Universiteiten hoeven geen extra geld te verwachten voor schakeltrajecten

Studentenvakbond LSVb waarschuwde onlangs dat veel universiteiten de poorten gesloten houden voor hbo’ers. Ze bieden op voorhand geen schakelprogramma’s aan, terwijl ze op zijn minst zouden moeten kijken wat er mogelijk is.

 Verkeerde prikkel

Misschien ligt het aan de financiering, denkt Tweede Kamerlid Zihni Özdil van GroenLinks. Universiteiten krijgen namelijk geen geld voor deze bijspijkercursussen van enkele maanden tot een jaar. En ze mogen de hbo’ers hooguit anderhalf keer het gewone collegegeld in rekening brengen. Het aanbieden van schakelprogramma’s zou dus ten koste gaan van de rest van het onderwijs.

Maar daar is Van Engelshoven het niet mee eens. “De schakeltrajecten vallen onder de wettelijke taken van de instelling”, antwoordt de minister op Özdils Kamervragen. Ze gaat ervan uit dat instellingen “het beste voorhebben met studenten” en hen ondersteunen wanneer ze binnen een redelijke termijn kunnen worden klaargestoomd voor de master.

De universiteiten kunnen de schakelprogramma’s financieren uit hun gewone budget, schrijft Van Engelshoven. “Net zoals ze daaruit ook andere wettelijke taken financieren.” Ze wil de schakeltrajecten overigens wél ‘meenemen’ als ze na de zomer gaat nadenken over een nieuw bekostigingssysteem voor het hoger onderwijs. 

Heel gek

Woordvoerder Bart Pierik van de universiteitenvereniging VSNU hoopt dat ze dan tot de inzicht komt dat bekostiging van de schakelprogramma’s “volstrekt logisch” is. “Het zijn gewoon onderwijsmodules en het is heel gek dat die niet bekostigd worden.” Volgens Pierik vinden de universiteiten de doorstroommogelijkheden voor hbo’ers van groot belang. “We zien het als maatschappelijke kerntaak. Eén van de grote verworvenheden van het bachelor-masterstelsel is nou juist dat je kunt overstappen. Maar gratis bestaat niet. Het geld moet ergens vandaan komen.”

De PvdA stelde ook vragen en wilde weten of de minister met de universiteiten over dit probleem gaat praten. Daar geeft ze geen rechtstreeks antwoord op, maar Van Engelshoven prijst het uitzoekwerk van de LSVb en laat de Onderwijsinspectie ernaar kijken.

HOP, Steffi Weber