Oplossing voor registratie overuren in zicht

Ondernemingsraadslid Blaauw kondigde eind mei aan op zoek te zullen gaan naar een oplossing voor de registratie van gewerkte uren. Die moet binnenkort plaatsvinden volgens nieuwe regels, de ‘uniforme projectadministratie’ (UP). Probleem is dat veel wetenschappers meer werken dan het aantal uren waarvoor ze zijn aangesteld. De TU raadt hen vooralsnog af die extra uren officieel te schrijven. Voor veel medewerkers voelt dat als een miskenning van hun inzet.



Maar schrijven ze wél meer uren, en krijgen ze subsidie van de Europese Unie, dan zullen ze die subsidie zien dalen. De EU werkt namelijk met uurtarieven. Die komen tot stand door het salaris van een wetenschappelijk medewerker te delen door al zijn productieve uren, niet alleen die binnen het EU-project.



Dat uurtarief moet de wetenschapper vervolgens aanhouden bij het declareren van de uren die hij aan het EU-project heeft besteed. Schrijft hij meer uren dan zijn aanstelling, dan is hij dus een dief van zijn eigen portemonnee.   



‘Demotiverend en onrechtvaardig’, noemde Blaauw dat in mei. Collegevoorzitter Dirk Jan van den Berg zei het ‘uitermate onbevredigend’ te vinden. Blaauw ging vervolgens in overleg met de afdeling finance van de TU om een ‘list’ te verzinnen.



Die list is in Blaauws ogen een ‘glasheldere oplossing’ geworden. Zijn idee gaat ervan uit dat de wetenschapper aan al zijn werk – binnen en buiten het EU-project – meer uren besteedt dan voorzien. Het  percentage van de uren dat diegene voor de EU werkt blijft dan hetzelfde. Als hij dat percentage van zijn salaris door de EU uitbetaald kan krijgen, is het uurtarief officieel lager (de wetenschapper heeft immers meer uren gemaakt), maar het eindbedrag hetzelfde.



Iedereen gelukkig, denkt Blaauw. Wetenschappers, omdat ze ‘het gevoel zullen hebben dat hun extra inzet gezien en gewaardeerd wordt’. De TU, omdat zij een volledige urenregistratie in handen krijgt. Wellicht ook andere universiteiten, omdat iedereen met dit probleem worstelt. De EU, omdat deze oplossing overeenkomt met de ‘letter en de geest’ van de Europese regelgeving.



Dat laatste punt nuanceerde Mariëlle Vogt, directeur finance. Tijdens een overlegvergadering van het college van bestuur met de ondernemingsraad vorige week noemde ze Brussel een ‘onvoorspelbare entiteit’, al zei ze wel te verwachten dat de EU nu akkoord zou kunnen gaan met het idee.



Vogt twijfelt alleen aan de aanname die Blaauw doet, namelijk dat een wetenschapper aan al zijn werkzaamheden meer uren besteedt dan voorzien. Met die premisse valt of staat Blaauws voorstel. Finance gaat de gevolgen van het idee in kaart brengen. In oktober komt het onderwerp opnieuw op de or-agenda.