Campus

‘Een orgie van liefde’

Universitair docent en amateurpianist dr.ir. Niels Moes vindt het helemaal niet erg als mensen languit gaan liggen tijdens zijn uitvoering van de Canto Ostinato. “Als ze maar genieten.”


U speelt binnenkort de Canto Ostinato, een avondvullend pianostuk van Simeon ten Holt, waarbij de pianist zelf kan besluiten hoe lang hij het maakt. Hebt u het conservatorium gevolgd?

“Nee, ik ben autodidact. Ik heb wel geregeld lessen gehad en sinds een jaar heb ik les van twee grote pianisten: Jeroen van Veen en Robert

Lambermont. Als kind heb ik muziek met de paplepel ingegoten gekregen. Ik kon letterlijk eerder noten lezen dan letters. Als ik nu een partituur bestudeer, hoor ik meteen hoe het klinkt.”


Wat is er zo bijzonder aan de Canto Ostinato?

“Mensen die het vaker gehoord hebben, zijn er idolaat van. Het stuk wordt ondergaan als een droom. In de partituur staat één partij centraal, met daar omheen allerlei variaties. Het is eigenlijk geschreven voor een aantal vleugels, maar de componist heeft de mogelijkheid gegeven het door één pianist uit te voeren. Je bent helemaal vrij in je accenten, in je dynamiek en in het creëren van melodieën die plotseling ontstaan. Speel je met vier pianisten, dan wordt soms afgesproken wie welke variatie pakt. Dat kan bij elke uitvoering anders zijn. Je weet nooit wat er gebeurt.”


Mensen ondergaan het als een droom. Waar zit hem dat in?

“Het werk heet Canto Ostinato. ‘Ostinaat’ betekent: star in het patroon, doorgaan. ‘Canto’ betekent zingen. Er is altijd één partij die de ostinaat heeft: in dit geval een groep van vijf tonen. Als er maar één pianist is, doet de linkerhand dat. Dat gaat het hele stuk door. Het houdt niet op. Dat is droom bevorderend. Op een gegeven moment komt er heel zachtjes de eerste toon van de rechterhand bij. Langzamerhand groeit dat uit tot een ritme van dans. Mensen komen in een droomtoestand.”


Dit stuk heeft het leven van mensen ingrijpend veranderd, las ik.

“Absoluut! Die Canto is een orgie van liefde, zonder banaal te worden. Mensen gaan heel veel warmte van binnen voelen en heel anders naar hun medemens kijken. Het is geen vrijblijvende muziek. En ook niet voor gehaaste mensen.”



In theater DeLaMar mochten veertig bezoekers een matrasje of kussen meenemen om op het podium te liggen luisteren. Carice van Houten schreef in Revu: ‘Er wordt wel gezegd dat je het ervaart als een treinreis, waarin je meerdere landschappen doorkruist… En daar lag ik… Na een paar minuten opende ik mijn ogen en keek om me heen. Het was zo’n zoet beeld, al die volwassenen die stil, met een glimlach om de mond en nog net niet met hun duim erin, toch op avontuur waren. Negentig minuten later stapte ik uit de trein. Strontgelukkig.’

“Ik herken het helemaal. Elk woord. Een kennis van mij heeft letterlijk onder de vleugel van Jeroen van Veen gelegen.”


Mogen bezoekers bij uw uitvoering ook gaan liggen?

“Ja, als ze maar genieten.”


Canto Ostinato, Niels Moes op piano, dinsdag 22 mei om 19.00 uur, TU-cultuurcentrum en zaterdag 2 juni om 11.00 uur Priva Campus, Zijlweg 3, De Lier. Toegang is gratis.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.