Angsten, geldgebrek of een fysieke aandoening… Tienduizenden studenten voelen zich belemmerd in hun studie, meldt expertisecentrum ECIO. En lang niet allemaal trekken ze bij hun opleiding aan de bel.
Foto ter illustratie. (Foto: Thijs van Reeuwijk)
Een op de vijf studenten ervaart belemmeringen bij het studeren, blijkt uit de Nationale Studenten Enquête 2025 (NSE), die zo’n 260 duizend studenten hebben ingevuld. Om precies te zijn gaat het om 21 procent. Dat percentage ligt op de TU Delft iets lager. Daar is het 19 procent. Het Expertisecentrum Inclusief Onderwijs (ECIO) zet daar in een rapport de schijnwerper op.
Uiteenlopend
De problemen lopen sterk uiteen. Als belemmeringen noemen deze studenten vaak concentratieproblemen, angst en stress, maar bijvoorbeeld ook geldgebrek, vervoer of de fysieke toegankelijkheid van hun onderwijs.
In de enquête kunnen studenten ook aangeven wat dan precies de ‘bijzondere omstandigheden’ in hun leven zijn. Veel van hen zeggen dat ze ADHD, dyslexie of dyscalculie hebben. Autisme en psychische aandoeningen worden ook relatief vaak genoemd. Daarnaast heeft een flinke groep te kampen met ‘familieomstandigheden’.
Vrolijke ‘belemmeringen’ als topsport of een eigen onderneming – die misschien ook voor gemiste colleges en studievertraging kunnen zorgen – komen volgens deze NSE beduidend minder vaak voor.
Begrip
De meeste studenten voelen bij hun instelling wel begrip voor hun bijzondere omstandigheden. Dat zegt ruim 60 procent, terwijl 11 procent geen begrip merkt. De rest oordeelt neutraal. Bij kleine en middelgrote onderwijsinstellingen ervaren studenten over het algemeen meer begrip dan bij de grote.
Studenten weten alleen lang niet altijd waar ze terechtkunnen met hun vragen. Voor alle onderwerpen die het ECIO uitsplitst (van aanwezigheidsplicht tot geldzorgen), geldt dat steevast een paar procent het ‘heel onduidelijk’ vindt wie ze moeten aanspreken en nog eens 10 à 15 procent noemt het ‘onduidelijk’. Bij zorgen over geld en huisvesting zijn dat er nog meer: rond de 25 procent.
Tevredenheid
Slechts 65 procent meldt de problemen uiteindelijk, waarbij de percentages per instelling enorm variëren: tussen de 47 en 88 procent bij de universiteiten. Waarom doet de rest dat niet? De helft meent ondanks de belemmeringen geen ondersteuning nodig te hebben, maar er zijn ook studenten die op dit vlak te weinig vertrouwen hebben in hun onderwijsinstelling.
Studenten die zich wel melden, gaan vaak op gesprek bij hun instelling. Bij de TU Delft gaat het om 67 procent. 66 procent van hen is (zeer) tevreden met de afhandeling. 70 procent meldt daarnaast dat de TU voorzieningen heeft getroffen om hen te helpen. Van hen is 75 procent tevreden met die voorziening.
HOP, Bas Belleman
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
redactie@hogeronderwijspersbureau.nl


Comments are closed.