Onderwijs

Schreeuwende baarden

“Het beeld dat mensen in de westerse wereld van het Midden-Oosten hebben, wordt gedomineerd door schreeuwende baarden”, stelde Joris Luyendijk tijdens zijn Studium Generale-lezing in Speakers op 19 maart.

“Het enige dat we verder zien van het Midden-Oosten zijn wanhopige vrouwen en een bloeddorstige leider met een snor. Logischerwijs denken mensen dat het er altijd onrustig is.” Maar volgens Luyendijk is dit onzin. Het beeld dat van het Oosten wordt gecreëerd is niet de werkelijkheid, maar is gemanipuleerd.

Luyendijk werkte vijf jaar als correspondent in de Arabische wereld voor onder meer de NOS en NRC Handelsblad. Afgelopen zomer presenteerde hij het televisieprogramma ‘Zomergasten’ en publiceerde hij het boek ‘Het zijn net mensen’.

Dat de beeldvorming de werkelijkheid hilarisch kan vertekenen, maakte Luyendijk onlangs zelf mee. “Tijdens de cartooncrisis zag ik dat moslims Deense kazen verbrandden. Het zag er dreigend uit. Ik belde daarom een Egyptische vriend. Toen ik hem vroeg hoe het met hem ging, zei hij: ‘Heel slecht.’ Is het zo erg, dacht ik. ‘Ik heb vannacht zelfs niet geslapen’, voegde hij er aan toe. ‘Je hebt vast wel gehoord dat Egypte van Senegal heeft verloren’, zei hij vervolgens. Met die cartooncrisis was hij helemaal niet bezig. Nee, de meeste Egyptenaren maakten zich druk over voetbal.”

Volgens Luyendijk kun je niet weten wat mensen in het Midden-Oosten bezighoudt. “Omdat mensen in een dictatuur leven, is het onmogelijk te peilen wat ze echt ergens van vinden. Wij zien mensen demonstreren of kazen vertrappen, maar dat betekent niet dat die mensen echt boos zijn. Leven onder een dictatuur is leven in angst. Je kunt niet echt vertellen wat je dwarszit of hoe je ergens over denkt, omdat de geheime dienst altijd op de loer ligt. Dus doe je wat er van je verwacht wordt of je houdt je mond. Die verontwaardiging van de cartooncrisis kan heel goed gespeeld zijn.”

Wijzend naar de overvolle zaal van Speakers: “Ik kan hier zeggen wat ik wil. Maar als we hier een dictatuur hadden en een op de drie mensen in het publiek bij de geheime dienst zit, kan dat niet. Dan zou ik nu een lofrede houden over onze wijze leider Balkenende (vrede zij met hem en moge het Opperwezen hem behoeden).” In de zaal wordt hard gelachen. “En daar zou dus niet om worden gelachen. Dat is het grote verschil tussen een dictatuur van angst en een democratie met vrijheid van meningsuiting.”

Maar dat grote verschil blijft voor westerlingen lastig te begrijpen, meent Luyendijk. Op de Frankfurter Buchmesse raakte zijn uitgever in gesprek met een Egyptische uitgever. “Mijn uitgever dacht dat de Egyptenaar mijn boek echt wilde uitgeven. Maar dat kan natuurlijk niet. Als mijn boek in de Arabische wereld zou verschijnen, zou dat mijn boek ontkrachten.” Om daar grappend aan toe te voegen: “en dat kan ik natuurlijk niet hebben.”

Robert Visscher

“Het beeld dat mensen in de westerse wereld van het Midden-Oosten hebben, wordt gedomineerd door schreeuwende baarden”, stelde Joris Luyendijk tijdens zijn Studium Generale-lezing in Speakers op 19 maart. “Het enige dat we verder zien van het Midden-Oosten zijn wanhopige vrouwen en een bloeddorstige leider met een snor. Logischerwijs denken mensen dat het er altijd onrustig is.” Maar volgens Luyendijk is dit onzin. Het beeld dat van het Oosten wordt gecreëerd is niet de werkelijkheid, maar is gemanipuleerd.

Luyendijk werkte vijf jaar als correspondent in de Arabische wereld voor onder meer de NOS en NRC Handelsblad. Afgelopen zomer presenteerde hij het televisieprogramma ‘Zomergasten’ en publiceerde hij het boek ‘Het zijn net mensen’.

Dat de beeldvorming de werkelijkheid hilarisch kan vertekenen, maakte Luyendijk onlangs zelf mee. “Tijdens de cartooncrisis zag ik dat moslims Deense kazen verbrandden. Het zag er dreigend uit. Ik belde daarom een Egyptische vriend. Toen ik hem vroeg hoe het met hem ging, zei hij: ‘Heel slecht.’ Is het zo erg, dacht ik. ‘Ik heb vannacht zelfs niet geslapen’, voegde hij er aan toe. ‘Je hebt vast wel gehoord dat Egypte van Senegal heeft verloren’, zei hij vervolgens. Met die cartooncrisis was hij helemaal niet bezig. Nee, de meeste Egyptenaren maakten zich druk over voetbal.”

Volgens Luyendijk kun je niet weten wat mensen in het Midden-Oosten bezighoudt. “Omdat mensen in een dictatuur leven, is het onmogelijk te peilen wat ze echt ergens van vinden. Wij zien mensen demonstreren of kazen vertrappen, maar dat betekent niet dat die mensen echt boos zijn. Leven onder een dictatuur is leven in angst. Je kunt niet echt vertellen wat je dwarszit of hoe je ergens over denkt, omdat de geheime dienst altijd op de loer ligt. Dus doe je wat er van je verwacht wordt of je houdt je mond. Die verontwaardiging van de cartooncrisis kan heel goed gespeeld zijn.”

Wijzend naar de overvolle zaal van Speakers: “Ik kan hier zeggen wat ik wil. Maar als we hier een dictatuur hadden en een op de drie mensen in het publiek bij de geheime dienst zit, kan dat niet. Dan zou ik nu een lofrede houden over onze wijze leider Balkenende (vrede zij met hem en moge het Opperwezen hem behoeden).” In de zaal wordt hard gelachen. “En daar zou dus niet om worden gelachen. Dat is het grote verschil tussen een dictatuur van angst en een democratie met vrijheid van meningsuiting.”

Maar dat grote verschil blijft voor westerlingen lastig te begrijpen, meent Luyendijk. Op de Frankfurter Buchmesse raakte zijn uitgever in gesprek met een Egyptische uitgever. “Mijn uitgever dacht dat de Egyptenaar mijn boek echt wilde uitgeven. Maar dat kan natuurlijk niet. Als mijn boek in de Arabische wereld zou verschijnen, zou dat mijn boek ontkrachten.” Om daar grappend aan toe te voegen: “en dat kan ik natuurlijk niet hebben.”

Robert Visscher

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.