Customize Consent Preferences

We use cookies to help you navigate efficiently and perform certain functions. You will find detailed information about all cookies under each consent category below.

The cookies that are categorized as "Necessary" are stored on your browser as they are essential for enabling the basic functionalities of the site. ... 

Always Active

Necessary cookies are required to enable the basic features of this site, such as providing secure log-in or adjusting your consent preferences. These cookies do not store any personally identifiable data.

No cookies to display.

Functional cookies help perform certain functionalities like sharing the content of the website on social media platforms, collecting feedback, and other third-party features.

No cookies to display.

Analytical cookies are used to understand how visitors interact with the website. These cookies help provide information on metrics such as the number of visitors, bounce rate, traffic source, etc.

No cookies to display.

Performance cookies are used to understand and analyze the key performance indexes of the website which helps in delivering a better user experience for the visitors.

No cookies to display.

Advertisement cookies are used to provide visitors with customized advertisements based on the pages you visited previously and to analyze the effectiveness of the ad campaigns.

No cookies to display.

Ongecategoriseerd

TU-historie: NAP als rotsvast referentievlak

Het NAP bestaat tweehonderd jaar. Om dat te vieren is er een boek gemaakt en was bij Rijkswaterstaat een symposium over de geschiedenis van deze Nederlandse standaard.

De Caminada: het waterpasinstrument dat werd gebruikt bij de eerste nauwkeurigheidswaterpassing. (Foto: TU Delft Erfgoedcollectie)

Het Amsterdams Peil was het stadspeil dat burgemeester Johannes Hudde in 1684 had laten vastleggen. Dit gebeurde door een jaar lang de waterhoogte van het IJ te meten. Aan het einde van het meetjaar werd het peil vastgesteld als gemiddelde van de waterstand tijdens de zomervloed. Het Amsterdams Peil werd met hoogtemarkeringen bij sluizen en bruggen over de stad aangegeven.


In die tijd bezat Nederland talloze verschillende peilen. Het Rijnlands Peil, het Delflands Peil en ga zo maar door. Elke polder had een eigen hoogteschaal. Het was koning Willem I die er in 1818 voor koos om het Amsterdamse Peil als referentievlak te nemen. Langs de grote rivieren werden peilschalen geplaatst, gebaseerd op het Amsterdams Peil. Het peil werd wijdverbreid door grote infrastructurele projecten zoals het aanleggen van kanalen en de eerste spoorwegen.


Door het hele land verspreid zijn ongeveer 35 duizend peilmerken te vinden


Eind negentiende eeuw kwam uit Duitsland het verzoek of Pruisen aangesloten kon worden bij het Nederlandse waterpasnet, het netwerk van hoogtebepalingen. Dit was een goede aanleiding om het netwerk te controleren. Hiervoor ontwikkelde Lewis Cohen Stuart, de toenmalige directeur van de Polytechnische School (de voorloper van de TU Delft), een instrument. Bij deze controle, de zogenaamde eerste nauwkeurigheidswaterpassing, is het netwerk opnieuw gemeten, herberekend en genormaliseerd. Daar komt ook de uiteindelijke naam vandaan: Normaal Amsterdams Peil (en dus niet, wat veel mensen denken, Nieuw Amsterdams Peil).


Het NAP wordt tot op de dag van vandaag in Nederland als hoogtestandaard gebruikt. Door het hele land verspreid zijn ongeveer 35 duizend peilmerken te vinden. Dit zijn kleine bronzen boutjes met daarop de letters NAP die in gebouwen, kades en muren zijn geplaatst. De onderlinge hoogteverschillen tussen deze peilmerken zijn vastgelegd. Ook het oude hoofdgebouw van de TU, aan de Oude Delft 95, heeft zo’n merkteken. Omdat de bodem in beweging is bepaalt Rijkswaterstaat elke tien jaar opnieuw de hoogte van de belangrijkste peilmerken. Veel uitgebreider zijn de nauwkeurigheidswaterpassingen. In de tweehonderd jaar dat het NAP bestaat zijn vijf van dergelijke controles geweest, waarvan de laatste tussen 1996 en 1998.


Tegenwoordig gebeuren de hoogtebepalingen meer en meer met behulp van satellieten en is het, volgens Rijkswaterstaat, de vraag in hoeverre landmeters met een waterpasinstrument in de toekomst nog nodig zijn. Maar, onafhankelijk van de meettechniek, blijft het NAP rotsvast het referentievlak.


Petra van Dam, Van Amsterdams Peil naar Europees referentievlak. De Geschiedenis van NAP tot 1918, Hilversum: Verloren, 2018.


meetploeg_historischerubriek_AbelStreefland.jpg


  • De meetploeg rond 1880 op pad voor de eerste nauwkeurigheidswaterpassing. Vierde van links een jonge ir. Lely, die later wereldberoemd zou worden vanwege de Afsluitdijk.


Abel Streefland is universiteitshistoricus van de TU Delft. Hij blogt voor Delta over zijn werk.


Abel Streefland / Universiteitshistoricus

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.