Campus

Opleidingsdirecteur niet alleen zaligmakend

De verbetering van onderwijs moet niet volledig opgehangen worden aan de nieuw in te voeren functie van onderwijsdirecteur. De bestaande opleidingscommissies dienen net zo goed serieus genomen te worden.

Zo concludeerden deelnemers aan een door de studentenpartij Aag belegde discussie over ‘behoorlijk onderwijsbeleid’, vorige week donderdag.

Prof.dr.ir. J. Koolhaas, hoogleraar bedrijfsleer bij Wijsbegeerte en Technische Maatschappijwetenschappen, stelde dat er weinig serieus over onderwijs gepraat wordt. ,,De eerste drie jaar van het huidige werktuigbouw zijn hetzelfde en dus net zo saai als toen ik de studie volgde.” Koolhaas was niet optimistisch over de veranderingsgezindheid binnen de universiteit.

Meerdere discussiedeelnemers meenden dat door bijvoorbeeld de beste docenten in het eerste jaar te laten doceren, studenten beter gemotiveerd kunnnen worden. Maar ook docenten kunnen wel wat stimulansen gebruiken. Onderwijs staat lager aangeschreven dan onderzoek. ,,Een dictaat van tweehonderd pagina’s wordt als veel minder gezien dan een publicatie van zes pagina’s” poneerde mr. S. Biesheuvel, eveneens van WTM.

Studenten willen meer eisen stellen aan docenten, bijvoorbeeld dat ze cursussen didactische vaardigheden volgen. Prof.dr. W. Jochems, hoogleraar didactiek en aanbieder van deze cursussen, constateerde dat weinig docenten die moeite nemen.

De aanwezigen waren het met Koolhaas eens dat de opleidingsdirecteur niet de persoon mag zijn op wie de verantwoordelijkheid afgeschoven kan worden. Opleidingscommissies zouden zeker kunnen bijdragen aan de oplossing, al beweerde Koolhaas dat studenten professioneler daarin moeten deelnemen. (P.R.)

Paul Rutten

De verbetering van onderwijs moet niet volledig opgehangen worden aan de nieuw in te voeren functie van onderwijsdirecteur. De bestaande opleidingscommissies dienen net zo goed serieus genomen te worden. Zo concludeerden deelnemers aan een door de studentenpartij Aag belegde discussie over ‘behoorlijk onderwijsbeleid’, vorige week donderdag.

Prof.dr.ir. J. Koolhaas, hoogleraar bedrijfsleer bij Wijsbegeerte en Technische Maatschappijwetenschappen, stelde dat er weinig serieus over onderwijs gepraat wordt. ,,De eerste drie jaar van het huidige werktuigbouw zijn hetzelfde en dus net zo saai als toen ik de studie volgde.” Koolhaas was niet optimistisch over de veranderingsgezindheid binnen de universiteit.

Meerdere discussiedeelnemers meenden dat door bijvoorbeeld de beste docenten in het eerste jaar te laten doceren, studenten beter gemotiveerd kunnnen worden. Maar ook docenten kunnen wel wat stimulansen gebruiken. Onderwijs staat lager aangeschreven dan onderzoek. ,,Een dictaat van tweehonderd pagina’s wordt als veel minder gezien dan een publicatie van zes pagina’s” poneerde mr. S. Biesheuvel, eveneens van WTM.

Studenten willen meer eisen stellen aan docenten, bijvoorbeeld dat ze cursussen didactische vaardigheden volgen. Prof.dr. W. Jochems, hoogleraar didactiek en aanbieder van deze cursussen, constateerde dat weinig docenten die moeite nemen.

De aanwezigen waren het met Koolhaas eens dat de opleidingsdirecteur niet de persoon mag zijn op wie de verantwoordelijkheid afgeschoven kan worden. Opleidingscommissies zouden zeker kunnen bijdragen aan de oplossing, al beweerde Koolhaas dat studenten professioneler daarin moeten deelnemen. (P.R.)

Paul Rutten

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.