Na een bachelor in de provincie kiezen steeds meer studenten voor een master in de Randstad. Dat schrijft het Centraal Planbureau in een evaluatie.
Wie nu studeert, zal er misschien van opkijken, maar het Nederlandse hoger onderwijs heeft niet altijd uit bachelor- en masteropleidingen bestaan. In 1999 besloten de Europese landen om hun hoger onderwijs op eenzelfde manier te gaan organiseren. Drie jaar later leidde dat in Nederland tot de invoering van het bachelor-masterstelsel.
Dat had veel voordelen. Overstappen van een bachelor communicatie naar een master economie? Studeren in Aarhus, Berlijn of Hong Kong? Eerst een paar jaar werken en dan op latere leeftijd weer verder leren? Dankzij het ‘bama-stelsel’ zou het allemaal makkelijker worden.
Grote verschillen
Maar maken studenten daar ook gebruik van? Dat heeft het CPB uitgezocht in opdracht van het ministerie van OCW. Het goede nieuws: studenten zijn in elk geval flexibeler geworden in wat en waar ze studeren.
Zo volgde vlak na de invoering van het bama-stelsel ruim 20 procent van de studenten een master in een ander vakgebied dan hun bachelor, schrijft het planbureau. In de afgelopen jaren steeg dit aandeel naar ruim 35 procent.
Wel zijn de verschillen per vakgebied groot. Bachelorstudenten in de gezondheid of rechten bijvoorbeeld volgen doorgaans ook een master in die richting: slechts 1 op de 10 stapt over. Studenten economie en taal & cultuur zijn veel flexibeler. Ruim de helft kiest daar voor een master binnen een ander vakgebied.
Andere universiteit
Daarnaast besluiten studenten na hun bachelor minder vaak om bij dezelfde instelling te blijven. In 2005 stapte nog ongeveer 1 op de 15 studenten over naar een andere universiteit voor hun master. Volgens het CPB is dat de laatste jaren gestegen naar 1 op 5.
Voor die overstappers lijkt de Randstad the place to be: veruit de meesten van hen belanden binnen het verstedelijkte gebied voor hun master, ongeacht of zij hun bachelor binnen of buiten de Randstad hebben afgerond.
Kinderschoenen
Maar eerst een paar jaar werken en dan doorstuderen, doet bijna niemand. Een leven lang leren staat nog altijd in de kinderschoenen. In 2017 stond slechts 6 procent van de Nederlandse dertigers ingeschreven als student. Van de 40- tot 64-jarigen is het slechts 2 procent.
Wel kiezen steeds meer studenten voor een tussenjaar na hun bachelor. Het aandeel studenten dat werkt, naar het buitenland gaat of thuiszit voordat ze aan hun master beginnen, nam de afgelopen jaren fors toe: van 1 op de 10 in 2005 naar ruim een kwart in 2018. Rest de vraag in hoeverre deze trend zich in coronatijd zal doorzetten.
HOP, Evelien Flink
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
redactie@hogeronderwijspersbureau.nl
Comments are closed.