Onderwijs

Woonlasten studenten zijn onevenredig hoog

Studenten op kamers betalen onevenredig veel geld aan wonen. Een kwart tot een derde van hun budget voor levensonderhoud gaat op aan huur. Dat is tweemaal zoveel als een 23-jarige met minimumloon (12 tot 17 procent).

Een 20-jarige met bijstand is tussen de 21 en de 31 procent procent kwijt aan wonen.

Dat blijkt uit een onderzoek van de Nationale Woningraad, in opdracht van het Gemeenschappelijk Overleg Studentenhuisvesting (GOS). De bij het GOS aangesloten organisaties beheren gezamenlijk 30.000 kamers voor studenten.

Wonen op kamers wordt bijna onbetaalbaar, concludeert de Nationale Woningraad. In de studiefinanciering van uitwonende studenten zit een maandelijkse vergoeding van de woonlasten van 335 gulden. Dat bedrag is sinds 1992 niet meer aangepast. De huren zijn inmiddels met 23 procent gestegen. Jongeren met een uitkering krijgen deze stijging wel jaarlijks gecompenseerd. Studenten hebben extra pech, omdat zij vaak niet in aanmerking komen voor huursubsidie en kwijtschelding van onroerende-zaakbelasting en reinigingsrechten.

Het GOS meent dat het kabinet veel meer rekening moet houden met de moeilijke positie van studenten. Het inkomen van studenten is door opeenvolgende bezuinigingen op de studiefinanciering sinds 1990 met 34 procent gedaald. Per 1 januari 1996 is er opnieuw gekort. Een student op kamers ontvangt dan nog maar 425 gulden. Studenten met een aanvullende beurs worden hiervoor gecompenseerd.

Volgens het kabinet kunnen ‘rijke’ ouders meer bijdragen in de kosten van hun studerende kinderen. Bovendien beschouwt het kabinet studeren als een investering in de toekomst, die een student later het nodige persoonlijke profijt oplevert. Een beurs hoeft daarom niet kostendekkend te zijn, vindt ook de Tweede Kamer. Wie geld tekort komt, kan een baantje zoeken of geld lenen. (HOP/P.E.)

Pieter Evelein

Studenten op kamers betalen onevenredig veel geld aan wonen. Een kwart tot een derde van hun budget voor levensonderhoud gaat op aan huur. Dat is tweemaal zoveel als een 23-jarige met minimumloon (12 tot 17 procent). Een 20-jarige met bijstand is tussen de 21 en de 31 procent procent kwijt aan wonen.

Dat blijkt uit een onderzoek van de Nationale Woningraad, in opdracht van het Gemeenschappelijk Overleg Studentenhuisvesting (GOS). De bij het GOS aangesloten organisaties beheren gezamenlijk 30.000 kamers voor studenten.

Wonen op kamers wordt bijna onbetaalbaar, concludeert de Nationale Woningraad. In de studiefinanciering van uitwonende studenten zit een maandelijkse vergoeding van de woonlasten van 335 gulden. Dat bedrag is sinds 1992 niet meer aangepast. De huren zijn inmiddels met 23 procent gestegen. Jongeren met een uitkering krijgen deze stijging wel jaarlijks gecompenseerd. Studenten hebben extra pech, omdat zij vaak niet in aanmerking komen voor huursubsidie en kwijtschelding van onroerende-zaakbelasting en reinigingsrechten.

Het GOS meent dat het kabinet veel meer rekening moet houden met de moeilijke positie van studenten. Het inkomen van studenten is door opeenvolgende bezuinigingen op de studiefinanciering sinds 1990 met 34 procent gedaald. Per 1 januari 1996 is er opnieuw gekort. Een student op kamers ontvangt dan nog maar 425 gulden. Studenten met een aanvullende beurs worden hiervoor gecompenseerd.

Volgens het kabinet kunnen ‘rijke’ ouders meer bijdragen in de kosten van hun studerende kinderen. Bovendien beschouwt het kabinet studeren als een investering in de toekomst, die een student later het nodige persoonlijke profijt oplevert. Een beurs hoeft daarom niet kostendekkend te zijn, vindt ook de Tweede Kamer. Wie geld tekort komt, kan een baantje zoeken of geld lenen. (HOP/P.E.)

Pieter Evelein

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.