Wij hebben in de vakgroep besloten om eens wat gebruiksvriendelijker met elkaar om te gaan. Wij praten nu niet meer met elkaar, maar we wijzen alles aan.
Als je van iemand de aan dacht wil trekken ga je simpelweg in zijn blikveld staan. Voor de conversatie tijdens de koffie zetten we de voorwerpen die we willen bespreken op een bijzettafeltje. Dat is zó handig, iedere keer als je een onderwerp wilt aansnijden, dan zet je het vooraan, maar omdat de andere dingen op tafel blijven staan kan je heel handig van het ene onderwerp op het andere overschakelen. Dat noemen we desktop. En als het echt ingewikkeld wordt, dan trekken we een rol behang naar beneden waarop allerlei uitingen geschreven staan die uiteraard ook weer aangewezen kunnen worden. Aan het eind klikken we het lampje boven onze respectievelijke deuren uit. Het experiment heet Ramen 95.
Nu zult u zich afvragen hoe we hiertoe kwamen. Dat is vrij eenvoudig. Het is mij, als verstokt MS-DOS gebruiker, altijd geheel en al ontgaan wat nu het voordeel van die zogenaamde gebruiksvriendelijke geheugenvreters als Windows is. Sterker nog, het is van een hersenverwekende nikserigheid om tussen die wezenloze plaatjes te zitten rondschuiven. Zeker als de fijne motoriek zo weinig ontwikkeld is dat de cursor bij iedere poging om iets rechtsboven aan te klikken rechtsonder het scherm afkiepert. En waar die dan weer terugkomt is ook iedere keer weer een vraag. Dat gaat er dan nog vanuit dat de muis werkt, want de keren dat iedere actie uitblijft wegens een stukje kauwgom of – op Bouwkunde – een dooie vlieg zijn ook niet meer te tellen. Dan zit je met zo’n gebruikersvriendelijk programma finaal aan de grond. En dat zijn nog problemen die met een pincet op te lossen zijn. Het gevraagde programma voor E-mail en Internet bleek alleen onder Windows te ‘draaien’ en ach, zei de systeembeheerder met een blik op mijn PC alsof die door Fred Flintstone persoonlijk in elkaar gezet was, zo’n schamele 1MB geheugen voldoet niet. Nieuwe PC dus. Voor de eerlijkheid even bij onze WTM-systeembeheerder binnengelopen: ,,Jaap wat vind je van Windows 95?” ,,Nou, prachtig speelgoed!” ,,Enige toegevoegde waarde voor de modale gebruiker?” ,,Ehh, nee, niet direct.” ,,Dank je.” Het stemt altijd gerust om in een vooroordeel bevestigd te worden.
Op vakantie kreeg ik zo’n laptopje ter beschikking. Dat is dus, zonder een geleend paard in de bek te willen kijken, de ramp ten top. Daar zit geen muis bij, maar een soort ingebouwde deodorantroller. Alles wat bij de muis loslaten is, is hier indrukken en vice versa. Die roller is zo fijngevoelig dat de cursor al het scherm afschuift bij de gedachte aan een beweging. Voordat het eerste verstandige woord erop stond was de vakantie al voorbij.
U begrijpt dat we in de vakgroep inmiddels weer gewoon met elkaar praten. En als dat de meest effectieve manier van communiceren blijkt te zijn, waarom moeten we dan op onze PC onder het mom van gebruikersvriendelijkheid als een stelletje analfabeten die muis van het ene slappe icoontje naar het andere zitten schuiven? Alleen omdat de industrie weer extra programma’s en nieuwe PC’s kan slijten, want – verbazing – Windows 95 draait alleen maar echt lekker als we van de nieuwste generatie Pentium-PC’s (vanaf 3000 piek) voorzien zijn.
Er gloort echter een sprankje hoop. Het schijnt dat Windows 95 een aantal oudere virussen activeert, die het programma niet op de harde schijf dulden. Ripper, Stoned, V-sign: virussen met een onafhankelijk en verstandig oordeel. Dus: of het Rekencentrum nu een virus wil ontwerpen dat al die wezenloze plaatjes het scherm afmikt zodat de DOS-promptalleen in zijn volle schoonheid kan prijken. Weg met Windows, leve C>!
