De prijzen van software verschillen aanzienlijk per universiteit. De Erasmus Universiteit is goedkoop, de TU een middenmoter.
Delen
Bouwkundestudent Marijn Vroonhoff onderzocht op eigen houtje de prijsverschillen van software aan acht Nederlandse universiteiten. Hij kwam op het idee doordat aan de Erasmus Universiteit, waar hij rechten studeert, de software goedkoper bleek te zijn dan in Delft.
Het aanbod en de prijs van de software varieert zeer per universiteit, toont zijn onderzoek aan. De nieuwste versies van de programmeertalen Visual Basic en -C++ kosten in Rotterdam respectievelijk een derde en de helft van de prijs die het TU-Rekencentrum rekent. Andere universiteiten leveren deze pakketten helemaal niet.
In de lijsten komen enkele uitschieters voor. Zo kost het statistische programma SPSS 8.0 aan de Universiteit Leiden tweehonderd, aan de TU vijfenvijftig en aan de Erasmus slechts veertien gulden. Vroonhoff ergert zich daar aan: ,,Blijkbaar regelt men in achterkamertjes wat wordt aangeboden en god mag weten hoe ze de prijzen berekenen. Je krijgt overal hetzelfde doosje met exact dezelfde cd. Er moet een landelijk verkooppunt komen.”
De softwarelicenties worden door hetzelfde bedrijf (Surfdiensten BV) verstrekt, maar de universiteiten berekenen zelf de prijs op basis van hun kosten. Opvallend is dat de Erasmus-universiteit de minste pakketten aanbiedt; slechts veertien tegen vijfenvijftig aan de TU. Deze zijn echter vrijwel zonder uitzondering het goedkoopst.
J. Zegwaard van het Rekencentrum was al op de hoogte van de verschillen. Hij zegt minimale prijzen te rekenen. ,,Ik weet niet hoe de Erasmus het doet. Misschien ontvangen zij geld uit een fonds.”
Zijn Rotterdamse collega zegt de prijs te drukken door de voorraad minimaal te houden. ,,Als software te lang op de planken ligt, is het verouderd, maar de aankoopkosten moeten worden terugverdiend.”
Bouwkundestudent Marijn Vroonhoff onderzocht op eigen houtje de prijsverschillen van software aan acht Nederlandse universiteiten. Hij kwam op het idee doordat aan de Erasmus Universiteit, waar hij rechten studeert, de software goedkoper bleek te zijn dan in Delft.
Het aanbod en de prijs van de software varieert zeer per universiteit, toont zijn onderzoek aan. De nieuwste versies van de programmeertalen Visual Basic en -C++ kosten in Rotterdam respectievelijk een derde en de helft van de prijs die het TU-Rekencentrum rekent. Andere universiteiten leveren deze pakketten helemaal niet.
In de lijsten komen enkele uitschieters voor. Zo kost het statistische programma SPSS 8.0 aan de Universiteit Leiden tweehonderd, aan de TU vijfenvijftig en aan de Erasmus slechts veertien gulden. Vroonhoff ergert zich daar aan: ,,Blijkbaar regelt men in achterkamertjes wat wordt aangeboden en god mag weten hoe ze de prijzen berekenen. Je krijgt overal hetzelfde doosje met exact dezelfde cd. Er moet een landelijk verkooppunt komen.”
De softwarelicenties worden door hetzelfde bedrijf (Surfdiensten BV) verstrekt, maar de universiteiten berekenen zelf de prijs op basis van hun kosten. Opvallend is dat de Erasmus-universiteit de minste pakketten aanbiedt; slechts veertien tegen vijfenvijftig aan de TU. Deze zijn echter vrijwel zonder uitzondering het goedkoopst.
J. Zegwaard van het Rekencentrum was al op de hoogte van de verschillen. Hij zegt minimale prijzen te rekenen. ,,Ik weet niet hoe de Erasmus het doet. Misschien ontvangen zij geld uit een fonds.”
Zijn Rotterdamse collega zegt de prijs te drukken door de voorraad minimaal te houden. ,,Als software te lang op de planken ligt, is het verouderd, maar de aankoopkosten moeten worden terugverdiend.”
Comments are closed.