Onderwijs

TU onderzoekt vestiging in Turkije

De TU Delft gaat onderzoeken of het haalbaar is om in Turkije een Nederlands instituut voor contact met Turkse universiteiten en bedrijven op te zetten.

De Universiteit Leiden voert een soortgelijk onderzoek uit. Dat is heel breed gericht, terwijl de TU de technologische kant bekijkt.

Mariëtta Spiekerman zal het TU-onderzoek leiden. Zij benadrukt dat de plannen voor een Nederlandse vestiging in Turkije nog erg pril zijn en dat zelfs het haalbaarheidsonderzoek nog geen vorm heeft.

Het idee van een Nederlands instituut in Turkije is afkomstig van het ministerie van onderwijs, cultuur en wetenschappen (OCW). Het ministerie heeft de TU vijftigduizend euro subsidie toegezegd voor het onderzoek.

Spiekerman denkt aan samenwerking met de technische universiteiten van Ankara en Istanbul, liefst in 3-TU-verband. “Wij kunnen inspelen aan de behoefte in Turkije aan technische studies. Ankara en Instanbul, twee heel goede universiteiten, kunnen hun instroom namelijk niet zomaar vergroten. We kunnen samen met hen een voorbereidend programma opstellen voor Turkse studenten, die in Nederland willen studeren.”

Spiekerman denkt ook dat het Nederlandse instituut een ‘makelaarsfunctie’ zou kunnen vervullen. “De vestiging kan bijvoorbeeld bemiddelen tussen de Turkse industrie en Nederlandse universiteiten en bedrijven. Het instituut zou ook stages kunnen regelen.”

De werkzaamheden van het Nederlandse instituut kunnen volgens Spiekerman het beste gefaseerd worden ingevoerd. “We willen zo concreet en realistisch mogelijk blijven, daarom willen we bescheiden beginnen. En misschien is daarna een gezamenlijke masteropleiding mogelijk.”

Vóór juli moet de TU met een businessplan komen over de precieze invulling van het Turkse avontuur. Op basis daarvan beslist OCW of de vestiging er moet komen. (SB)

De Universiteit Leiden voert een soortgelijk onderzoek uit. Dat is heel breed gericht, terwijl de TU de technologische kant bekijkt.

Mariëtta Spiekerman zal het TU-onderzoek leiden. Zij benadrukt dat de plannen voor een Nederlandse vestiging in Turkije nog erg pril zijn en dat zelfs het haalbaarheidsonderzoek nog geen vorm heeft.

Het idee van een Nederlands instituut in Turkije is afkomstig van het ministerie van onderwijs, cultuur en wetenschappen (OCW). Het ministerie heeft de TU vijftigduizend euro subsidie toegezegd voor het onderzoek.

Spiekerman denkt aan samenwerking met de technische universiteiten van Ankara en Istanbul, liefst in 3-TU-verband. “Wij kunnen inspelen aan de behoefte in Turkije aan technische studies. Ankara en Instanbul, twee heel goede universiteiten, kunnen hun instroom namelijk niet zomaar vergroten. We kunnen samen met hen een voorbereidend programma opstellen voor Turkse studenten, die in Nederland willen studeren.”

Spiekerman denkt ook dat het Nederlandse instituut een ‘makelaarsfunctie’ zou kunnen vervullen. “De vestiging kan bijvoorbeeld bemiddelen tussen de Turkse industrie en Nederlandse universiteiten en bedrijven. Het instituut zou ook stages kunnen regelen.”

De werkzaamheden van het Nederlandse instituut kunnen volgens Spiekerman het beste gefaseerd worden ingevoerd. “We willen zo concreet en realistisch mogelijk blijven, daarom willen we bescheiden beginnen. En misschien is daarna een gezamenlijke masteropleiding mogelijk.”

Vóór juli moet de TU met een businessplan komen over de precieze invulling van het Turkse avontuur. Op basis daarvan beslist OCW of de vestiging er moet komen. (SB)

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.