Opinie

Intens

Uit het aanpalende huis komt het geluid van pneumatisch gereedschap, begeleid door het ritmische gehuil van levend gevilde honden. Het is de stereo van Balder, het zoontje van de buren.

Toen ik hem laatst voor de deur ontmoette, verklapte hij me dat achter de schijnbaar willekeurige klankpulsen een hele toonkunst schuil gaat, onder connaisseurs bekend als gabberhouse. ,,Kankergoed joh!” Hij wilde best een teepje voor me maken.

Kinderen zijn toch al een bezoeking, maar voor sommige ouders pakt de straf wel heel zwaar uit. Mijn buren zijn behoudende types, een tikje overbeschaafd, met hooggestemde culturele idealen. Zij speelt aardig Schubert en hij heeft een niet onverdienstelijke bariton. Op sommige avonden hoor je hoe de piano moedig strijdend ten onder gaat tegen de thermo-nucleaire kettingzagen van Balder. Tegen een zeventienjarige met twee keer honderd watt ben je kansloos.

Ze hebben er misschien ook wel een beetje om gevraagd. Ik bedoel, als je namen verzint voor je kroost kun je moeilijk bevroeden dat ze zich er later ook op techno-parties mee moeten redden. Maar Balder?

Om niet te spreken van Ruprecht – Balders oudere broer. Terwijl Balder met overgave als Sjonnie door het leven gaat, is Ruprecht meer het model Gereïncarneerde Hippie. Hippie, the Sequel: niet de ideeën, wel de vorm. Nozemhaar, bilnaadscheiding, kunstleren hesje met psychedelisch borduursel, en op zijn kin een kut van kippedons.

Ruprecht vindt z’n ouders vreselijk saai. Zelf vult-ie zijn tijd heel wat boeiender, zo heeft hij me wel eens uitgelegd. Het is een heel verhaal, maar het komt erop neer dat hij zich achter papa’s pc zet om naar een pulserende fractal te staren. Deze handeling, mits uren volgehouden, brengt het brein – althans dat van Ruprecht – in een toestand van onthechting. ,,Echt intens man, echt cool weet je.”

Voor wie het nog niet wist: dit onderscheidt de nieuwe, gezonde hippie van de historiese variant: in plaats van een joint laat-ie Mandelbrot rondgaan. Hoe cyberhippies groepssex bedrijven wilt u niet weten.

Ruprecht en Balder gaan binnenkort studeren aan de TU Delft. Het is aandoenlijk om te horen welke motivatie de jonge hemelbestormers voor hun studiekeuze hebben. Balder kiest maritieme techniek, zou je zeggen, omdat-ie laatst op tv heeft gezien hoe ,,die lui zo’n kankergrote schuit op een kunsberreg liete pleure, helemaal te gek man!”. En Ruprecht gaat informatica doen, denk je, om als keyboardjunkie permanent op hogere dimensies ingelogd te zijn.

Mis. ,,Als je naar de TU gaat hebbie later tenminste een goeie baan”, vindt Balder. Ruprecht is het daarmee van harte eens.

Liever waren de heren overigens naar Twente gegaan, want, verklaart Balder, in Delft is het maar een ouwe troep. ,,Delft sucks”, verduidelijkt Ruprecht. Maar zo kunnen ze thuis blijven wonen, en ,,da’s toch ook wel lekker.” Intens lekker man, weet je, echt kankergoed. (M.d.B.)

Maarten de Braak

Uit het aanpalende huis komt het geluid van pneumatisch gereedschap, begeleid door het ritmische gehuil van levend gevilde honden. Het is de stereo van Balder, het zoontje van de buren. Toen ik hem laatst voor de deur ontmoette, verklapte hij me dat achter de schijnbaar willekeurige klankpulsen een hele toonkunst schuil gaat, onder connaisseurs bekend als gabberhouse. ,,Kankergoed joh!” Hij wilde best een teepje voor me maken.

Kinderen zijn toch al een bezoeking, maar voor sommige ouders pakt de straf wel heel zwaar uit. Mijn buren zijn behoudende types, een tikje overbeschaafd, met hooggestemde culturele idealen. Zij speelt aardig Schubert en hij heeft een niet onverdienstelijke bariton. Op sommige avonden hoor je hoe de piano moedig strijdend ten onder gaat tegen de thermo-nucleaire kettingzagen van Balder. Tegen een zeventienjarige met twee keer honderd watt ben je kansloos.

Ze hebben er misschien ook wel een beetje om gevraagd. Ik bedoel, als je namen verzint voor je kroost kun je moeilijk bevroeden dat ze zich er later ook op techno-parties mee moeten redden. Maar Balder?

Om niet te spreken van Ruprecht – Balders oudere broer. Terwijl Balder met overgave als Sjonnie door het leven gaat, is Ruprecht meer het model Gereïncarneerde Hippie. Hippie, the Sequel: niet de ideeën, wel de vorm. Nozemhaar, bilnaadscheiding, kunstleren hesje met psychedelisch borduursel, en op zijn kin een kut van kippedons.

Ruprecht vindt z’n ouders vreselijk saai. Zelf vult-ie zijn tijd heel wat boeiender, zo heeft hij me wel eens uitgelegd. Het is een heel verhaal, maar het komt erop neer dat hij zich achter papa’s pc zet om naar een pulserende fractal te staren. Deze handeling, mits uren volgehouden, brengt het brein – althans dat van Ruprecht – in een toestand van onthechting. ,,Echt intens man, echt cool weet je.”

Voor wie het nog niet wist: dit onderscheidt de nieuwe, gezonde hippie van de historiese variant: in plaats van een joint laat-ie Mandelbrot rondgaan. Hoe cyberhippies groepssex bedrijven wilt u niet weten.

Ruprecht en Balder gaan binnenkort studeren aan de TU Delft. Het is aandoenlijk om te horen welke motivatie de jonge hemelbestormers voor hun studiekeuze hebben. Balder kiest maritieme techniek, zou je zeggen, omdat-ie laatst op tv heeft gezien hoe ,,die lui zo’n kankergrote schuit op een kunsberreg liete pleure, helemaal te gek man!”. En Ruprecht gaat informatica doen, denk je, om als keyboardjunkie permanent op hogere dimensies ingelogd te zijn.

Mis. ,,Als je naar de TU gaat hebbie later tenminste een goeie baan”, vindt Balder. Ruprecht is het daarmee van harte eens.

Liever waren de heren overigens naar Twente gegaan, want, verklaart Balder, in Delft is het maar een ouwe troep. ,,Delft sucks”, verduidelijkt Ruprecht. Maar zo kunnen ze thuis blijven wonen, en ,,da’s toch ook wel lekker.” Intens lekker man, weet je, echt kankergoed. (M.d.B.)

Maarten de Braak

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.