandt het meest vernieuwend.
Overall
Het danspak kreeg de naam Mamemo: make me move. Het pak bestaat uit een lycra overall, met daaroverheen een ruim vallend jasje. Op de mouwen van de overall worden ter hoogte van de ellebogen twee kunstspieren bevestigd: rubberen slangen met daaromheen een kunststof gaas. Als de slangen worden opgeblazen wordt de kunstspier dikker, en tegelijk ook korter. Net als bij een echte spier levert de kunstspier minder kracht naarmate hij korter wordt. ,,De bewegingen lijken daardoor heel natuurlijk”, aldus Baekelandt.
De kunstspieren zijn verbonden met een pneumatisch systeem, dat op het ritme van de muziek drukpulsen genereert. Daartoe wordt de muziek ontleed in verschillende frequenties. Bij elke combinatie van frequenties hoort een karakteristieke beweging. Hoe harder en heftiger de muziek, hoe heftiger ook de beweging van de spieren. ,,De bewegingen zijn onvoorspelbaar, maar passen wel bij de sfeer en het ritme van de muziek”, zegt Baekelandt. ,,Dat maakt de dans voor het publiek visueel aantrekkelijk.”
De dj kan de bewegingen van de cyborg versterken door ballonnen op te blazen, die in de overall en het jasje van het danspak zijn verwerkt. Die ballonnen dienen ook als bescherming: de cyborg kan zich laten vallen op zijn rug, of stuiteren op zijn kont, zonder zich te bezeren. Baekelandt: ,,Het is niet de bedoeling om een breakdancer na te doen. Die kunstjes zijn veel te moeilijk. Een breakdancer zou zich in zo’n pak ook helemaal niet vrij voelen.”
Win een sponsor
Voor de uitwerking van zijn idee werkte Baekelandt samen met twee andere studenten. Javier Casal, een Spaanse uitwisselingsstudent bij Werktuigbouw, verzorgde de technische details, zoals de aansturing van de kunstspieren. De Finse kunstenares Piia Ollikka, studente aan de Haagse kunstacademie, assisteerde bij het ontwerp van de kleding en de dansbewegingen. Het project werd uitgevoerd bij de afdeling Productvernieuwing van TNO.
Nog voordat het idee helemaal was uitgewerkt, werd Baekelandt benaderd door Joop van den Ende TV-producties. Of hij er wat voor voelde om zijn idee te verdedigen in het RTL-4 programma ‘Win een sponsor’. In dat programma maken vier kandidaten met een origineel idee kans op een geldbedrag uit de Nationale Sponsorloterij. Daar hoefde de IO’er niet lang over na te denken. De onderhandelingen met RTL-4 lopen nog, maar voor de zekerheid heeft Baekelandt vast een patent aangevraagd om zijn idee te beschermen.
Muurbloempje
Begin juli studeerde Baekelandt af. Helaas is het niet gelukt om het pak nog voor die tijd ook daadwerkelijk te maken. De kunstspieren en ballonnen werden als losse onderdelen op proefpersonen getest. ,,Dat zag er al erg leuk uit”, vindt de jonge ingenieur.
Een aantal onderdelen vergt nog wat extra aandacht. Zo zit de danser in het huidige concept met een hinderlijke slang verbonden aan een compressor, die de pneumatische kunstspieren van lucht voorziet. De cyborg zou zich veel vrijer kunnen bewegen als hij een cilinder met perslucht op zijn rug kon dragen, maar die is nu nog te zwaar. Ook voor de elektronische verbindingen wordt nog naar een oplossing gezocht. In het toekomstige draadloze danspak reageren de kunstspieren via een microfoon op de muziek. De dj blaast de ballonnen op met een infraroodstraal.
Het interactieve danspak is niet alleen een stimulans voor dansfanaten en muurbloempjes. Ook voor doven en gehandicapten gaat er een hele nieuwe wereld open. Misschien kan het zelfs gebruikt worden voor revalidatie, mijmert Baekelandt. Als het lukt om een sponsor te vinden, wil hij graag zelf meewerken aan een prototype. ,,Ik ben heel benieuwd wat het pak met een danser doet.”
De tijd van saaie discopasjes is voorbij. Met het automatische breakdancepak van student Bart Baekelandt steelt straks elke nerd of stijve hark in Nighttown de show. RTL-4 heeft al belangstelling. Voor de zekerheid heeft Baekelandt een octrooi op zijn danspak aangevraagd.
Toen Bart Baekelandt het briefje op het prikbord zag, was hij meteen verkocht. Deze afstudeeropdracht was zijn grote droom. Het ideeëncollectief Rotterdam Music Innovators (RMI) zocht een student die een interactieve muziekrobot wilde ontwerpen. Innovatief en met muziek, dat sprak de bassist van de Delftse band Incense wel aan.
RMI wilde een actieve en intelligente opvolger van Ome Arie, een levenloze pop die al jaren optrad als figurant in popgroepen en orkesten. Baekelandt vond het idee van een muziekrobot nog wat beperkt en breidde zijn opdracht eigenhandig uit. Geïnspireerd door hiphop en breakdance ontwierp hij een elektronisch bestuurd pak dat het discopubliek moet aanzetten tot een hele nieuwe dansvorm.
