Campus

Volgepropt met niets

De nieuwe studenten zijn duidelijk herkenbaar op het Delftse station. Met volgepropte tassen zwoegen ze de trap van het perron op. “Kijk!”, ik wijs vanaf het perron mijn medereiziger op een meisje, volledig opgemaakt als een vrouw en met dameshakken aan.

Ze heeft een rugzak om waar een koker van karton uitsteekt. Om haar rechterschouder knelt een zware laptoptas. Het geheel zit op de fiets en naast haar sleurt ze ratelend een koffer op wieltjes over de straat. “Die heeft nog veel te leren”, mompelt mijn medereiziger.



De jaren als student zijn omgevlogen, maar als ik terugdenk aan de eerste keer dat ik met de trein naar Delft reisde, lijkt het wel een eeuw geleden. Gesjouw met een volle weekendtas plus rugtas, die niet alleen vol zat met studieboeken, maar ook met zware literatuur van mijn ouders ‘voor onderweg’. De rumoerige coupé in de intercity bood echter geen enkele gelegenheid tot lezen.



Verbaasd, met mijn knieën tussen de banken geklemd, aanschouwde ik destijds de stoptrein tussen Rotterdam en Den Haag. Volgende halte Warschau-Oost? Eenmaal in Delft liep ik vermoeid met mijn zooi in het donker het perron af in zuidelijke richting om te ontdekken dat aan het eind van dat hele lange perron geen uitgang was. Dat is nu wel anders. De aansluitingen zijn verbeterd, wat me zo’n twintig minuten scheelt. De intercitytreinen zijn nieuw, hebben internet en stiltecoupés. De piepende veewagons zijn vervangen door moderne sprinters met een elektronisch omroepsysteem en zonder stinkend toilet. De grootste verbetering komt van mijzelf: wat schone kleren en een dun boekje zijn voldoende om eens in de zes weken een weekend bij mijn ouders door te komen. Met medelijden kijken we hoe het meisje het heuveltje op probeert te fietsen om bij de fietsenstalling te komen. Na een lange aanloop rijdt ze hoopvol omhoog totdat haar mobiele koffer tussen de tegels blijft steken en kapseist. Mismoedig stapt ze af en parkeert haastig haar fiets tegen de bouwhekken. “Hopen dat haar fiets niet wordt verwijderd”, merk ik op terwijl we de trein instappen die het meisje waarschijnlijk niet meer zal halen.

Het steekt de bonden dat studenten na een jaar studievertraging drieduizend euro extra collegegeld moeten gaan betalen en hun ov-kaart verliezen. “De kosten voor het maken van een verkeerde studiekeuze, het beoefenen van topsport en het doen van bestuurs- of medezeggenschapswerk worden hoog”, meent het Interstedelijk Studenten Overleg en de Landelijke Studenten Vakbond is het daarmee eens. Volgens de LSVb worden vooral “de ambitieuze studenten” getroffen.

Ook zijn de bonden verontwaardigd dat masterstudenten geen basisbeurs meer zullen krijgen. Een visieloze bezuiniging, aldus de LSVb. “De universitaire bachelor is in Nederland geen op zichzelf staande opleiding en geeft over het algemeen zonder master geen toegang tot de arbeidsmarkt.”

Als studenten een aanvullende beurs hebben en een tweejarige masteropleiding willen volgen, moeten ze volgens het ISO ruim twaalfduizend euro inleveren. “Voor driejarige masters als geneeskunde loopt dit op tot bijna negentienduizend euro. Met name bèta, medische- en onderzoeksmasters worden daarmee uit de markt geprijsd.”

Verwijzend naar de titel van het regeerakkoord schrijft de LSVb: “De Vrijheid voor studenten om te studeren wat zij willen, wordt beperkt en het kabinet neemt niet de Verantwoordelijkheid om studenten volledig op te leiden.”

Het eerste protest tegen de regeringsplannen is al aangekondigd. Niet door de studentenbonden, maar door ROOD, de jongerenvereniging van de Socialistische Partij, die het snijden in de basisbeurs “kiezersbedrog”
van CDA en PVV noemt. Op het Plein in Den Haag verrijst vanmiddag om 14.00 uur een uitzendbureau voor niet-afgestudeerden. Ze kunnen onder meer aspergesteker in Polen worden.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.