Twintig kilometer hoogspanningskabels moeten binnenkort onder de grond komen. De TU helpt elektriciteitsnetbeheerder Tennet bij het onderzoek.
Nederland krijgt daarmee volgens Tennet ‘s werelds eerste ondergrondse 380-kiloVolt-kabels. De afstand wordt in gedeelten over een 87 kilometer lang tracé ingepast onder meer bij Delft, langs de oostkant van Hoofddorp en onder het Noordzeekanaal. Ook gaat tien kilometer tussen Wateringen en Zoetermeer onder de grond.
Het project sluit mooi aan bij het besluit van het kabinet om vanaf 2012 het totale aantal kilometers bovengrondse hoogspanningslijnen niet verder toe te laten nemen. Dit om horizonvervuiling tegen te gaan. Als ergens nieuwe bovengrondse 380 kV-lijnen komen, moeten deze verbindingen bijvoorbeeld in plaats komen van een bestaande verbinding of moet een kabel van een lager voltage ondergronds worden gebracht.
Het ondergronds brengen van lagevoltagekabels (110kV, 150kV) is relatief makkelijk. Daar is al decennialang ervaring mee opgedaan. Tennet wil onderzoeken of het ook mogelijk is om delen van de hoogvoltagekabels, die de ruggengraat vormen van de Nederlandse elektriciteitsvoorziening, ondergronds te brengen. Dat zou wenselijk zijn op plekken waar hoogspanningslijnen dichtbij woonwijken komen. Of op plekken waar de verbinding landschappelijk of ecologisch waardevolle gebieden doorsnijdt.
“Uit een simulatie van de TU is gebleken dat het mogelijk moet zijn om twintig kilometer ondergronds te brengen zonder dat de leveringszekerheid van het net in het geding komt”, laat een persvoorlichter van Tennet weten. Dat wordt nu in de praktijk getest.
Hoogleraar elektriciteitsvoorziening prof.dr.ir. Lou van der Sluis van de faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica zal de kabels de komende zes à acht jaar monitoren. De studie moet antwoord geven op de vraag of het op termijn verantwoord is om nog grotere afstanden ondergronds aan te leggen.
Een ondergrondse kabel gedraagt zich, elektrotechnisch gezien, anders dan een bovengrondse lijn. Bij bovengrondse kabels zorgt de lucht voor goede isolatie. Onder de grond moet een andere vorm van isolatie worden bedacht. De – vaak natte – grond is daar niet toe in staat. Daarom worden de kabels omgeven door een laag kunststof, aldus professor Van der Sluis.
Probleem van kunststof is dat het te goed isoleert. Doordat kunststof zo goed isoleert, ontstaan plaatselijk spanningsverhogingen. Die moeten met spoelen worden gecompenseerd om de vermogensbalans op het net te handhaven.
Bij bestaande ondergrondse distributienetten, ontstaan nu ook al spanningsverhogingen. Maar die zijn klein vergeleken met de spanningsverhogingen die ontstaan bij 380 kV-kabels. Over grotere afstanden zijn de spanningsverhogingen die bij ondergrondse hoogspanningskabels zouden ontstaan, nog niet beheersbaar.
Ook wordt de warmteafvoer onderzocht van de kabels als ze langere tijd intensief worden gebruikt. “En we willen er ook achterkomen wat er met het net gebeurt als het heel koud is”, laat de Tennet-persvoorlichter weten.
Tijdens de aanleg van het twintig kilometer lange kabeltracé in de Randstad en nadat de kabels in gebruik zijn genomen, worden op internationaal niveau ervaringen uitgewisseld en kennis samengebracht. Deze maand nog gaat een internationale werkgroep van start, waarin Tennet en de TU Delft in zitten. Tegelijk zal Tennet samenwerken met de netwerkbeheerder van Denemarken. Daar bestaan ook plannen voor het ondergronds aanleggen van 380kV kabels.
Comments are closed.