Wij hebben in de vakgroep besloten om eens wat gebruiksvriendelijker met elkaar om te gaan. Wij praten nu niet meer met elkaar, maar we wijzen alles aan. Als je van iemand de aan dacht wil trekken ga je simpelweg in zijn blikveld staan. Voor de conversatie tijdens de koffie zetten we de voorwerpen die we willen bespreken op een bijzettafeltje. Dat is zó handig, iedere keer als je een onderwerp wilt aansnijden, dan zet je het vooraan, maar omdat de andere dingen op tafel blijven staan kan je heel handig van het ene onderwerp op het andere overschakelen. Dat noemen we desktop. En als het echt ingewikkeld wordt, dan trekken we een rol behang naar beneden waarop allerlei uitingen geschreven staan die uiteraard ook weer aangewezen kunnen worden. Aan het eind klikken we het lampje boven onze respectievelijke deuren uit. Het experiment heet Ramen 95.
Nu zult u zich afvragen hoe we hiertoe kwamen. Dat is vrij eenvoudig. Het is mij, als verstokt MS-DOS gebruiker, altijd geheel en al ontgaan wat nu het voordeel van die zogenaamde gebruiksvriendelijke geheugenvreters als Windows is. Sterker nog, het is van een hersenverwekende nikserigheid om tussen die wezenloze plaatjes te zitten rondschuiven. Zeker als de fijne motoriek zo weinig ontwikkeld is dat de cursor bij iedere poging om iets rechtsboven aan te klikken rechtsonder het scherm afkiepert. En waar die dan weer terugkomt is ook iedere keer weer een vraag. Dat gaat er dan nog vanuit dat de muis werkt, want de keren dat iedere actie uitblijft wegens een stukje kauwgom of – op Bouwkunde – een dooie vlieg zijn ook niet meer te tellen. Dan zit je met zo’n gebruikersvriendelijk programma finaal aan de grond. En dat zijn nog problemen die met een pincet op te lossen zijn. Het gevraagde programma voor E-mail en Internet bleek alleen onder Windows te ‘draaien’ en ach, zei de systeembeheerder met een blik op mijn PC alsof die door Fred Flintstone persoonlijk in elkaar gezet was, zo’n schamele 1MB geheugen voldoet niet. Nieuwe PC dus. Voor de eerlijkheid even bij onze WTM-systeembeheerder binnengelopen: ,,Jaap wat vind je van Windows 95?” ,,Nou, prachtig speelgoed!” ,,Enige toegevoegde waarde voor de modale gebruiker?” ,,Ehh, nee, niet direct.” ,,Dank je.” Het stemt altijd gerust om in een vooroordeel bevestigd te worden.
Op vakantie kreeg ik zo’n laptopje ter beschikking. Dat is dus, zonder een geleend paard in de bek te willen kijken, de ramp ten top. Daar zit geen muis bij, maar een soort ingebouwde deodorantroller. Alles wat bij de muis loslaten is, is hier indrukken en vice versa. Die roller is zo fijngevoelig dat de cursor al het scherm afschuift bij de gedachte aan een beweging. Voordat het eerste verstandige woord erop stond was de vakantie al voorbij.
U begrijpt dat we in de vakgroep inmiddels weer gewoon met elkaar praten. En als dat de meest effectieve manier van communiceren blijkt te zijn, waarom moeten we dan op onze PC onder het mom van gebruikersvriendelijkheid als een stelletje analfabeten die muis van het ene slappe icoontje naar het andere zitten schuiven? Alleen omdat de industrie weer extra programma’s en nieuwe PC’s kan slijten, want – verbazing – Windows 95 draait alleen maar echt lekker als we van de nieuwste generatie Pentium-PC’s (vanaf 3000 piek) voorzien zijn.
Er gloort echter een sprankje hoop. Het schijnt dat Windows 95 een aantal oudere virussen activeert, die het programma niet op de harde schijf dulden. Ripper, Stoned, V-sign: virussen met een onafhankelijk en verstandig oordeel. Dus: of het Rekencentrum nu een virus wil ontwerpen dat al die wezenloze plaatjes het scherm afmikt zodat de DOS-promptalleen in zijn volle schoonheid kan prijken. Weg met Windows, leve C>!
Comments are closed.