Het college van bestuur heeft een sanctiemaatregel getroffen waarmee het faculteiten wil dwingen geen extra studiestof toe te voegen aan hun vijfjarig curriculum.
Faculteiten die hun programma wel verzwaren moeten het half jaar extra geld, dat studenten krijgen die in 1994 aan het nieuwe vijfjarig curriculum begonnen, uit eigen zak betalen.
Dat schrijft het college van bestuur in een brief aan de faculteiten. Aanleiding is een schrijven van staatssecretaris Nuis over het wetsvoorstel dat begin maart bij de Eerste Kamer ingediend is en omstreeks juni mondeling behandeld wordt.
In dat voorstel staat dat de wettelijke studielast van de TU-opleidingen in kwestie aangepast moet worden aan de feitelijke studielast. Dat houdt in dat dezelfde hoeveelheid stof niet in vier jaar maar in vijf jaar moet worden gegeven. Aangezien het aantal studiebelastingsuren dan toeneemt gaat de studie ook meer studiepunten opleveren, namelijk 210 in plaats van 168.
Achtergrond van deze eis is de studeerbaarheid te vergroten. Het college streeft ernaar de gemiddelde studieduur terug te brengen van 5,8 naar 5,5 jaar. Overigens moeten de nieuwe programma’s wel meer aandacht besteden aan ontwerpvaardigheden en het thema duurzaamheid. Het college van dekanen toetst de programma’s op deze criteria.
De wet op de verlenging van de cursusduur gaat officieel in per studiejaar 1995-’96, maar de studenten van de lichting 1994-’95 zijn al begonnen met het nieuwe vijfjarig programma. Deze mensen krijgen nog steeds 168 studiepunten voor de studie en komen ook niet in aanmerking voor zes (studieduur plus één) jaar studiefinanciering. Met het ministerie van onderwijs is daartoe een convenant gesloten waarin het geld beschikbaar stelt om deze studenten een half jaar extra uit te betalen.
In twee gevallen wil het Delfts college van bestuur dit geld echter op de faculteiten verhalen: als blijkt dat zij hun nieuwe programma verzwaard hebben of als zij in 1994 niet gestart zijn met het nieuwe curriculum.
Aangezien sommige faculteiten hun studieprogramma’s ingrijpend wijzigen, zal het voor het college van dekanen niet meevallen om te bepalen of programma’s inderdaad niet verzwaard zijn. De studieadviseur van Civiele Techniek, drs. A.U. van Dort, schat in dat dit soms pas achteraf bepaald kan worden. ,,Extreme verzwaringen zijn er wel vooraf uit te pikken.” Wat hem betreft is de strafmaatregel ,,met het koekje meegebakken”. Van Dort: ,,Het college van bestuur kan niet anders. Het is wettelijk verplicht de studie niet te verzwaren en schuift deze verplichting door op de faculteiten.” (J.O.)
Het college van bestuur heeft een sanctiemaatregel getroffen waarmee het faculteiten wil dwingen geen extra studiestof toe te voegen aan hun vijfjarig curriculum. Faculteiten die hun programma wel verzwaren moeten het half jaar extra geld, dat studenten krijgen die in 1994 aan het nieuwe vijfjarig curriculum begonnen, uit eigen zak betalen.
Dat schrijft het college van bestuur in een brief aan de faculteiten. Aanleiding is een schrijven van staatssecretaris Nuis over het wetsvoorstel dat begin maart bij de Eerste Kamer ingediend is en omstreeks juni mondeling behandeld wordt.
In dat voorstel staat dat de wettelijke studielast van de TU-opleidingen in kwestie aangepast moet worden aan de feitelijke studielast. Dat houdt in dat dezelfde hoeveelheid stof niet in vier jaar maar in vijf jaar moet worden gegeven. Aangezien het aantal studiebelastingsuren dan toeneemt gaat de studie ook meer studiepunten opleveren, namelijk 210 in plaats van 168.
Achtergrond van deze eis is de studeerbaarheid te vergroten. Het college streeft ernaar de gemiddelde studieduur terug te brengen van 5,8 naar 5,5 jaar. Overigens moeten de nieuwe programma’s wel meer aandacht besteden aan ontwerpvaardigheden en het thema duurzaamheid. Het college van dekanen toetst de programma’s op deze criteria.
De wet op de verlenging van de cursusduur gaat officieel in per studiejaar 1995-’96, maar de studenten van de lichting 1994-’95 zijn al begonnen met het nieuwe vijfjarig programma. Deze mensen krijgen nog steeds 168 studiepunten voor de studie en komen ook niet in aanmerking voor zes (studieduur plus één) jaar studiefinanciering. Met het ministerie van onderwijs is daartoe een convenant gesloten waarin het geld beschikbaar stelt om deze studenten een half jaar extra uit te betalen.
In twee gevallen wil het Delfts college van bestuur dit geld echter op de faculteiten verhalen: als blijkt dat zij hun nieuwe programma verzwaard hebben of als zij in 1994 niet gestart zijn met het nieuwe curriculum.
Aangezien sommige faculteiten hun studieprogramma’s ingrijpend wijzigen, zal het voor het college van dekanen niet meevallen om te bepalen of programma’s inderdaad niet verzwaard zijn. De studieadviseur van Civiele Techniek, drs. A.U. van Dort, schat in dat dit soms pas achteraf bepaald kan worden. ,,Extreme verzwaringen zijn er wel vooraf uit te pikken.” Wat hem betreft is de strafmaatregel ,,met het koekje meegebakken”. Van Dort: ,,Het college van bestuur kan niet anders. Het is wettelijk verplicht de studie niet te verzwaren en schuift deze verplichting door op de faculteiten.” (J.O.)
Comments are closed.