Een onafhankelijke, door de Koninklijke Akademie van Wetenschappen benoemde jury gunt de Heinekenprijs voor de geneeskunde aan de beoogde KNAW-president, Hans Clevers.
Delen
Om de twee jaar krijgen wereldwijd vijf gerenommeerde onderzoekers ieder een prijs van 150 duizend Amerikaanse dollar. Een zesde prijs van 50 duizend dollar gaat naar een in Nederland wonende en werkende kunstenaar. Het prijzengeld wordt ter beschikking gesteld door de Dr. H.P. Heineken Stichting en de Stichting Alfred Heineken Fondsen.
De kandidaten konden vanaf juni 2011 worden voorgedragen. De winnaars werden begin dit jaar gekozen door vijf onafhankelijks jury’s die door de KNAW zijn benoemd. Dus ruim voordat uitlekte dat Hans Clevers was voorgedragen om Robbert Dijkgraaf op te volgen als KNAW-president.
Clevers wint de Dr. A.H. Heinekenprijs voor de geneeskunde voor zijn onderzoek naar de regulering van groei van levende weefsels tijdens de normale ontwikkeling van organismen en tijdens ongeremde tumorgroei.
Een woordvoerder van de KNAW zegt blij te zijn dat er zoveel wetenschappelijke waardering is voor Clevers, die – als hij inderdaad gekozen wordt – op 5 juni zal aantreden. De Heinekenprijzen zullen eind september worden uitgereikt tijdens een speciale zitting van de KNAW. Of Clevers zichzelf gaat toespreken is nog niet duidelijk.
De andere laureaten zijn Titia de Lange, hoogleraar aan de Rockefeller University in New York, Verenigde Staten. Zij krijgt de Dr. H.P. Heinekenprijs voor de Biochemie en Biofysica voor haar onderzoek naar ’telomeren’, de beschermende uiteinden van chromosomen die onder meer een belangrijke rol spelen bij veroudering en kanker.
De Dr. A.H. Heinekenprijs voor de Milieuwetenschappen gaat naar William Laurance, hoogleraar aan de James Cook University in Townsville, Australië. Hij dankt de prijs aan zijn onderzoek naar de effecten van versnippering, houtkap, jacht en bosbranden op het kwetsbare Amazonegebied. Ook als wetenschapscommunicator speelt hij een grote rol in het maatschappelijke debat over de redding van het Zuid-Amerikaanse regenwoud.
Geoffrey Parker, hoogleraar aan Ohio State University in Columbus, Ohio, Verenigde Staten krijgt de Dr. A.H. Heinekenprijs voor de Historische Wetenschap voor zijn bijdragen aan de kennis van de sociale, politieke en militaire geschiedenis van Europa tussen 1500 en 1650, met speciale aandacht voor Spanje, Filips II en de Nederlandse Opstand. Maar ook voor zijn bijdrage aan de militaire geschiedenis in het algemeen en zijn studie van de rol van het klimaat in de wereldgeschiedenis.
John Duncan, adjunct-directeur van de MRC Cognition and Brain Sciences Unit in Cambridge, Prof. Duncan krijgt de Dr. A.H. Heinekenprijs voor de Cognitiewetenschap voor zijn onderzoek naar de relaties tussen psychologie, gedrag en intelligentie enerzijds en neurologische processen anderzijds. Duncan’s concepten behoren volgens de jury tot de hoekstenen van de cognitieve neurowetenschap.
De Dr. A.H. Heinekenprijs voor de Kunst ten slotte gaat naar Peter Struycken, beeldend kunstenaar in Gorinchem. De jury roemt de manier waarop hij al vijftig jaar lang, op methodische wijze vormen, kleuren en processen toepast in vernieuwende en aansprekende werken. Bekende voorbeelden zijn de lichtarcade voor het Nederlands Architectuur Instituut in Rotterdam, het kunstwerk ‘Blauwe golven’ op het Roermondplein in Arnhem, en postzegels met uit stippen opgebouwde afbeeldingen van Koningin Beatrix.
Een Armeense ex-promovenda van Wageningen Universiteit had een zaak aangespannen tegen de instelling. Ze moest in februari 2009, vier maanden na de start van haar onderzoek, van de instelling vertrekken.
In Wageningen krijgen promovendi tijdens de eerste anderhalf jaar een beoordeling op basis van onder meer hun kennisniveau, beheersing van de Engelse taal en productiviteit. De promovenda zou op elf van de zeventien beoordelingscriteria onvoldoende of zelfs zwaar onvoldoende hebben gescoord.
De promovenda ging in bezwaar bij het college voor promoties. Ze vond dat de universiteit haar te vroeg had beoordeeld. De universiteit zou pas na een jaar een gedegen oordeel over haar ‘kennen en kunnen’ kunnen vellen. Haar bezwaar werd ongegrond verklaard.
Vervolgens ging ze in beroep bij de Arnhemse rechtbank, maar ook die gaf de universiteit gelijk. Terecht, oordeelt de Raad van State nu. Volgens de Raad staat in het promotiereglement van de universiteit duidelijk dat promovendi “tijdens of onmiddellijk na het eerste jaar” worden beoordeeld.
Meestal gaat het goed, zegt een woordvoerder van Wageningen universiteit. “Maar promovendi moeten aan hoge kwaliteitsstandaarden voldoen. Wanneer dat niet lukt, kan de lijdensweg het best zo snel mogelijk worden beëindigd.”
Comments are closed.