De coronamaatregelen in het hoger onderwijs worden losgelaten. Daar is niet iedereen blij mee. “Je zegt eigenlijk tegen kwetsbare studenten: jullie zoeken het maar uit.”
De collegezalen mogen vanaf vrijdag 18 februari weer helemaal vol en mondkapjes zijn vanaf 25 februari niet meer verplicht op de campus. De persconferentie waarop dat bekend werd gemaakt, liet masterstudent sociale gezondheidspsychologie aan de Universiteit Utrecht Nadia Buiter aan zich voorbijgaan.
Risicogroepen
“Ik vind het vervelend dat er op die momenten weinig aandacht is voor risicogroepen in de samenleving”, legt ze uit. Over de aangekondigde versoepelingen in het onderwijs is ze niet te spreken. “Daarmee zeg je eigenlijk tegen kwetsbare studenten: jullie zoeken het maar uit.”
In een volle collegezaal zitten waar geen mondkapjes meer gedragen worden, is voor Buiter geen optie. Ze heeft chronische ziektes en die kunnen bij een coronabesmetting verergeren. Naast masterstudent is ze betrokken bij de actiegroep #GeenDorHout die aandacht vraagt voor risicogroepen.
De afgelopen twee jaar volgde ze haar lessen online, maar dat verliep niet altijd vlekkeloos. Bepaalde vakken kon ze alleen vanuit huis volgen als een medestudent haar via de laptop liet meekijken. “De universiteit heeft wel veel geld ingezet om hybride onderwijs mogelijk te maken, maar instrueert docenten niet altijd goed”, merkt ze.
‘Dit is in strijd met het VN-verdrag Handicap’
“Dit massale buitensluiten van chronisch zieke studenten is in strijd met het VN-verdrag Handicap”, concludeert Buiter. Ze benadrukt dat niet alleen kwetsbare studenten last hebben van de versoepelingen, maar ook studenten die samenleven met mensen in risicogroepen. “Dat is bij elkaar een heel grote groep.” Het minste dat we kunnen doen is het mondkapje ophouden, meent ze.
Het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) krijgt “veel signalen” van studenten die zich zorgen maken over de versoepelingen. “Maar het overgrote deel van studenten snakt naar fysiek onderwijs. Dat voert de boventoon”, benadrukt bestuurslid Gijsbert van Elven.
Het ISO is blij dat grote hoorcolleges vanaf morgen weer zijn toegestaan en dat de mondkapjes binnenkort weer af mogen tijdens colleges. “Studenten vinden het langdurig dragen van mondkapjes vervelend en het bemoeilijkt de kennisoverdracht”, zegt Van Elven.
Maar waarom moeten mondkapjes wel op in het openbaar vervoer zodat kwetsbare mensen kunnen blijven reizen, en hoeft dat straks niet meer in het onderwijs? Daar kijkt Van Elven niet van op. “Onderwijsinstellingen hebben de mogelijkheid om maatwerk te bieden aan kwetsbare studenten. En dat moeten ze ook doen”, zegt hij.
Zo kan hybride onderwijs volgens Van Elven uitkomst bieden, of kan met medestudenten worden afgesproken om voor een bepaalde werkgroep wél een mondkapje op te zetten.
‘Je hoeft maar een hogeschool of universiteit binnen te lopen om te zien dat het nog niet goed geregeld is’
Het advies blijft overigens om het mondkapje wel op te houden, zegt hij. “Ik wil niet zeggen dat alle studenten zich eraan moeten houden, maar ze moeten wel begrip hebben voor elkaars situatie.”
De Algemene Onderwijsvakbond (AOb) kijkt met een dubbel gevoel naar de versoepelingen. “Ik denk dat iedereen het best spannend vindt”, zegt woordvoerder Simone van Geest.
De vakbond maakt zich bijvoorbeeld nog “grote zorgen” over de ventilatie in het hoger onderwijs. “Je hoeft maar een hogeschool of universiteit binnen te lopen om te zien dat het nog niet goed geregeld is.” Daar is inmiddels een meldpunt voor geopend.
Nieuwe normaal
De AOb verwacht door het hoge aantal besmettingen ook een hoog ziekteverzuim onder docenten. Het is nog geen “business as usual”, concludeert Van Geest. Naar die situatie wil Nadia Buiter ook liever niet terug. “De focus ligt erg op terugkeren naar ‘normaal’, maar toen werden al veel mensen buitengesloten. Lang niet alle universiteitsgebouwen zijn bijvoorbeeld rolstoelvriendelijk”, legt ze uit.
Permanent hybride onderwijs kán uitkomst bieden, denkt het ISO. “Voor sommige studenten is een treinreis eigenlijk al te veel en voor hen was online onderwijs echt een oplossing”, ziet Van Elven. Maar daarmee is het nog niet gezegd dat hybride onderwijs inderdaad een blijvend fenomeen is. “Dat gaat nog een spannend gesprek worden”, voorspelt hij.
HOP, Josefine van Enk
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
redactie@hogeronderwijspersbureau.nl
Comments are closed.