De huidige manier van dansen in disco’s is volgens Baekelandt veel te saai. ,,Iedereen danst voor zichzelf en er is nauwelijks interactie met de dj.” Volgens het nieuwe concept trekt iemand uit het publiek een pak aan, dat wordt aangestuurd door de muziek en de dj. Hij wordt daarmee getransformeerd tot cyborg: half mens, half robot. ,,Het is de bedoeling dat de bewegingen van het pak de cyborg inspireren. Zijn dans moet het publiek opzwepen”, zegt Baekelandt.
Heftig
Het idee van de cyborg kwam niet zomaar uit de lucht vallen. Als moderne IO-student ging Baekelandt te werk volgens de Visie-in-product (VIP) methode. ,,Daarbij neem je de interactie tussen product en gebruiker als uitgangspunt, en niet het product zelf.” Door middel van brainstormsessies en forced fit — een soort spelletje waarbij je de gekste dingen met elkaar in verband moet brengen — kwam hij tot vier concepten voor interactief vermaak op de dansvloer.
In het eerste idee dansen robotbeestjes als een beschermend schild rond de muzikanten. Wanneer de muziek heftiger wordt springen en vliegen ze het publiek in. In het tweede idee bespeelt iemand uit het publiek een virtueel instrument, terwijl hij of zij wordt geprojecteerd op een groot scherm. In het derde concept bestuurt het publiek met een joystick een robotmuzikant op het podium. Het laatste en definitieve idee, een automatisch danspak, was volgens Baekelandt het meest vernieuwend.
Overall
Het danspak kreeg de naam Mamemo: make me move. Het pak bestaat uit een lycra overall, met daaroverheen een ruim vallend jasje. Op de mouwen van de overall worden ter hoogte van de ellebogen twee kunstspieren bevestigd: rubberen slangen met daaromheen een kunststof gaas. Als de slangen worden opgeblazen wordt de kunstspier dikker, en tegelijk ook korter. Net als bij een echte spier levert de kunstspier minder kracht naarmate hij korter wordt. ,,De bewegingen lijken daardoor heel natuurlijk”, aldus Baekelandt.
De kunstspieren zijn verbonden met een pneumatisch systeem, dat op het ritme van de muziek drukpulsen genereert. Daartoe wordt de muziek ontleed in verschillende frequenties. Bij elke combinatie van frequenties hoort een karakteristieke beweging. Hoe harder en heftiger de muziek, hoe heftiger ook de beweging van de spieren. ,,De bewegingen zijn onvoorspelbaar, maar passen wel bij de sfeer en het ritme van de muziek”, zegt Baekelandt. ,,Dat maakt de dans voor het publiek visueel aantrekkelijk.”
De dj kan de bewegingen van de cyborg versterken door ballonnen op te blazen, die in de overall en het jasje van het danspak zijn verwerkt. Die ballonnen dienen ook als bescherming: de cyborg kan zich laten vallen op zijn rug, of stuiteren op zijn kont, zonder zich te bezeren. Baekelandt: ,,Het is niet de bedoeling om een breakdancer na te doen. Die kunstjes zijn veel te moeilijk. Een breakdancer zou zich in zo’n pak ook helemaal niet vrij voelen.”
Win een sponsor
Voor de uitwerking van zijn idee werkte Baekelandt samen met twee andere studenten. Javier Casal, een Spaanse uitwisselingsstudent bij Werktuigbouw, verzorgde de technische details, zoals de aansturing van de kunstspieren. De Finse kunstenares Piia Ollikka, studente aan de Haagse kunstacademie, assisteerde bij het ontwerp van de kleding en de dansbewegingen. Het project werd uitgevoerd bij de afdeling Productvernieuwing van TNO.
Nog voordat het idee helemaal was uitgewerkt, werd Baekelandt benaderd door Joop van den Ende TV-producties. Of hij er wat voor voelde om zijn idee te verdedigen in het RTL-4 programma ‘Win een sponsor’. In dat programma maken vier kandidaten met een origineel idee kans op een geldbedrag uit de Nationale Sponsorloterij. Daar hoefde de IO’er niet lang over na te denken. De onderhandelingen met RTL-4 lopen nog, maar voor de zekerheid heeft Baekelandt vast een patent aangevraagd om zijn idee te beschermen.
Muurbloempje
Begin juli studeerde Baekelandt af. Helaas is het niet gelukt om het pak nog voor die tijd ook daadwerkelijk te maken. De kunstspieren en ballonnen werden als losse onderdelen op proefpersonen getest. ,,Dat zag er al erg leuk uit”, vindt de jonge ingenieur.
Een aantal onderdelen vergt nog wat extra aandacht. Zo zit de danser in het huidige concept met een hinderlijke slang verbonden aan een compressor, die de pneumatische kunstspieren van lucht voorziet. De cyborg zou zich veel vrijer kunnen bewegen als hij een cilinder met perslucht op zijn rug kon dragen, maar die is nu nog te zwaar. Ook voor de elektronische verbindingen wordt nog naar een oplossing gezocht. In het toekomstige draadloze danspak reageren de kunstspieren via een microfoon op de muziek. De dj blaast de ballonnen op met een infraroodstraal.
Het interactieve danspak is niet alleen een stimulans voor dansfanaten en muurbloempjes. Ook voor doven en gehandicapten gaat er een hele nieuwe wereld open. Misschien kan het zelfs gebruikt worden voor revalidatie, mijmert Baekelandt. Als het lukt om een sponsor te vinden, wil hij graag zelf meewerken aan een prototype. ,,Ik ben heel benieuwd wat het pak met een danser doet.”
Comments are closed.