Campus

‘Zeg nooit nooit’

Voormalig topkajakster Lianne Wagtho (24) boekt als wielrenster veel progressie sinds zij voor de nieuwe ploeg van Leontien van Moorsel rijdt. Zaterdag won het talententeam zilver en brons op het NK in Limburg.

Je staat niet in de einduitslag. Ben je uitgevallen?
“Ik heb voluit gereden voor onze twee kopvrouwen, Chantal Blaak en Andrea Bosman. Het was mijn taak om er in de eerste paar ronden in te vliegen. Als je je voor een ander leegrijdt, houd je niks meer over. Het hoofddoel was om Marianne Vos te verschalken, maar die is nog steeds een maatje te groot. Dat we met zilver en brons het hoogst haalbare hebben bereikt is super. Mijn eigen kansen lagen in de klassiekers, eerder dit seizoen.”

Zoals de klassieker in Roden waar je brons won?
“Ja. In de hiërarchie sta ik redelijk onderaan. Je moet veel leren: hoe rijd je voor je kopvrouw, hoe pak je dat aan? Andrea moest winnen in Roden. Dat dat lukte geeft een enorme voldoening. Als je dan ook nog zelf op het podium eindigt, is dat enorm kicken. Ik moest de sprint aantrekken voor een andere ploeggenote. Zij kon er echter niet overheen komen. Jammer, maar voor mij de kans om zelf te gaan en te laten zien hoe snel ik ben.”

Hoe kwam je bij de ploeg leontien.nl terecht?
“Leontien wilde met haar man Michael Zijlaard een relatief kleine ploeg opzetten met tien jonge talenten. Een opleidingsploeg. Michael zag mij een paar zesdaagsen rijden en nodigde mij uit op gesprek. Uiteraard zei ik ‘ja’. Bij leontien.nl rijden betekent veel meer trainen, betere begeleiding, goede ploeggenoten en leren als ploeg te rijden. Dat Leontien op trainingskampen zelf meefietst, blijft een bijzonder gevoel. In alles waarin ze je coacht en traint klinkt haar ervaring door. Als Leontien zegt ‘Lianne, dat kan jij’, dan neem je dat aan en geloof je dat. Ze is zelf nog zo sterk, haar rijd je er niet uit. Nee, dat is zeker niet frustrerend, eerder motiverend.”

Maak je veel progressie?
“In de winter heb ik een veel bredere basis gelegd dan in voorgaande jaren. Ik merk dat ik tijdens wedstrijden veel sneller herstel en dat mijn conditie en lichaam sterker zijn geworden.”

Waar moet het eindigen voor jou?
“Mijn ploeggenotes fietsen al van kleins af aan, ik pas sinds drie jaar. De vraag is hoe sterk ik kan worden. Ik wil heel graag de Olympische Spelen meemaken, maar waar mijn plafond ligt weet ik niet. Ik ga er gewoon voor knokken.”

In september ga je als student luchtvaart- en ruimtevaarttechniek vijf maanden op stage bij Ferrari, in Italië. Kun je dat combineren met je wieleractiviteiten?
“De stage is na het wedstrijdseizoen. Leontien gaat mij vanuit Nederland coachen. Ik wil in overleg met Ferrari halve middagen plannen om te kunnen trainen. Een basis leggen voor volgend jaar. De fabriek in Maranello ligt tussen heuvels en een vlak gebied in, ideaal.”

Hoe heb je die stageplaats geregeld?
“Het is een project dat de TU aanging met Ferrari. Er zijn al eerder studenten naartoe geweest. We onderzoeken of het uitlaatsysteem van de sportwagens lichter gemaakt kan worden door alle metaal te vervangen door composieten. Mij sprak het project heel erg aan. Ik vroeg bij mijn sollicitatie of ik in het najaar mocht komen. Ze vonden het ideaal dat iemand het project overneemt. Het is een kick om daar te mogen werken. Als je in de kantine zit te lunchen, kun je achter je het testen van de Ferrari horen. Supergaaf.”

Komt er na je kajak- en wielercarrière nog een carrière als autocoureur?
(lacht): “Zeg nooit nooit. Het lijkt mij wel bijzonder.”

“Studerende moeders voelen zich vaak niet begrepen en hebben moeite om zorg en studie te combineren”, schrijft Rouvoet in zijn Nota Gezinsbeleid 2008. Hij hoopt dat dit kan veranderen dankzij “rolmodellen, good practices en voorlichting”.

Rouvoet noemt enkele financiële regelingen die ook voor studerende vaders en moeders gelden: huurtoeslag, kinderopvangtoeslag en kinderbijslag. De studiefinanciering houdt geen rekening met zwangerschaps- en bevallingsverlof, maar studenten kunnen wel een beroep doen op het ‘profileringsfonds’ van hun instelling, zegt hij. De moeders blijven dus afhankelijke van de goede wil van universiteiten en hogescholen.

Einde verhaal. “Hier had Rouvoet juist moeten beginnen”, zegt Annemiek de Jong van het Steunpunt Studerende Moeders. “In zijn nota worden gezinsvriendelijke werkgevers gestimuleerd om de combinatie van arbeid en gezin te vergemakkelijken. Waarom betrekt hij daar het onderwijs niet bij?”

Volgens De Jong wordt de doelgroep in Den Haag verwaarloosd. “Wie een moeder schoolt, schoolt een heel gezin. Alleenstaande bijstandsmoeders hoeven daarom niet meer te solliciteren en krijgen een scholingsplicht. Maar Rouvoet denkt dat ze dan makkelijker voor hun kind kunnen blijven zorgen. Hij lijkt het studeren niet helemaal serieus te nemen. Alsof studeren en colleges volgen minder tijd kost dan werken.”

Het probleem is dat het onderwijs helemaal geen rekening houdt met studenten die kinderen hebben. “Ik noem maar wat: je hebt niet eens recht op een kolfruimte. Bovendien veranderen de roosters het hele jaar door, zodat je in de knel komt met de kinderopvang. Waarom doet Rouvoet daar niets aan?”

Eerder mijmerde minister Plasterk van OCW ook over de problemen van studerende moeders. Hij vroeg zich af of de één-oudertoeslag inderdaad moet worden opgeteld bij de studieschuld, zoals nu gebeurt. Wie zijn opleiding niet kan afmaken, moet nu geld terugbetalen dat eigenlijk voor het kind is bedoeld. Maar Plasterk wilde wachten tot Rouvoet met zijn nota kwam. Desgevraagd zegt een woordvoerder dat hij nog terug zal komen op de hindernissen voor studerende moeders.

Rouvoet schreef overigens ook dat het Steunpunt Studerende Moeders een “eenmalige impuls” heeft gekregen om de voorlichting goed op de rails te zetten. Waarvan acte, zegt De Jong. “Maar we mogen het geld niet gebruiken om een symposium te organiseren of een medewerker in te huren. Het is sowieso maar de vraag of we het financieel redden. Hoe denken ze eigenlijk dat we die cultuuromslag kunnen bereiken?”

OPROEP

Ben jij een studerende moeder (of vader) aan de TU Delft? Geef hieronder jouw mening over hoe dat te combineren is.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.