De strijd om onderzoeksgeld, de verdeling van startersbeurzen en sociale veiligheid. Dat en meer kwam deze week langs tijdens een discussiebijeenkomst van NWO in Den Haag.
“Ik zie hier helemaal geen schilderijen hangen, was dat altijd al zo?” Journalist en gespreksleider Lucella Carasso opende de NWO-bijeenkomst in de Haagse vestiging van de Universiteit Leiden met een knipoog naar de tijdelijke verwijdering van het portret van voormalige Leidse universiteitsbestuurders.
Die verwijdering zorgde voor veel commotie. Rector magnificus Hester Bijl, die in debatpanel zat, trok een conclusie: “De discussie over diversiteit en inclusie leeft enorm bij de universiteit en is nog lang niet afgelopen.”
Veilig
NWO-voorzitter Marcel Levi was onlangs zelf het middelpunt van ophef. Voor een publiek van vooral beleidsmedewerkers en jonge wetenschappers lichtte hij nog eens toe waarom hij excuses had aangeboden voor een column in Het Parool over het misbruik van de term ‘veiligheid’. Het was niet zijn bedoeling geweest om het begrip sociale veiligheid “kleiner” te maken. In de NWO-strategie staat sociale veiligheid bovenaan de agenda, benadrukte hij. “We denken dat wetenschap gedijt en floreert als mensen zich volledig vrij voelen om te denken, doen en zeggen wat ze willen.”
Veel kritiek kreeg hij niet, al noemde hoogleraar Marie-José van Tol, voorzitter van De Jonge Akademie, zijn column “onhandig”. Sterker nog, hij leek juist enige bijval te krijgen van het eveneens aanwezige Tweede Kamerlid Hatte van der Woude (VVD). “Je hebt niet bij je geboorte het recht gekregen om niet gekwetst te worden. Studenten moeten bijvoorbeeld niet zeggen dat ze zich onveilig voelen als een docent vraagt of ze hun opdracht wel hebben gedaan.”
Tijdens de bijeenkomst ging het vooral over de vraag welke rol NWO kan spelen bij het bevorderen van een gezonde onderzoekscultuur. Bij haar negen eigen onderzoeksinstituten belooft ze het goede voorbeeld te geven, zei Levi, maar over de universiteiten heeft NWO weinig te zeggen. Ze kan hooguit verlangen dat aanvragers verwijzen naar het veiligheidsbeleid van hun instelling.
Competitie
Een belangrijke oorzaak van stress en spanning bij wetenschappers is de moordende competitie om onderzoeksbeurzen van – jawel – NWO. Er is helaas onvoldoende geld om alle goede aanvragen te honoreren, zei Levi, en dat leidt onvermijdelijk tot teleurstellingen. “Het is niet zo dat mensen die worden afgewezen dus geen goede wetenschappers zijn. Van dat idee moeten we af.”
Voor beginnende wetenschappers is een beurs erg bepalend, zei hoogleraar Marie-José van Tol, voorzitter van De Jonge Akademie. Het lijkt haar een goed idee om het lot te laten beslissen tussen goede aanvragen, zodat de gevolgen van afwijzing minder groot zijn. Maar van loten wil Levi weinig weten en dat geldt ook voor Kamerlid Van der Woude.
Startersbeurzen
Als het goed is komt er meer rust in het systeem, zei Van der Woude, omdat de universiteiten jaarlijks 150 miljoen euro mogen uitgeven aan startersbeurzen voor beginnende onderzoekers van elk 300 duizend euro. Maar gaan die onderzoekers straks allemaal ook nog eens een aanvraag bij NWO doen? De VVD wil dat liever niet.
Een onafhankelijke commissie van NWO gaat onder meer hierover advies uitbrengen per onderzoeksdiscipline. Levi zelf hoopt dat de vrijheid van jonge wetenschappers die een startersbeurs ontvangen niet meteen wordt beknot.
Van de regen in de drup
Rector magnificus Bijl van de Universiteit Leiden verwacht dat jonge wetenschappers zeker geholpen zullen zijn met de startersbeurzen. Maar er zijn er niet genoeg voor iedereen en dus moeten universiteiten lastige keuzes maken. “Misschien dat de beurzen in sommige vakgebieden kunnen worden gedeeld door onderzoekers, want de financiële behoeftes kunnen nogal uiteenlopen.”
Ze gaf geen voorbeeld, maar het maakt inderdaad nogal uit of je als wetenschapper een duur laboratorium nodig hebt of alleen een laptop. Ook over het delen van beurzen gaat de NWO-commissie iets adviseren.
Kunnen de startersbeurzen een splijtzwam worden in de universiteit en belanden onderzoekers dan niet van de regen in de drup? Marie-José van Tol van De Jonge Akademie waarschuwt dat er geen nieuwe competitie moet ontstaan en hoopt dat er voldoende rekening wordt gehouden met de wensen van jonge onderzoekers.
Het debat (1 uur 18 minuten) is terug te kijken.
HOP, Hein Cuppen
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
redactie@hogeronderwijspersbureau.nl
Comments are closed.